8. Het product bedienen
8.1 De regelaar instellen
8.1.1 Het inschakelniveau instellen
Als u de regelaar voor het eerst inschakelt, leidt de opstartwizard u door de noodzakelijke instel-
lingen. Als u het inschakelniveau later wilt wijzigen, voert u deze stappen uit:
1. Ga naar het instellingenmenu.
2. Druk op OK.
3. Ga naar het menu L_01.
4. Druk op OK.
5. Selecteer het inschakelniveau.
6. Druk op OK.
8.1.2 De nominale stroom instellen
Als u de regelaar voor het eerst inschakelt, leidt de opstartwizard u door de noodzakelijke instel-
lingen. Als u de nominale motorstroom later wilt wijzigen, voert u deze stappen uit:
1. Ga naar het instellingenmenu.
2. Druk op OK.
3. Ga naar het menu I_02.
4. Druk op OK.
5. Druk op de pijl naar rechts of links om de nominale stroom in te stellen aan de hand van het
6. Druk op OK.
8.1.3 De uitschakelvertraging instellen
1. Ga naar het instellingenmenu.
2. Druk op OK.
3. Ga naar het menu T_01.
4. Druk op OK.
5. Druk op de pijl naar rechts of links om de vertraging in seconden in te stellen.
6. Druk op OK.
8.1.4 De inschakelvertraging instellen
1. Ga naar het instellingenmenu.
2. Druk op OK.
3. Ga naar het menu T_02.
4. Druk op OK.
5. Druk op de pijl naar rechts of links om de vertraging in seconden in te stellen.
6. Druk op OK.
8.1.5 De alarmvertraging instellen
1. Ga naar het instellingenmenu.
2. Druk op OK.
3. Ga naar het menu T_03.
4. Druk op OK.
5. Druk op de pijl naar rechts of links om de vertraging in seconden in te stellen.
6. Druk op OK.
•
Selecteer 450 mm als de lage inlaatopening wordt gebruikt.
•
Selecteer 700 mm als de hoge inlaatopening wordt gebruikt.
Selecteer 450 mm als de hoogte van de inlaatleiding tussen deze twee waarden ligt.
typeplaatje van de motor.
De fabrieksinstelling is 0.
Multilift MD1, MDV | | 33