■ De papierinvoerlade sluiten
1
Verwijder al het papier.
Na het verwijderen van het papier controleert u of
de papierinvoerlade helemaal omlaag is gebracht.
2
Schuif de geleiders van de
papierinvoerlade zo ver mogelijk
uit.
Zet de vergrendelingshendels voor de gelei-
ders omhoog en verschuif de geleiders met de
hand.
3
Sluit de papierinvoerlade.
De papierontvangstlade gebruiks-
klaar maken
1
Open de papierontvangstlade.
Trek de papierontvangstlade open tot hij stopt.
2
Zet de geleiders van de papieront-
vangstlade en de papierstop
omhoog.
3
Stel de geleiders van de papieront-
vangstlade en de papierstop in op
het papierformaat.
Verschuif de geleiders van de papierontvangst-
lade en de papierstop terwijl u ze aan de onder-
kant vasthoudt.
Pas de positie van de papiergeleiders en de
papierstop aan op basis van de schaalaandui-
dingen op de papierontvangstlade.
De papierstop klikt vast op elke positie die
overeenkomt met het standaardformaat van
een papiersoort.
BAls u dik papier gebruikt, zet u de
geleiders van de papieront-
vangstlade iets verder uiteen dan
de werkelijke papierbreedte.
BDe optimale positie van de gelei-
ders van de papierontvangstlade
is afhankelijk van factoren zoals
de papiersoort, afdruksnelheid en
gebruiksomgeving. Gebruik de
schaalaanduidingen op de
papierontvangstlade alleen als
richtlijn. Stel de positie van de
geleiders van de papieront-
vangstlade in op basis van de
werkelijke ordening van het uitge-
voerde papier.
BAls u de horizontale positie van
de papierinvoerlade aanpast,
dient u de geleiders van de
papierontvangstlade ook bij te
stellen. Als de geleiders van de
papierontvangstlade niet in lijn
zijn met de positie van de
papierinvoerlade, kan een papier-
storing optreden.
Hoofdstuk 2 Basishandelingen
25
2