2.1
Laadtoestandindicatie
Nadat het interne transportmiddel in bedrijf is
genomen, wordt de laadtoestand van de batterij
weergegeven. De lichtkleuren van de led (77)
vertegenwoordigen de volgende toestanden:
Kleur led
Groen
Oranje
Groen/oranje
Knippert 1 Hz
Rood
Z
Als de led rood brandt, kunnen geen lasten meer worden geheven. De heffunctie
wordt pas weer vrijgegeven, wanneer de aangesloten batterij voor minimaal 70% is
geladen.
Als de led rood knippert en het interne transportmiddel niet gebruiksklaar is, moet er
contact worden opgenomen met de klantenservice van de producent. Het rood
knipperen is een code van de truckbesturing. De knippervolgorde toont het type
storing aan.
2.2
Batterijverbruik-bewaker
Z
De batterijontlaadbewaker wordt standaard ingesteld op standaardbatterijen. Bij
gebruik van onderhoudsvrije of speciale batterijen moeten de indicatie- en
uitschakelpunten van de batterijontlaadbewaker door de klantenservice van de
producent worden ingesteld. Als dit niet gebeurd kan de batterij door diepontlading
worden beschadigd.
LET OP
Beschadiging van de batterij door diepontlading
Door zelfontlading van de batterij kan er diepontlading voorkomen. Door
diepontlading gaat de batterij minder lang mee.
uBatterij minimaal om de 2 maanden opladen.
Z
batterij opladen Batterij laden zie pagina 54.
Als de capaciteit lager wordt dan de restcapaciteit, wordt de heffunctie
uitgeschakeld. Dit wordt aangegeven op het display (77).
84
Laadtoestand
40 - 100 %
30 - 40 %
20 - 30 %
0 - 20 %
77