15. Landen van de helikopter
Ook bij het landen hebt u 2 opties om uit te kiezen:
Automatische landing
Druk als de helikopter zweeft kort op de drukknop voor start, landen en noodstop (zie ook afbeelding 13, pos. 10).
De helikopter zal dan de snelheid van de hoofdrotor zodanig verlagen dat deze hoogte verliest en automatisch landt.
Tijdens de landingsprocedure is de helikopter nog steeds bestuurbaar en kan het landingspunt indien nodig worden
gecorrigeerd. De rotoren blijven nadat de helikopter geland is automatisch stilstaan. Tijdens de automatische landing
knippert de LED op de helikopter.
Let erop dat bij de landing zich geen hindernis onder het model bevindt, waar de modelhelikopter tijdens
het dalen tegenaan kan botsen.
Opgelet, belangrijk!
De automatische landing kan op elk moment worden afgebroken. Hiervoor is het voldoende om de stuur-
knuppel voor de vlieghoogte- en staartfunctie (zie afbeelding 13, pos. 9) kort naar boven te bewegen. De
helikopter zal dan niet meer verder dalen, maar op de bereikte hoogte zweven.
Handmatige landing
Beweeg de stuurknuppel voor de vlieghoogte- en staartfunctie (zie afbeelding 13, pos. 9) naar beneden, zodat de
helikopter langzaam hoogte verliest. Als het weer op het landingsgestel staat, houdt u de stuurknuppel in de laagste
positie totdat de rotoren stoppen.
105