6.10
Bedieningsschema "N"
WAARSCHUWING!
Gevaar voor ongevallen voor personen onder en op het opgeheven
lastopnamemiddel
Personen mogen zich niet onder en op het opgeheven lastopnamemiddel ophouden.
uHet lastopnamemiddel mag niet door personen worden betreden.
uEr mogen geen personen met het lastopnamemiddel worden opgeheven.
uPersonen uit de gevarenzone van het interne transportmiddel sturen.
uNiet onder opgeheven en niet geborgde lastopnamemiddelen gaan staan en
eronder blijven staan.
Z
Het bedieningsschema "N" is de bediening voor heffen en neigen verwisseld ten
opzichte van de standaardbediening. De PILOT mag uitsluitend vanaf de
bestuurdersstoel worden bediend. De bediener moet zijn geïnstrueerd in het gebruik
van de hefinstallatie en de aanbouwapparatuur!
LET OP
uDe neiging van de MULTI-PILOT regelt de hef- en de daalsnelheid, evenals de
neigsnelheid. Hard neerzetten van het lastopnamemiddel vermijden, om de last en
het stellingvlak niet te beschadigen.
Bediening heffen
Werkwijze
• MULTI-PILOT naar rechts duwen (richting H): de last wordt geheven.
• MULTI-PILOT naar links duwen (richting S): de last wordt neergelaten.
Bediening neigen
VOORZICHTIG!
Beknellingsgevaar door neigende hefmast
uBij het achterover neigen van de hefmast geen
lichaamsdelen tussen hefmast en voorwand
brengen.
Werkwijze
• MULTI-PILOT naar voren duwen (richting V): de last wordt naar voren geneigd.
• MULTI-PILOT naar achteren trekken (richting R): de last wordt naar achteren
geneigd.
Z
Wanneer de eindaanslag van de werkbeweging is bereikt (geluid van het
drukbegrenzingsventiel), hendel loslaten. Hendel gaat automatisch in de neutrale
stand.
132
V
S
R
H