3. Het product in bedrijf nemen
3.1 De pomp voorbereiden voor
inbedrijfname
•
Raadpleeg paragraaf Veiligheidsinstructies en
opstartvereisten.
•
Controleer of de elektrische verbinding van de
pomp tot stand is gebracht door een
gekwalificeerd persoon.
•
Controleer of de voeding die op het typeplaatje
staat vermeld voldoet aan de lokale voorwaarden.
•
Controleer of alle leiding- of slangverbindingen
correct zijn uitgevoerd en draai ze zo nodig vast.
•
Verifieer of de doseerkopschroeven zijn
aangedraaid met het gespecificeerde
aandraaikoppel en draai deze zo nodig vast.
•
Controleer of de ontluchtingsplug op de
pompbehuizing open is.
•
Voor pompen met ingebouwd veiligheidsventiel:
Controleer of de overloopleiding correct is
verbonden met het veiligheidsventiel.
•
Voor pompen met membraanbreuksensor:
Controleer of de membraanbreuksensor correct
werkt.
Gerelateerde informatie
3.2 Veiligheidsinstructies en opstartvereisten
3.3 De pomp in bedrijf nemen
11.1.4 De membraanbreuksensor controleren
3.2 Veiligheidsinstructies en
opstartvereisten
WAARSCHUWING
Chemisch gevaar
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Raadpleeg het veiligheidsinformatie-
blad van het doseermedium.
‐
Draag beschermende kleding bij werk-
zaamheden aan de doseerkop, aan-
sluitingen of leidingen.
‐
Verzamel alle chemicaliën en voer de-
ze af op een wijze die niet schadelijk is
voor personen of het milieu.
‐
Controleer of de pomp correct is geïn-
stalleerd en of deze gereed is om te
worden gestart voordat u de stroom-
toevoer inschakelt.
440
WAARSCHUWING
Chemisch gevaar
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Draai de bouten van de doseerkop op-
nieuw aan na de initiële start en tel-
kens wanneer de doseerkop is geo-
pend. Na 6-10 bedrijfsuren of twee da-
gen draait u de bouten van de doseer-
kop aan met een momentsleutel.
•
De ontluchtingsplug moet open zijn terwijl de
pomp werkt.
•
Pas alleen de slaglengte aan terwijl de pomp
werkt.
3.3 De pomp in bedrijf nemen
•
Raadpleeg paragraaf De pomp voorbereiden voor
inschakeling
•
Raadpleeg paragraaf Veiligheidsinstructies en
opstartvereisten
•
Zorg er voor dat de pomp is uitgeschakeld, dat de
druk is afgelaten en dat de pomp leeg is.
17
18
Pos.
Beschrijving
15
Afsluiter
16
Afsluiter
17
Ontluchtingsventiel
18
Ontluchtingsplug
1. Open de ontluchtingsplug (18) in de
pompbehuizing.
De ontluchtingsplug moet open zijn terwijl de
pomp werkt.
2. Open de afsluiters aan de zuig- en perszijde (15,
16), indien aanwezig.
16
15