SAEx 25.1 – SAEx 40.1/SAREx 25.1 – SAREx 30.1 Meld- en stuureenheid: elektromechanisch
ACExC 01.1 Intrusive
Potentiaal van de aan-
sluitingen door de klant
Veiligheidsstandaards Alle extern aangesloten apparatuur dient met de desbetreffende veiligheidsstan-
Kabels leggen met in-
achtname van de EMC
Stroomsoort, netspan-
ning en frequentie
Aansluitkabels • Teneinde de isolatie van de apparatuur te waarborgen geschikte (spannings-
5.2.
Aansluiting met schakelkast
Alle ingangssignalen (aansturing) moeten van dezelfde voedingsspanning
(potentiaal) worden voorzien.
Alle uitgangssignalen (statusmeldingen) moeten van dezelfde voedingsspan-
ning (potentiaal) worden voorzien.
daards overeen te komen.
Signaal- en buskabels zijn storingsgevoelig.
Motorkabels kunnen storingen veroorzaken.
• Storingsgevoelige en storing veroorzakende kabels op een zo groot mogelijke
onderlinge afstand van elkaar leggen.
• De resistentie tegen storingsinvloeden van signaal- en buskabels is hoger als
de kabels dicht bij het massapotentiaal worden gelegd.
• Indien mogelijk, lange kabels vermijden of erop letten dat zij in zones worden
gelegd waar storingsbronnen weinig invloed hebben.
• Het over lange afstanden parallel leggen van storingsgevoelige en storing ver-
oorzakende kabels vermijden.
• Bij het aansluiten van standmelders voor terugmelding op afstand moeten afge-
schermde kabels worden gebruikt.
Stroomsoort, netspanning en de frequentie moeten met de motorgegevens
(zie typeplaatje op de motor) overeenkomen.
Afbeelding 14: Typeplaatje motor (voorbeeld)
[1]
Stroomsoort
[2]
Netspanning
[3]
Frequentie (bij draai- en wisselstroommotoren)
vaste) kabels toepassen. De kabels selecteren op minimaal de hoogst voorko-
mende nominale spanning.
• Aansluitkabels met een minimaal temperatuurbereik van +80 °C toepassen.
• Bij aansluitkabels die aan uv-straling blootgesteld worden (bijv. buiten) uv-resis-
tente kabels toepassen.
Bij aandrijvingen met een hoge nominale stroomwaarde van de motor wordt de elek-
trische aansluiting via een schakelkast uitgevoerd.
Deze schakelkast wordt los aan een wand gemonteerd.
Afbeelding 15: Besturingseenheid met schakelkast
Elektrische aansluiting
19