SAEx 25.1 – SAEx 40.1/SAREx 25.1 – SAREx 30.1 Meld- en stuureenheid: elektromechanisch
Montage
4.3.2.
Aandrijfvorm A
Toepassing • Aandrijfvorm voor stijgende, niet draaiende spindel
4.3.2.1.
Draadbus op maat bewerken
14
• Geschikt voor de opname van stangkrachten
✓ Deze werkzaamheden zijn alleen noodzakelijk bij een ongeboorde of voorgeboor-
de draadbus.
Afbeelding 9: Montage aandrijfvorm A
[1]
Draadbus
[2]
Lager
[2.1] Lagerring
[2.2] Lagerkrans
[3]
Centreerring
1. Centreerring [3] uit aandrijfvorm draaien.
2. Draadbus [1] samen met lagers [2] wegnemen.
3. Lagerschijven [2.1] en lagerkransen [2.2] van de draadbus [1] verwijderen.
Informatie: Bij bouwgrootten A 35.2 – 48.2: volgorde van de lagerringen [2.1]
noteren.
4. Draadbus [1] boren, uitdraaien en schroefdraad snijden.
Informatie: Attentie: de boring moet exact centrisch en verticaal zijn!
5. Op maat bewerkte draadbus [1] schoonmaken.
6. Lagerkransen [2.2] en lagerschijven [2.1] met lithiumzeep EP-multipurposevet vol-
doende smeren zodat alle holle ruimtes met vet gevuld zijn.
7. Ingevette lagerkransen [2.2] en lagerschijven [2.1] op draadbus [1] steken.
Informatie: Bij bouwgrootten A 35.2 – 48.2: op juiste volgorde van de lagerschijven
[2.1] letten.
8. Draadbus [1] met lagers [2] weer in de aandrijfvorm plaatsen.
Informatie: Let erop, dat klauwen of vertanding correct in de sleuf van de holle as
grijpen.
9. Centreerring [3] indraaien en tot aan de aanslag vastdraaien.
ACExC 01.1 Intrusive