NAAISTEKEN
Stof uitlijnen met een markering op de
steekplaat of het spoelhuisdeksel (met
markering)
Lijn tijdens het naaien de rand van de stof uit met de
markering van 5/8 inch (ca. 1,6 cm) op de steekplaat of
het spoelhuisdeksel (met markering), afhankelijk van de
naaldstand (alleen voor steken met de linker of middelste
naaldstand).
Voor steken met een linkernaaldstand
(steekbreedte: 0,0 mm)
1 Naad
2 Persvoet
3 Centimeter
4 Inch
5 Steekplaat
6 5/8 inch (ca. 1,6 cm)
Voor steken met een middelste naaldstand
(steekbreedte: 3,5 mm)
1 Naad
2 Persvoet
3 Inch
4 Spoelhuisdeksel (met markering)
5 5/8 inch (ca. 1,6 cm)
68
Rijgsteken
a
Selecteer
en bevestig persvoet "J".
b
Houd
(achteruitsteektoets) of
(verstevigingssteektoets) ingedrukt om 4
verstevigingssteken te naaien. Druk vervolgens op de
"Start/Stop"-toets om door te gaan met naaien.
Memo
• Voordat u begint te naaien trekt u de onderdraad
omhoog, lijnt u de onderdraad uit met de
bovendraad en trekt u vervolgens beide draden
naar de achterkant van de machine. (pagina 35)
Voor een nette afwerking houdt u de uiteinden van
de draden vast wanneer u begint te naaien.
• U kunt een steeklengte instellen tussen 5 mm (ca.
3/16 inch) en 30 mm (ca. 1-3/16 inch).
1 Tussen 5 mm (ca. 3/16 inch) en 30 mm (ca.
1-3/16 inch)
c
Wanneer u klaar bent met naaien, naait u
verstevigingssteken en knipt u vervolgens de draden
royaal af.