Hoofdstuk 3: Configuratie en inbedrijfstelling
Geavanceerde configuratiemogelijkheden
De volgende tabel toont de mogelijkheden (beschikbaar voor een gebruiker van
uitgebreide configuraties) voor het maken van een uitgebreide
brandmeldnetwerkconfiguratie.
Tabel 28: Uitgebreide configuratiemogelijkheden voor het brandmeldnetwerk
Weergave
Beschrijving
Brandmeldnetwerkidentificatie
Aantal knooppunten in het
brandmeldnetwerk [1]
Initieel gebiedsnummer van het
brandmeldnetwerk wanneer het
herhaaltype (nr) = 2n
— of —
Initieel paneelnummer van het
brandmeldnetwerk dat herhaald
moet worden wanneer het
herhaaltype (nr) = Pn
Globale bediening van het
Brandmeldnetwerk
Lusklasse van het
Brandmeldnetwerk
Brandmeldnetwerk verwerkt
gebieden op afstand
Herhalertype van het
Brandmeldnetwerk
Netwerk toekennen
74
Waarde
0 t/m 32
0: Zelfstandig (geen netwerk)
Standaard: 0
2 t/m 32
Standaard: 2
0001 tot 9999
Het nummer bestaat uit vier cijfers. Per positie
zijn dit: 1234.
Druk op Up om de eerste twee cijfers van het
nummer (posities 1 en 2) in te voeren.
Druk op Down om de laatste twee cijfers van
het nummer (posities 3 en 4) in te voeren.
01 tor 32
Standaard: 01
AAN/UIT
Standaard: Aan
A/B
Standaard: B
AAN/UIT
Standaard: Aan
2n = Gebiedherhaler
Pn = Paneelherhaler
Standaard: 2n
Submenu 1 – 32
Waarden AAN/UIT
Standaard: AAN voor knooppunten 1 en 2, UIT
voor de rest
1X-F-serie Installatiehandleiding