1.
Gebruiksvoorschriften
1.1 Overzicht van het toestel
* ,$13$,/
1
2
3
4
5
11
F
D
1.2 Toestelbeschrijving
Het toestel is een totaalsysteem met warm-
terecuperatie voor de centrale ontluchting en
decentrale ventilatie, evenals voor de centrale
warmwaterbereiding en de volledige warm-
tevoorziening voor de verwarmingsinstallatie.
Een lucht-water-warmtepomp onttrekt
warmte-energie aan de afgevoerde lucht via
een buizenstelsel. De energie wordt afgege-
ven aan het verwarmings- resp. warmwater-
systeem. Het afgekoelde luchtdebiet wordt als
uitlaatlucht naar de openlucht afgevoerd. Bij
zeer lage buitentemperaturen of zeer grote
warmtebehoefte dekt het toestel de behoefte
aan restwarmte van de verwarmingsinstalla-
tie via een ingebouwde elektronische aanvul-
lende verwarming (elekt. naverwarming) af.
Via kleppen in de buitenmuur stroomt verse
buitenlucht naar binnen en vervangt de ver-
bruikte lucht die via de warmtepomp werd
afgevoerd.
Het toestel wordt geregeld door de regeling
van de aanvoertemperatuur, de LZM II, die af-
hankelijk is van de buitentemperatuur.
Er is een extra knop (G) in de kunststofafdek-
king (afb. 1) ingebouwd. Door op deze knop
voor de gebruiker en de vakman
A
H
E
C
te drukken begint de elektrische, aanvullende
verwarming eenmalig het warme water tot
65 °C in het bovenste derde (resp. vierde bij
SOL-modellen) van het opslagreservoir te ver-
warmen.
Bijzondere kenmerken van de „SOL"-modellen
Bij deze toestelmodellen is in de warmwater-
boiler een extra warmtewisselaar ingebouwd
voor de verwarming van het warme water met
zonne-energie.
Overzicht van de functies van de LZM II
• RS 232-poort voor instelling en bewaking
met een pc
• Systeemuitbreiding door afstandsbedie-
ning FE7
• Invoer van de vorstbeschermingsgrenzen
van de installatie en van de warmtepomp
• Minstens één dag werkingsreserve van
de klok
• Automatische pomp-kickschakeling
• Resetmogelijkheid
• Opgeslagen storingslijst met nauwkeurige
vermelding van de foutcode met datum en
tijd op het display
• Snelle en nauwkeurige foutdiagnose
dankzij installatieanalyse incl. tempera-
tuuropvraging van warmtepomp en peri-
ferie zonder bijkomend toestel.
• Voorinstellingen van de uurprogramma's
voor alle verwarmings- en warmwatercir-
cuits, en voor de ventilatie.
6
7
8
9
10
G
B
Statusweergave van de installatie
1 Mengklep gaat open
2 Mengklep sluit
3 Circulatiepomp verwarmingscircuit 2
„mengklepcircuit"
4 Circulatiepomp verwarmingscircuit 1
5 Elektr. naverwarmingstrappen
„Verwarming"
6 Compressor
7 Ventilatie
8 Ontdooien
9 Warmwaterbereiding
10 Zonnepomp
11 Parameters installatie
11 Toestelmenu
A Display
B Draaiknop
C Draaischakelaar reset / auto
D Toets programmering
E Controlelampje programmering
F Optische poort RS 232
G Knop e-verwarmingselement
H Controlelampje veiligheidsdrukbegrenzer
(zie 1.9 Wat moet u doen als...?)
1.3 Gebruiks- en montagehandleiding
Overeenkomstig de desbetreffende instal-
latie moeten bovendien de gebruiks- en
montageaanwijzingen van de bij de instal-
latie behorende componenten in acht worden
genomen!
Bewaar deze bedienings- en mon-
tageaanwijzing zorgvuldig. Als het
toestel een nieuwe eigenaar krijgt, dient u
hem/haar de aanwijzing te overhandigen.
Voor onderhouds- en herstellingswerken
moet de vakman de aanwijzing kunnen
inkijken.
3