ProMinent gamma/ X GMXa Gebruikershandleiding pagina 44
Verberg thumbnails
Zie ook voor gamma/ X GMXa:
- Gebruikershandleiding (152 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (172 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Installeren, elektrisch
Instelling in menu
Waarschuwing + fout (storingsmel‐
drelais)
Waarschuwing + fout + stop
Pomp actief
Slagpuls** (taktgeefrelais)
Pulshoeveelheid** (taktgeefrelais)
Dosering / charge
Ontluchting***
Relais-polariteit
9.3.5.2
Uitgang "Storingsmeldrelais" (identcode 1)
P_SI_0043
Afb. 23: Toewijzing bij kabel
44
Werking
Het relais schakelt bij een waarschuwingsmelding (gele LED*) of bij een fout‐
melding (rode LED*).
Het relais schakelt bij een waarschuwingsmelding (gele LED*), bij het stoppen
[Start/Stop] of bij een foutmelding (rode LED*).
door de toets
Het relais schakelt, zodra de pomp bedrijfsgereed is en niet gestopt is, niet in
„Pauze" is of een fout actief is.
een toestand zoals
Bij het tegendeel schakelt het relais weer terug.
Het relais schakelt bij elke slag.
Het relais schakelt altijd bij het bereiken van de ingestelde pulshoeveelheid.
Het relais schakelt z'n toestand, zolang een charge wordt afgewerkt.
Het relais opent een optioneel geïnstalleerd ontluchtingsventiel, zodra de bestu‐
ring het aanstuurt.
* Zie hoofdstuk "Storingen verhelpen"
** Voor dit relaistype kan alleen
relais).
*** Voor dit relaistype kan alleen
Hier kan worden ingesteld hoe een relais moet schakelen.
Instelling in menu
Verbreekcontact
Maakcontact
Een storingsmeldrelais is optioneel bestelbaar - zie bestelinformatie in de
bijlage. Dit wordt voor het geven van een signaal bij een storing in de
pomp en bij de waarschuwingsmeldingen "Vloeistofpeil laag 1e niveau" en
"Vloeistofpeil laag 2e niveau" gebruikt.
Het storingsmeldrelais kan naderhand worden ingebouwd en werkt na het
plaatsen van de relaiskaart - zie de aanvullende handleiding "Relaisuitbrei‐
ding".
Het gedrag is vanuit de fabriek geprogrammeerd. Is een andere schakel‐
functie gewenst, kan de pomp in het menu
grammeerd.
Het relais kan naderhand worden ingebouwd en werkt na het plaatsen van
de relaiskaart.
„Relais 2" worden gebruikt (halfgeleider‐
„Relais 1" worden gebruikt.
Resultaat
Het relais is bij normaal bedrijf gesloten en opent
bij de activerende gebeurtenis. (NC)
Het relais is bij normaal bedrijf geopend en sluit
bij de activerende gebeurtenis. (NO)
„Relais" worden omgepro‐
Advertenties
Inhoudsopgave
