4
De IPP- of Network Link Scan-instellingen configureren.
Te gebruiken functies beperken
Schakel de selectievakjes [Gebruik IPP-afdrukken] of [Network Link Scan gebruiken] uit.
●
Als u het selectievakje [Gebruik IPP-afdrukken] uitschakelt, kan er met AirPrint niet meer worden
afgedrukt en kunnen geen faxen meer worden verzonden.
●
Als u het selectievakje [Network Link Scan gebruiken] uitschakelt, kan er met AirPrint niet meer worden
gescand.
Communicatie met TLS versleutelen
Selecteer het selectievakje [Alleen toestaan wanneer TLS wordt gebruikt] of [Gebruik TLS].
IPP-verificatie instellen
Schakel het selectievakje [Gebruik authenticatie] in en stel de voor IPP-verificatie te gebruiken
gebruikersnaam in. Gebruik hiervoor single-byte alfanumerieke tekens.
Als u een wachtwoord wilt instellen, schakelt u het selectievakje [Wachtwoord instellen/wijzigen] in en voert u
hetzelfde wachtwoord in bij zowel [Wachtwoord] als [Bevestigen]. Gebruik hiervoor single-byte
alfanumerieke tekens.
Voor afdrukken en voor het verzenden van faxen met AirPrint is nu verificatie vereist. Alleen gebruikers die
de gebruikersnaam en het wachtwoord voor IPP-verificatie kennen, kunnen deze functies gebruiken.
5
Klik op [OK].
➠
De instellingen worden toegepast.
6
Uitloggen van Externe UI.
Aan mobiele apparaten koppelen
353