Om posities in te stellen:
❖
Schakel het toetsenbord in door te drukken op de GO-knop 18.
❖
Hou de betrokken knop ingedrukt tot de vereiste positie bereikt is.
12.1.1 Centrale STOP-knop
De centrale STOP-knop 7 onderbreekt onmiddellijk alle bewegingen van het bed.
Het indrukken van de centrale STOP-knop 7 gedurende ten minste 0,3 seconden onderbreekt onmiddellijk alle
bewegingen van het bed.
12.1.2 Activerende GO-knop
De GO-knop 18 activeert alle toetsen op alle bedieningselementen.
Een GO-knop is opgenomen op een aantal verschillende bedieningselementen. De functie van de GO-knop is
identiek voor alle bedieningselementen.
Na het indrukken van de GO-knop 18 blijft het toetsenbord 3 minuten actief.
12.1.3 Functieknoppen
De functieknoppen 3, 4, 5 en 6 laten het instellen van verschillende posities toe, bv. de hoogte en kanteling van
het matrasplatform, het afregelen van individuele matrasplatformelementen enz.
OPMERKING Wanneer twee functieknoppen tegelijkertijd worden ingedrukt herkent de controller dit als een
fout. De controller onderbreekt onmiddellijk alle bewegingen van het bed.
Om een positie in te stellen:
❖
Schakel het toetsenbord in door op de GO-knop te drukken.
❖
Hou de betreffende knop ingedrukt tot de vereiste positie bereikt is.
12.1.4 Vergrendelingsknoppen
De vergrendelingsknoppen 2 laten het uitschakelen van individuele functies toe op het supervisiepaneel.
Om functies uit te schakelen:
❖
Schakel het toetsenbord in door op de GO-knop te drukken.
❖
Druk op de betreffende vergrendelingsknop.
De betreffende LED knippert om de vergrendeling aan te geven.
OPMERKING De individuele functies worden vergrendeld op het centrale bedieningspaneel, de satellietbedie-
ning, de handset en de zijrailbediening.
Om uitgeschakelde functies in te schakelen:
❖
Schakel het toetsenbord in door op de GO-knop te drukken.
❖
Druk op de betreffende vergrendelingsknop.
De betreffende LED gaat uit. De functie wordt ingeschakeld.
D9U001AM2-0107_06
35