TPD1369D
Aftappen van het
buitenboordwatersysteem
Voorzichtig: Het buitenboordwatersysteem
kan niet volledig worden afgetapt. Wanneer de
koelvloeistof wordt afgetapt voor de conservering
van de motor of ter bescherming tegen vorst,
dient het koelvloeistofsysteem te worden gevuld
met een goedgekeurd antivriesmengsel;zie
'Koelvloeistofspecificatie" op pagina 51 voor
informatie over de te gebruiken koelvloeistof. Zie
hoofdstuk 7 voor details over het bijvullen van
antivries in het buitenboordwatersysteem m.b.t.
motoronderhoud.
Turbomotoren
1. Controleer of de buitenboordkraan gesloten is.
2. Ontkoppel beide slangen (A1) bij de
buitenboordwaterpomp.
3. Verwijder de aftapplug (B1) bij M265Ti en
M300Ti motoren en (C1) bij alle andere motoren.
Deze aftapplug bevindt zich op de voorste
afdekking van de warmtewisselaar van het
koelsysteem. Controleer of de aftapopening niet
is geblokkeerd.
4. Draai de krukas om te controleren of de
buitenboordwaterpomp leeg is.
5. Sluit de slangen bij de buitenboordwaterkraan
aan en zet de klemmen vast.
6. Breng de aftapplug in de warmtewisselaar aan.
Voorzichtig: Wanneer het buitenboordwater-
systeem opnieuw gebruikt moet worden, controleer
dan of de buitenboordkraan open is.
Motoren met laadluchtkoeling
1. Controleer of de buitenboordkraan gesloten is.
2. Ontkoppel beide slangen (A1) bij de buitenboord-
waterpomp.
3. Maak klem (D1) los en maak de slang los
van de koeler voor de keerkoppeling om het
buitenboordwatersysteem af te tappen.
4. Draai de krukas om te controleren of de
buitenboordwaterpomp leeg is.
5. Sluit de slangen aan bij de
buitenboordwaterpomp en de koeler voor de
keerkoppeling en zet de klemmen vast.
Voorshichtig: Wanneer het buitenboordwater-
systeem opnieuw gebruikt moet worden, controleer
dan of de buitenboordkraan open is
Hoofdstukken 4
25