Hoofdstuk 5: Technische specificaties
Ingangs- en uitgangsspecificaties
Tabel 34: Niet gecontroleerde invoer
Kabelweerstand
Ingangswaarde activeren
Ingangswaarde deactiveren
Ingangstype
Betrokken stroom
Spanning tussen terminals
Tabel 35: Bewaakte ingangen [1]
Kabelweerstand
Kortsluiting
Actief
Hoge impedantie storing
Standby
Onderbroken circuit
Betrokken stroom
Spanning tussen terminals
[1] Doormelding kennisgeving invoer.
Tabel 36: Uitvoerspecificaties
Uitvoerafbreking
Klasse B uitvoer (standaard)
Klasse A uitvoer
Uitgangen voor sirene/doormeldingen/storings-
meldingen [1]
Gecontroleerd
Stroom per uitvoer (twee/viergroepen)
Stroom per uitvoer (achtgebieds)
Spanning tijdens standby (EN 54-13 uitgeschakeld)
Spanning tijdens standby (EN 54-13 ingeschakeld)
Spanning in alarm
Alarmrelaisuitgang
Aantal potentiaalvrije uitgangen
Maximum schakelstroom
90
≤ 9k Ω ±10%
> 9k Ω ±10%
Niet gecontroleerd, geactiveerd met een
passieve impedantie (normaal gesproken
een relais)
max. 1 mA (voor activatie met een
kortsluitingscontact)
max. 28 V (voor deactivatie met een open
circuit)
≤ 220 Ω
< 220 Ω tot 8 kΩ
< 8 kΩ tot 10 kΩ
< 10 kΩ tot 20 Kω
> 20 kΩ
Opmerking: Voor overeenstemming met
EN 54-13 dient de actieve impedantie
tussen 220 Ω en 3,9 kΩ te zijn.
max. 1 mA (voor activatie met een
kortsluitingscontact)
max. 28 V (voor deactivatie met een
open circuit)
15 kΩ 5% einde lusweerstand
4,7 kΩ 1/4W 1% einde lusweerstand
Voor onderbroken circuit en kortsluiting
250 mA max.
max. 500 mA bij 25ºC
max. 385 mA bij 40ºC
max. −11,5 V max.
max. −8,4 V max.
max. +21 V min.
max. +28 V max.
1
2 A bij 30 V max.
1X-F-serie Installatiehandleiding