Bedieningsinstructies
5.4.
Accessoires voor de elektrische aansluiting (optie)
5.4.1 Besturingseenheid op wandbeugel
Let voor aansluiting op het
Multi-turn aandrijving SAExC 07.1 – SAExC 16.1/SARExC 07.1 – SARExC 16.1 Intrusive
De besturingseenheid kan ook los van de aandrijving op een wandbeugel
worden geplaatst.
.
.
Toepassing
Bij een moeilijk bereikbaar gemonteerde aandrijving/besturingseenheid
Indien de afsluiter aan intensieve trillingen onderhevig is
Montage
Afbeelding 19
1
Wandbeugel
2
Aansluitkabels
.
.
Toelaatbare lengte van de aansluitkabels: max. 100 m.
Indien zich in de aandrijving een standmelder (RWG) bevindt:
volgende
.
aansluitkabels in afgeschermde uitvoering toepassen.
Uitvoeringen met een potentiometer in de aandrijving zijn hiervoor niet
.
geschikt.
.
Wij adviseren: AUMA kabelset LSW8-KES of LSW9-KP.
Indien voor de aansluiting geen AUMA kabelset wordt gebruikt, dan
.
geschikte, flexibele en afgeschermde bekabeling gebruiken.
Indien aansluitkabels, bijv. van de verwarming of schakelaars, aanwezig
zijn, die direct van de aandrijving naar de klantstekker XK doorverbonden
zijn (XA-XM-XK, zie schakelschema), dan moet deze bekabeling een
isolatietest volgens EN 50178 ondergaan.
Uitgezonderd zijn aansluitkabels van standmelders (RWG, potentiometer).
Deze mogen niet aan een isolatietest worden onderworpen.
met besturingseenheid AUMATIC ACExC 01.1 Profibus DP
3
Elektrische aansluiting wandbeugel (XM)
4
Elektrische aansluiting aandrijving (XA)
5
Elektrische aansluiting besturing (XK)
27