Memo
• Voor nog aantrekkelijkere afwerkingen volgt u de
onderstaande procedures:
- Druk na 5 à 6 steken nogmaals op de "Start/
Stop"-toets om de machine te stoppen.
- Knip de overtollige draad aan het begin van het
patroon af. Als het einde van de overtollige draad
zich onder de borduurvoet bevindt, zet u de
borduurvoet omhoog en knipt u de overtollige
draad daarna af.
• Als er draad over is aan het begin van het
borduurwerk, kunt u hier overheen borduren als u
verdergaat met het patroon waardoor het moeilijk
wordt de draad te verwijderen als het patroon is
afgemaakt. Knip de draden af aan het begin van
elke draadwisseling.
d
Verwijder de bovendraad voor de eerste kleur uit de
machine. Rijg de machine in met de volgende kleur.
e
Herhaal dezelfde stappen voor het borduren van de
overige kleuren.
1
2
3
1 Huidig aantal steken/Totaal aantal steken
2 Huidige tijd/Totale tijd
3 Gedeelte van het patroon dat hierna wordt geborduurd
4 Geborduurde kleuren/Totaal aantal kleuren
Wanneer de laatste kleur is geborduurd, wordt
[Borduren beëindigd] op het scherm weergegeven.
Druk op
om terug te keren naar het
oorspronkelijke scherm.
Memo
• De draadknipfunctie is oorspronkelijk ingesteld om
overtollige overspringende draden af te knippen
(waar patronen met elkaar worden verbonden).
Mogelijk blijft aan het begin van het stiksel een eind
bovendraad op de voorkant van de stof over, naar
gelang het soort naald en stof dat u gebruikt. Als u
klaar bent met borduren, knipt u de overtollige
draad af.
Als de functie is uitgezet, knipt u met een schaar de
overtollige overspringende draden van het
voltooide patroon af. Zie pagina 150 voor
informatie over de draadknipfunctie.
Werken met applicaties
Wanneer op het borduurkleurvolgordescherm
[
[
[
onderstaande procedure.
Benodigde materialen
4
• Stof voor het applicatiestuk
• Stof voor de applicatiebasis
• Steunstof
• Textiellijm
• Borduurgaren
Opmerking
• Raadpleeg de "Borduurontwerpen bedieningshandleiding"
om de aanbevolen methode te bekijken voor ingebouwde
applicatiepatronen. Ga naar https://s.brother/cmekb/.
Sommige applicatiepatronen wijken af van de procedure
die wordt beschreven in deze handleiding.
• De juiste namen en nummers van de te gebruiken
garenkleuren worden niet weergegeven. Gebruik
de garenkleuren naar gelang de gebruikte kleuren
in het applicatiepatroon.
1. Een applicatie maken
a
Bevestig steunstof aan de achterkant van de stof voor
de applicatie.
b
Naai de snijlijn van de applicatie. Verwijder de stof van
het applicatiestuk uit het borduurraam en knip
zorgvuldig langs de genaaide snijlijn.
EEN PATROON BORDUREN
(APPLICATIEMATERIAAL)],
(APPLICATIEPOSITIE)] of
(APPLICATIE)] wordt weergegeven, volg dan de
4
139