De machine-interfacekabel aansluiten
Om een machine-interfacekabel op dit systeem aan te sluiten, moet een in de fabriek geïnstalleerde
(of door de gebruiker geïnstalleerde) CPC-poort met spanningsdeler met 5 standen zijn
geïnstalleerd. De spanningsdeler biedt een verlaagde boogspanning van 20:1, 21.1:1, 30:1, 40:1
of 50:1 (maximale uitgang 16 V). De CPC-poort op de achterkant van de stroombron biedt toegang
tot de verminderde boogspanning en de signalen voor boogoverdracht en plasmastart.
In de fabriek wordt de spanningsdeler standaard ingesteld op 50:1. Als
u de spanningsdeler anders wilt instellen raadpleegt u pagina 110.
De interne spanningsdeler biedt een maximum van 16 V bij een open stroomkring. Dit betreft een
impedantiebeveiligde functionele uitgang voor extra lage spanning (ELV) om schokken,
ontlading en brand te voorkomen onder normale omstandigheden bij het
machine-interfacecontact, en bij eerstefouttoestanden met de machine-interfacebedrading. De
spanningsdeler is niet fouttolerant en ELV -uitgangen voldoen niet aan de vereisten voor veilige
extra lage spanning (SELV) voor rechtstreekse verbinding met computerproducten.
Hypertherm biedt verschillende soorten externe machine-interfacekabels.
Externe kabels die geen spanningsdelerplaat gebruiken
Als u alleen signalen voor boogoverdracht en plasmastart wilt gebruiken, gebruik dan een
van de volgende kabels:
023206 (7,5 m)
023279 (15 m)
Deze kabels eindigen in draden die eindigen met kabelschoenen.
Kabelschoenen
Powermax45 XP
Gebruikershandleiding
De bedieningselementen voor mechanisch snijden configureren
VOORZICHTIG
CPC-stekker
809245
CPC-poort
6
105