Inhoudsopgave
Advertenties
4.7.1 Hydraulische kringloop
(werkingsprincipe)
Zoals
in
fig .6 (in serie) en fig .7 (Jet met stuurblok, ext ra uitvoering)
is
weergegeven wordt de Jet
via
de
leiding
P met olie van de traktor aangedreven
.
De maximale hoeveelheid ol ie
is
ca.
30 liter/min.
Met behu lp
van
een drie-weg stroom regelvent iel (fig.6/1 en 7 /1) en de
stel
motor wordt deze
olie-
stroom
variabel
gemaakt. Overeenkomstig
verandert
zich
het
toerental
van de hydro-motor (fig.6/2
en 7
/2)
en daarmee
ook
dat
van
de doseerwalsen
(fig.6/3
en 7 /3). De
niet
voor de hydro-aandrijving
benodigde
olie
wordt
in
de, van de
hydro-motor komende,
terugvoer
N
opgesladen (fig.6/4)
.
Is
de
strooier echter met
een
regel blok
(fig.
7
/4)
uitgevoerd, dan
staat
deze olie
ter besch ikking voor de
hy-
draulische
strooiboombed iening
aan
het regelblok.
Wordt
er
van het regelblok
geen
olie
gevraagd
voor de
hydraulische schakeling
,
dan wordt
het, na omloop
door het regel
blok,
tezamen met de, van
de
olie
aandrijving komende
olie, via
de
leiding
N naar
de traktor
teruggevoerd
(fig.
7
/5). De leiding R
leidt de
stuurol ie en de, van
de hydro-cilinders
komenden
olie
,
direkt
in
de
traktor
tank
terug. In
de
leiding
R dient
de olie
drukloos
terug te
kunnen
lopen.
Door
het
gebruik
van
een stuurblok
zijn
niet
zoveel
regevenlen op
de
traktor nodig en de parallel
aandrijving van de olie-motor en de
hydraulische
strooiboom-bediening
is, zonder dat het toerental van de hydro-motor
verandert, altijd
mogelijk.
4.7.2 Hydraulische aansluitingen
Opmerking: De hydraulische installatie is beschermd tegen foutieve
aansluitingen, door
terugslag
-
kleppen
in
de hydraulische leidingen of door
eenzijd
ig
werkende
hydraulische
stekkers
(met
kleuren
aangeven)
blijven de hydraulische leidingen
afgeschermd.
John Deere traktoren hebben een bizonder hydraulisch
systeem
(konstantdruk-systeem) hetgeen
niet
zondermeer
voor het gebruik met hydro-motoren geschikt
is.
Let op de
adviezen
van de traktor
fabrikant en wend U in bizondere gevallen voor verdere
informatie
tot Amazonen Werke; via de
dealer.
4.
7.3 Jet 1204/Jet 1504 zonder regel blok
De hydraulische leidingen uit de machine-zijdige invoer nemen, de toevoer
-P- en de
terugloop
-N-
aan een dubbelwerkend stuurventiel aanslu iten.
Wanneer geen dubbelwerkend ventiel
aanwezig is,
dan moet P op een
enkelwerkend ventiel aange-
sloten
worden
en N
als drukloze terugvoer direkt op de olietank van de traktor terug voeren.
De overige hydraulische
aansluitingen
zijn voor de hydraulische
strooiboom-bed iening en worden
aan
de nog brije
enkelwerkende,
of eenzijdig op een dubbelwerkend stuurventiel
aangesloten.
4.7.4 Jet 1204/Jet 1504 H met regelblok
(extra
uitvoering)
De drie hydraulische leidingen met de aanduidingen P, N en Ruit de machine-zijdige opname nemen
en als volgt
aansluiten:
Hydraulik
leiding
P (toeloop) en N (terugloop) aan het dubbelwerkende
stuur-
ventiel. De
leiding
R (drukloos terugvoer) moet direkt terug in de olietank van de traktor
worden
gevoerd.
Is deze leiding op de traktor niet aanwezig, dan kunt U deze
alsnog
door de dealer
laten an
leggen
of,
er
kan onder bizondere omstandigheden een enkelwerkend stuurventiel, dat op
"zanken" staat, tij-
dens het werken
worden
gebruikt.
19
Advertenties
Inhoudsopgave
