vochtigheid van 12 tot 20 %. De geschikte diameter van de houtblokken ligt tussen de 80 en 150 mm.
De maximale lengte van de houtblokken mag niet meer zijn dan 680 mm voor de ketels 20, 25, 30, 35
SLX en niet meer dan 780 mm voor de ketels 40, 45, 50, 55 SLX zodat het niet komt tot een
verstopping van hout in de vulkamer.
De calorische waarde van de verschillende soorten hout:
Hout
Fijnspar
Grove den
Berk
Eik
Beuk
OPGELET: Een ongeschikte vochtigheid of grootte van het hout kan een verlaging of een verhoging
van het vermogen veroorzaken, een te lage of hoge temperatuur van de verbrandingsgassen, een
bovenmatig grote condens, vlamverlies in het verbrandingsproces of een ongecontroleerde
verbranding.
Aanbevolen opslag en drogen van hout:
Hard hout:
2 jaar opgeslagen in een droge omgeving
Zacht hout:
1 jaar opgeslagen in een droge omgeving
Hout moet tijdens de opslag (drogen) beschermd worden tegen regen. De effectiviteit van het drogen
van het hout kan geholpen worden door het hout met zo groot mogelijke tussenruimtes neer te leggen
zodat er lucht tussen de afzonderlijke stukken hout kan circuleren. Bij het drogen zijn plaatsen, waar er
wind op het hout waait, een voordeel; dit helpt bij het snellere drogen van het hout. Indien het
mogelijk is, dient u het hout voordat u het in de ketel laadt, tenminste één dag op een warme plek op te
slaan, zoals bijvoorbeeld de ketelruimte (hierdoor wordt het voorverwarmd en daarmee vergroot u het
rendement van de verbranding).
1.6.2 ALTERNATIEVE BRANDSTOFFEN
In de ketel kunnen ook houtbriketten met een gat worden gebruikt die geperst zijn uit houtspaanders
zonder toegevoegde bindmaterialen. Het is altijd noodzakelijk om de houtbriketten in een bepaalde
verhouding te mengen met hout (de verhouding is afhankelijk van de grootte en de vorm van de
briketten) zodat het niet komt tot een verstopping van de nozzle voor het vergassen van het hout.
OPGELET: Niet toegestane soorten brandstof vergroten de noodzaak van schoonmaken en leiden tot
het ophopen van agressieve sedimentatie en condens, wat uiteindelijk kan leiden tot een verminderd
functioneren, een beschadiging van de ketel en een ongeldige garantie. Het gebruikmaken van niet
toegestane brandstoffen kan een onjuiste en ongecontroleerde verbranding veroorzaken.
7
Eenheden
Kcal/kg
3900
3800
3750
3600
3450
MJ/kg
16,25
15,80
15,50
15,10
14,40
kWh/kg
4,5
4,4
4,3
4,2
4,0