¤
Voer in het veld VLAN-identificatie de VLAN-code van uw virtuele netwerk in.
Let op
Als u voor VLAN-identificatie een ongeldige waarde invoert en de instellingen ver-
volgens opslaat, dan kunt u de DECT-Manager niet meer bereiken vanuit de configu-
ratie-PC. Stel de DECT-Manager dan in op statisch of dynamisch IP-adres; dit schakelt
ook de VLAN-tagging in (zie
Daarna moet de toegang van de DECT-Manager tot het lokale netwerk weer worden
£
hersteld (
pagina
¤
Kies de VLAN-prioriteit voor de overdracht van de PC-gegevens.
Prioriteiten toekennen aan VLAN's
Datapakketten van VLAN's kunnen van prioriteiten worden voorzien. De prioriteit bepaalt
of het dataverkeer van een VLAN door de netwerkcomponenten met voorkeur moet wor-
den behandeld. U kunt de prioriteit voor spraak en data gescheiden definiëren. Bij een
lokaal netwerk met veel dataverkeer kunt u een betere kwaliteit van uw telefoonverbin-
dingen behalen door aan de spraakdata een hogere kwaliteit toe te kennen.
Mogelijke waarden en toewijzing van de waarden aan dienstklassen (conform IEEE
802.1p):
0
Geen prioriteit (best effort)
1
Achtergronddiensten, bijvoorbeeld News Ticker (background)
2
niet gedefinieerd
3
Algemene datadiensten (excellent effort)
4
Besturingsdiensten, bijvoorbeeld routing (controlled load)
5
Video
6
Spraakdata (voice)
7
Hoogste prioriteit voor software voor netwerkbesturing (network control)
Instellingen opslaan
¤
Klik op Opslaan om uw instellingen op de pagina IP-configuratie op te slaan.
Systeem met de DECT-Manager configureren.
Reset van IP-configuratie en
64).
wachtwoord,
pagina
23).
67