Inhoudsopgave
Advertenties
Onderhoud
Storingen verhelpen
Problemen met de motor oplossen
Probleem
Het aandrijfpignon
draait niet of te
langzaam.
De motor start niet
of slaat onmiddel-
lijk weer af.
De motor start niet
wanneer de omge-
vingstemperatuur
laag is.
De motor stopt on-
bedoeld.
Mogelijke oorzaken
De batterij is onvoldoende opgela-
den.
De verbindingskabel naar de
startmotor zit los.
De massa-aansluiting naar de
batterij is los.
De magneetschakelaar van de
startmotor is defect of de startmo-
tor is defect.
De brandstoftank is leeg.
Het brandstoffilter is verstopt.
Het brandstofvoorfilter bevat wa-
ter.
Het brandstofvoorfilter is verstopt. Brandstoffilterelement vervangen.
Er zijn lekken of er is onvoldoen-
de druk in het lagedrukbrandstof-
circuit.
De brandstof is niet bestand te-
gen koude. De stromingseigen-
schappen van de dieselbrandstof
zijn onvoldoende door paraffine-
scheiding.
De viscositeit van de motorolie is
onjuist.
De voeding naar de regelmodu-
les van het motormanagement
(MCM) of de uitlaatgasnabehan-
deling (ACM) is onderbroken of er
is kortsluiting in de bedrading.
Er zijn lekken of er is onvoldoen-
de druk in het lagedrukbrandstof-
circuit.
1411 801 1528 NL - 08/2022 - 04
Storingen verhelpen
gevolgen en M-oplossingen
Laad de batterij op.
Zet de kabel op de terminal vast.
Zet de kabel op de terminal vast.
Neem contact op met een bevoegde
servicemonteur om dit te controleren.
Brandstoftank bijvullen
Brandstoffilterelement vervangen.
Brandstofvoorfilter aftappen.
Controleer op lekkage (visuele controle),
vervang de afdichtingen indien nodig.
Neem contact op met een bevoegde
servicemonteur om de brandstofdruk te
testen.
Storingen als gevolg van paraffineschei-
ding kunnen worden verholpen door het
gehele brandstofsysteem te verwarmen,
bijvoorbeeld door het voertuig in een
verwarmde ruimte te parkeren;
Bijvullen met winterbrandstof
De viscositeit van de motorolie aanpas-
sen aan de gebruiksomstandigheden;
Als de motor na een nieuwe poging niet
start, laat de oorzaak dan opsporen en
verhelpen bij een gekwalificeerde, ge-
specialiseerde werkplaats.
Elektrische zekeringen controleren.
Neem contact op met een bevoegde
servicemonteur om de stroomvoorzie-
ning te controleren.
Controleer op lekkage (visuele controle).
Neem contact op met een bevoegde
servicemonteur om de brandstofdruk te
testen.
5
249
Advertenties
Inhoudsopgave
