Inhoud Belangrijke informatie ii Adviserende berichten ii Beperking van aansprakelijkheid ii Introductie 1 Productreeks 1 Werkmodi 1 Sirene- en doormeldingvertragingen 2 Bedieningspaneel overzicht 3 Gebruikersinterface voor twee- en vier-zone bedieningspanelen 3 Gebruikersinterface voor acht-zone bedieningspanelen 4 Bedieningsknoppen en indicatoren 5 Hoorbare indicatoren 9 Samenvatting van statusindicaties 9 Bediening van het bedieningspaneel 14...
Belangrijke informatie Adviserende berichten Adviserende berichten wijzen u op toestanden of praktijken die ongewenste resultaten kunnen veroorzaken. De adviserende berichten die in dit document gebruikt worden, worden onderstaand weergegeven en beschreven. WAARSCHUWING: Waarschuwingsberichten adviseren u over risico's die kunnen resulteren in letsel of overlijden. Ze vertellen u welke acties u moet nemen of vermijden om het letsel of het overlijden te voorkomen.
Introductie Dit is de bedieningshandleiding voor de 1X-F-reeks centrales van uw brandalarm. Lees voordat u dit product bedient aandachtig deze instructies en alle verwante documentatie volledig door. Productreeks Tot de 1X-F-reeks behoren de volgende onderstaande modellen. Tabel 1: 1X-F-reeks modellen Model Beschrijving 1X-F2...
Sirene- en doormeldingvertragingen Sirene- en doormeldingvertragingen zijn niet beschikbaar voor alle werkmodi. In de onderstaande tabel ziet u de beschikbaarheid van de vertraging voor iedere werkmode. Tabel 3: Sirene- en doormeldingvertragingen Werkmode Sirene vertraagd Doormelding vertraagd Verlengde doormelding vertraagd EN 54-2 EN 54-2 evacuatie EN 54-2 Scandinavië...
Bedieningspaneel overzicht Dit onderwerp biedt een introductie tot de interface, bedieningsknoppen en indicatoren van het bedieningspaneel. Gebruikersinterface voor twee- en vier-zone bedieningspanelen Afbeelding 1: Gebruikersinterface voor twee- en vier-zone bedieningspanelen 1. Zoneknoppen en LED's (Z1, Z2, enz.) 12. Configuratieknoppen 2. LED voeding 13.
Gebruikersinterface voor acht-zone bedieningspanelen Afbeelding 2: Gebruikersinterface voor acht-zone bedieningspanelen 1. Zoneknoppen en LED's (Z1, Z2, enz.) 12. Configuratieknoppen 2. LED voeding 13. Knop en LED reset 3. LED algemene fout 14. Knop en LED stop zoemer 4. LED's algemeen brandalarm 15.
Item EN 54 NEN 2535 NBN S 21-100 Sounder start/stop Sounder start/stop Evacuatie start/stop Doormelding Doormelding vertraagd Waarschuwingssirene vertraagd vertraagd Doormelding ON/ACK Doormelding ON/ACK Waarschuwingssirenes start/stop Bedieningsknoppen en indicatoren In de volgende tabel ziet u een overzicht van de bedieningsknoppen en indicatoren van het bedieningspaneel.
Pagina 10
Item Knop/LED LED-kleur Beschrijving fout/buiten tegelijkertijd met de knop Uitgeschakeld dienst/test (algemeen) of Test (algemeen) wordt ingedrukt). — of — Een knipperende LED wijst op een fout met de Knop evacuatie sounders of evacuatiesounders. Een continue LED fout/uitschakelen/ wijst erop dat de sounders of evacuatiesounders test en LED voor uitgeschakeld zijn of getest worden.
Pagina 11
Item Knop/LED LED-kleur Beschrijving LED uitbreiding I/O Geel Wijst erop dat een geïnstalleerde uitbreidingskaart fout/buiten dienst een fout heeft of uitgeschakeld is. Een knipperende LED wijst op een fout met een uitbreidingskaart. Een continue LED wijst erop dat een uitbreidingskaart werd uitgeschakeld. Knop en LED buiten Geel Schakelt een zone, sirenes, doormelding,...
Pagina 12
Item Knop/LED LED-kleur Beschrijving De LED wijst ook op de status van de sirenes: • Constant wijst erop dat de sounders actief zijn (of binnenkort geactiveerd zullen worden) • Knipperend wijst erop dat een aftelling van de vertraging bezig is (sounders worden geactiveerd wanneer de geconfigureerde vertraging verstrijkt of wanneer de vertraging geannuleerd is)
Item Knop/LED LED-kleur Beschrijving NBN S 21-100 geconfigureerd en geactiveerd is. Een knipperende LED wijst erop dat een doormelding- of sirenevertraging bezig is met aftellen (doormelding activeert wanneer de geconfigureerde vertraging verstrijkt). Doormelding Rood Annuleert een eerder geconfigureerde vertraging AAN/ACK-knop en en activeert doormelding.
Pagina 14
• Sounder of evacuatievertraging LED: Continu aan indien een sounder of evacuatievertraging geactiveerd was. • Doormelding of waarschuwingsvertraging LED: Continu aan indien een evacuatie of waarschuwingsvertraging geactiveerd was. • Zoemer centrale: Uit. Brandalarm De brandalarmstatus wordt als volgt aangeduid: • LED's algemeen brandalarm: Knipperend indien het alarm geactiveerd werd door een detector.
Pagina 15
Voor EN 54-2 evacuatie en NBN S 21-100 werking: • LED's algemeen brandalarm: Continu aan. • Sounders: Actief (klinkt). • Sounder Start/Stop LED: Continu aan. • Zoemer centrale: Klinkt continu. Voor NBN S 21-100 werking zijn de aanvullende indicatoren: • Evacuatie Start/Stop LED: Continu aan wanneer de evacuatiesounders actief zijn (klinkt).
Pagina 16
Uitgeschakelde sounders (of evacuatie voor NBN S 21-100) worden als volgt aangeduid: • LED buiten dienst (algemeen): Continu aan. • Sounder LED: Continu aan geel. • Zoemer centrale: Uit. Uitgeschakelde doormelding (of waarschuwing voor NBN S 21-100) wordt als volgt aangeduid: •...
Pagina 17
• Doormelding Aan/Ack LED: Continu aan geel. • Zoemer centrale: Uit. Een brandbeschermingstest wordt als volgt aangeduid (alleen NEN 2535): • LED Test (algemeen): Continu aan. • Brandbescherming LED: Continu aan geel. • Zoemer centrale: Uit. Buiten dienst Het bedieningspaneel is buiten dienst als er onvoldoende of geen netvoeding of batterijstroom is.
Bediening van het bedieningspaneel Gebruikersniveaus Omwille van veiligheidsredenen zijn sommige functies van dit product beperkt tot specifieke gebruikersniveaus. Onderstaand worden de toegangsprivileges beschreven van ieder gebruikersniveau. Openbare gebruiker Het openbare gebruikersniveau is het standaard gebruikersniveau. Op dit niveau zijn basis bedieningstaken toegestaan, zoals het reageren op een brandalarm en/of fouten op de centrale.
Pagina 19
• Een actieve soundervertraging annuleren (of evacuatie voor NBN S 21-100) • Een actieve doormeldingvertraging annuleren (of waarschuwing voor NBN S 21-100) • Een test van de LED van het bedieningspaneel en zoemer uitvoeren • Alleen lokale indicaties weergeven (voor bedieningspanelen met herhaalbordfunctionaliteit) Een systeemgebeurtenis erkennen en de zoemer van de centrale stopzetten...
Pagina 20
Een doormeldingvertraging (of waarschuwingsvertraging voor NBN S 21-100) wordt als volgt aangeduid: • Continue doormeldingvertraging LED (of waarschuwingsvertraging LED voor NBN S 21-100): Een vertraging is geactiveerd. • Knipperende doormeldingvertraging LED (of waarschuwingsvertraging LED voor NBN S 21-100) tijdens een brandalarm: Er is een geconfigureerde vertraging actief.
Voorbeeld 1 indien u over een 16-zone conventioneel systeem beschikt met twee 8-zone conventionele bedieningspanelen waarbij beide panelen elkaar herhalen en u moet bepalen welk paneel een fout in de netvoeding heeft, dient u gedurende 3 seconden op Enter te drukken. Het bedieningspaneel zonder de fout in de netvoeding schakelt de indicatie van de fout in de netvoeding uit.
Pagina 22
• Een geconfigureerde verlengde doormeldingvertraging activeren of uitschakelen • Een zone testen • Een zone uitschakelen of activeren • Testsounders (of evacuatie voor NBN S 21-100) • Sounders in- of uitschakelen (of evacuatie voor NBN S 21-100) • Test doormelding (of waarschuwing voor NBN S 21-100) •...
Pagina 23
knippert), worden door te drukken op de knop sounders start/stop de sounders stilgezet (voor activatie). Een geconfigureerde vertraging van de sounder kan nog steeds geannuleerd worden terwijl de vertraging voortduurt (en de sounders geactiveerd zijn), door te drukken op de knop sounders vertraging. Sounders starten in evacuatiemodus Indien het bedieningspaneel geconfigureerd werd in EN 54-2 evacuatiemodus kunnen de sounders zonder een brandalarm gestart worden door op de knop...
Pagina 24
Een geconfigureerde verlengde doormeldingvertraging activeren of uitschakelen Indien zo geconfigureerd, wordt de verlengde doormeldingvertraging in- of uitgeschakeld op hetzelfde tijdstip als de standaard doormeldingvertraging. In NEN 2535 werkmode wordt de verlengde doormeldingvertraging de actieve vertraging wanneer de waarschuwingssirenes worden stopgezet (door op de knop waarschuwing start/stop te drukken) en deze blijft uitgeschakeld wanneer de standaard wachttijd voor de doormeldingvertraging verstreken is.
Pagina 25
Opmerking: Mogelijk werden de zoemer van de centrale en waarschuwingssirenes geconfigureerd zodat ze niet klinken wanneer een alarm geactiveerd wordt in een zone die getest wordt. Neem contact op met de installatie- of onderhoudscontractant voor uw brandsysteem om uw configuratiegegevens te bevestigen. Een zone uitschakelen of activeren Druk de knop Uitgeschakeld (algemeen) en druk vervolgens op de overeenkomstige Zone-knop om een zone uit te schakelen.
Pagina 26
Sounders (of evacuatie voor NBN S 21-100) kunnen alleen getest worden wanneer het bedieningspaneel in de stand-by status staat. Uitgeschakelde sounders (of evacuatie voor NBN S 21-100) worden als volgt aangeduid • LED buiten dienst (algemeen): Continu aan. • Sounder fout/buiten dienst/test LED (of evacuatie fout/buiten dienst/test LED voor NBN S 21-100): Continu aan.
Pagina 27
Om doormelding in te schakelen (of de waarschuwing voor NBN S 21-100) drukt u op de knop Uitschakelen (algemeen) en druk vervolgens opnieuw op de knop Doormelding AAN/ACK (of de knop Waarschuwing start/stop voor NBN S 21-100). Opmerking: Uitgeschakelde doormelding (of waarschuwing voor NBN S 21-100) wijzen niet op een fout of werken niet als er een brandalarm is.
Onderhoud Voer de volgende onderhoudstaken uit om zeker te stellen dat uw brandalarmsysteem correct werkt en voldoet aan alle vereiste Europese voorschriften. Opmerking: Voordat u tests uitvoert, dient u te controleren of de doormelding (indien geconfigureerd) is uitgeschakeld en dat de brandweer werd verwittigd. Driemaandelijks onderhoud Neem contact op met uw installatie- of onderhoudscontractant om een driemaandelijkse controle van het brandalarmsysteem uit te voeren.
Regelgevende informatie Europese normen voor brandbewakings- en indicatie-apparatuur Deze bedieningspanelen werden ontworpen in overeenstemming met de volgende Europese normen: EN 54-2, EN 54-4, BS 5839-1, NBN S 21-100 en NEN 2535. Bovendien voldoen alle modellen aan de volgende EN 54-2 optionele vereisten: Tabel 7: EN 54-2 optionele vereisten Optie Beschrijving...
Europese normen voor elektrische veiligheid en elektromagnetische compatibiliteit Deze bedieningspanelen werden ontworpen in overeenstemming met de volgende Europese normen voor elektrische veiligheid en elektromagnetische compatibiliteit: • EN 60950-1 • EN 50130-4 • EN 61000-6-3 • EN 61000-3-2 • EN 61000-3-3 Europese regelgeving voor de constructie van producten Dit gedeelte bevat zowel informatie over regelgeving en een samenvatting op de aangegeven prestaties volgens de Construction Products Regulation 305/2011.