Inhoudsopgave
Advertenties
6 BEDIENING VAN DE KETEL
6.1 EXPLOITATIEVOORSCHRIFTEN
OPGELET: Indien er een onbevoegde persoon in de ketelruimte komt, kan het komen tot ernstig
letsel of vermogensschade. De exploitant moet de ketelruimte beveiligen tegen toegang door
onbevoegden en in het bijzonder kinderen.
De voorbereiding van de ketel voor bedrijf
Voor het in bedrijf stellen van de ketel dient u zich ervan te overtuigen of het systeem met water
gevuld is, ontlucht is en het niet komt tot een drukverlaging van het verwarmingswater. Controleer of
de schoorsteenpijp stevig vastgemaakt is (het liefst vastgeschroefd) en of er geen rookgassen kunnen
ontsnappen. Controleer of de sensoren van de manometer, de ketelthermostaat en de
veiligheidsthermostaat in de reservoirs van de ketel zijn geplaatst en of ze reële waarden laten zien. De
ketel op hout moet bediend worden in overeenstemming met de instructies die staan vermeld in deze
handleiding om een correct functioneren te bereiken. Bij de installatie van de ketel dient u onder het
achterste deel een blokje van 10 mm te leggen, zodat hij beter spoelt en ontlucht. Hij mag alleen
bediend worden door een getrainde volwassene met een afgeronde basisopleiding.
OPGELET: Bij het eerste opstoken kan er condensaat staan en dat kan weglekken; het gaat niet om
een defect. Na langer stoken verdwijnt de condensatie. Bij het verbranden van kleiner houtafval is het
noodzakelijk om de temperatuur van de rookgassen te controleren die niet meer mag bedragen dan 320
°C. In zo'n geval kan het komen tot een beschadiging van de ventilator. De vorming van roet en
condensaat in een bepaalde hoeveelheid in de vulkamer van de ketel is een normaal bijverschijnsel bij
de vergassing van hout en heeft geen negatieve invloed op het bedrijf van de ketel.
Indien de ketel langere tijd buiten bedrijf is geweest (uitgezet, een storing), is het noodzakelijk om bij
het weer in bedrijf stellen extra voorzichtig te zijn. In een ketel die lang niet gebrand heeft, kan het
komen tot een blokkade van de pomp, het lekken van water uit het systeem of in de winter tot het
bevriezen van de ketel.
6.2 OPSTOKEN, EXPLOITATIE EN BIJVULLEN VAN DE BRANDSTOF
HET AANSTEKEN VAN HET HOUT
1. Maak de deur van de vulkamer open. Controleer de hoogte van de as in de vulkamer. Indien de
hoogte van de as meer is dan 50 mm vanaf de bodem van de kamer, dient u de vulkamer schoon te
maken (afb. 6). Indien er zich houtskool in de kamer bevindt, is het niet nodig om dit te verwijderen;
dit vergemakkelijkt het opstoken. As dient echter altijd te worden verwijderd. Voor het reinigen is het
het meest ideale om gebruik te maken van een pookstok en om de as zodanig in de richting van het
mondstuk te schuiven dat het naar beneden valt in de verbrandingskamer van de ketel (de asbak).
Maak de verbrandingskamer altijd schoon voor ieder nieuw aansteken van de ketel!
25
Advertenties
Inhoudsopgave
