Gebruik voor reiniging of ontsmetting van uw apparatuur alleen de door Philips goedgekeurde
middelen en methoden die in dit hoofdstuk worden vermeld. Schade die wordt veroorzaakt door het
gebruik van niet-goedgekeurde middelen of procedures wordt niet door de garantie gedekt.
Philips doet geen uitspraken over de effectiviteit van de vermelde chemische stoffen of methoden als
middel voor infectiebestrijding. Raadpleeg de afdeling voor infectiebestrijding of de epidemioloog van
uw ziekenhuis voor meer informatie. Voor uitgebreide informatie over reinigingsmiddelen en hun
effectiviteit raadpleegt u "Guidelines for Prevention of Transmission of Human Immunodeficiency
Virus and Hepatitis B Virus to Health Care and Public-Safety Workers" uitgegeven door het U.S.
Department of Health and Human Services, Public Health Service, Centers for Disease Control, te
Atlanta, Georgia, in februari 1989. Houd u verder aan eventuele wettelijke bepalingen en de richtlijnen
van uw ziekenhuis of instelling.
Algemene punten
De transducers zijn gevoelige instrumenten. Behandel deze met zorg.
Houd uw basisstation en de transducers vrij van stof en vuil. Controleer de apparatuur na reiniging en
ontsmetting zorgvuldig. Gebruik de apparatuur niet als deze tekenen van slijtage of beschadiging
vertoont. Ontsmet apparatuur altijd eerst als u deze, in passende verpakking, naar Philips moet
retourneren. Neem de volgende algemene voorzorgsmaatregelen in acht:
• Volg altijd zorgvuldig de instructies op die bij de specifieke reinigings- en ontsmettingsmiddelen
horen. Verdun middelen altijd volgens de instructies van de fabrikant of gebruik een zo laag
mogelijke concentratie.
• Zorg dat er geen vloeistof in de behuizing van het basisstation en de transducers komt.
• Giet geen vloeistof over de behuizing van het basisstation.
• Dompel het basisstation niet onder in vloeistof.
• Zorg dat er geen reinigings- of desinfecteermiddel achterblijft op de oppervlakken van de
apparatuur. Veeg zulke resten af met een vochtige doek nadat het middel zijn werk heeft gedaan.
• Gebruik nooit bleekmiddelen.
• Gebruik nooit schurende materialen (zoals staalwol of zilverpoets).
Reiniging
7
7
35