5.3.2 Pompen
De pompen zijn standaard afvalwaterpompen met steunvoeten voor horizontale opstelling. De
pompen zijn beschikbaar in twee uitvoeringen:
Multilift systeem
MD1
MDV
5.3.3 Bedrijfsmodi
SE pompen
•
Continu bedrijf: De pompen draaien bij voortduring.
•
Periodiek bedrijf: Binnen een bedrijfscyclus van 1 minuut moet de pomp 30 seconden lang
worden uitgeschakeld om af te koelen.
SL pompen
•
Periodiek bedrijf: Binnen een bedrijfscyclus van 1 minuut moet de pomp 30 seconden lang
worden uitgeschakeld om af te koelen. De maximale omgevingstemperatuur is 30 °C.
Wij adviseren maximaal 30 inschakelingen per uur voor beide pomptypen. Er zijn echter 60 in-
schakelingen per uur binnen een periode van twee uur bij piekbelasting toegestaan. Het doel is
slijtage van de asafdichting, lagers en motor tot een minimum te beperken.
Zie voor verdere informatie de installatie- en bedieningsinstructies van de pompen.
5.3.4 Motorbeveiliging
Er is een thermisch relais opgenomen in de motorwikkelingen. Er is een motorbeveiliging opgeno-
men in de besturingskast en de regelaar beschikt over een extra stroommetingsfunctie.
Pompuitvoering
SE1, SL1 pomp met éénkanaalwaaier
SEV, SLV pomp met SuperVortex waaier
Multilift MD1, MDV | | 18