Functiebeschrijving
6.3 Doseercapaciteit
6.4 Zelfontluchting
6.5 Bedrijfsmodi
Bedrijfsmodus "Handmatig"
Bedrijfsmodus "Contact"
Bedrijfsmodus "Charge"
24
Schommelingen in de tegendruk van doseerleiding, die tot ongewenste
variaties in het gedoseerde volume kunnen leiden, worden door de aan‐
drijving automatisch gecompenseerd. Zo wordt een doseernauwkeurigheid
bereikt die anders alleen met uitgebreide regelcircuits zou kunnen worden
bereikt.
De ingestelde doseercapaciteit regelt de pomp in
zelf (niet bij SEK-doseerkoppen).
Doorgaan wordt bij bedrijf echter de doseercapaciteit door de slaglengte
en de slaglengte bepaald. De slaglengte kan worden ingesteld via de
basisweergave of via het menu, binnen een bereik van 0 - 100%. Tech‐
nisch zinvol wordt de ingestelde doseerhoeveelheid echter alleen tussen
30 - 100% (SEK-type: 50 100 %) gereproduceerd! De slagfrequentie kan
via het menu (niet in bedrijfsmodus "Analoog") worden ingesteld binnen
een bereik van 0 - 12.000 slagen/h.
SER-typen
Zelfontluchtende doseereenheden zonder bypass zijn in staat bij een aan‐
gesloten persleiding zelf aan te zuigen en aanwezige luchtinsluitingen in
de persleiding te pompen. Ook tijdens bedrijf kunnen ze de optredende
gassen afpompen, ongeacht de heersende werkdruk.
SEK-typen
Zelfontluchtende doseereenheden met bypass zijn in staat bij een aange‐
sloten persleiding zelf aan te zuigen en aanwezige luchtinsluitingen via
een bypass af te leiden. Ook tijdens bedrijf kunnen ze de optredende
gassen afpompen, ongeacht de heersende werkdruk. Door het inge‐
bouwde drukhoudventiel kan er ook tijdens drukloos bedrijf nauwkeurig
worden gedoseerd.
De bedrijfsmodus kiest u in het menu "Bedrijfsmodus".
Voor de rangorde van de verschillende bedrijfsmodi, functies en storings‐
toestanden - zie hoofdstuk "Hiërarchie van bedrijfsmodi, functies en sto‐
ringstoestanden".
„Handmatig" maakt het mogelijk de pomp handmatig te
De bedrijfsmodus
gebruiken.
Deze bedrijfsmodus biedt de mogelijkheid de pomp extern via een potenti‐
aalvrij contact aan te sturen (bijv. via een contactwatermeter). Met de optie
"Puls Control" kan via de pijltoetsen in het menu
slagen (verlagings-, resp. verhogingsfactor 0,01 t/m 99,99) worden voor‐
geselecteerd.
Deze bedrijfsmodus biedt de mogelijkheid met grote overbrengingsfac‐
toren (tot 99.999) te werken. De dosering kan worden geactiveerd door te
[Clickwheel] , door een puls via de stekkeraansluiting
drukken op het
"Externe aansturing" via een contact of een halfgeleiderschakelelement.
Een doseerhoeveelheid (charge) of een aantal slagen kan via het menu
„Instellingen" met het [Clickwheel] worden voorgeselecteerd.
„Automatisch" -bedrijf
„Instellingen" het aantal