5. Boor een gat in de aansluiting voor de ontluchtingsslang op de tank.
6. Verbind de ventilatieslang met de ontluchtingsflens en met de tank.
7. Bevestig een keerklep aan de ontluchtingsflens. Opvoerinstallaties moeten voorzien zijn van
een goedgekeurde terugslagklep conform EN 12050-4.
8. Monteer een afsluitklep op de keerklep.
9. Installeer de tweede pomp aan de hand van de bovenstaande stappen.
Voorbeeld:
1
Pos.
1
2
3
4
5
6
7
8
Gerelateerde informatie
• 3.2.2.3 De persleiding aansluiten
3.2.2.2 De inlaatleiding aansluiten
•
Alle leidingaansluitingen moeten flexibel zijn om resonantie te verminderen.
•
Installeer een afsluitklep in de inlaatleiding.
Bij veel installaties is een inlaat nodig lager dan de standaard inlaat van 700 mm boven de bo-
dem. U kunt ter plaatse een lipafdichting monteren. Gebruik de volgende accessoires:
Productnummer
91713755
91712026
91071939
5
2
3
Zorg ervoor dat het gewicht van de aanvoer-, pers- en onluchtingsleidingen niet
op de tank rust. Lange leidingen en kleppen moeten ondersteund worden.
7
8
6
4
Beschrijving
Afsluitklep, accessoire
Deuvels en bouten
Pomp
Keerklep, accessoire
Verzamelleiding, accessoire
Afsluitklep, accessoire
Ontluchtingslang
Ontluchtingsflens
Beschrijving
Gatenzaag, Ø177
Centreerboor
Lipafdichting, DN 150, intern ∅160
Multilift MD1, MDV | | 12