A) Hoofdstartsleutel en keuzeschakelaar van de bedieningspost vanaf de grond/vanaf het platform.
B) Noodstopknop STOP.
C) Waarschuwingslampje machine ingeschakeld.
D) Hendel ROTATIE BOVENBOUW.
E) Hendel SCHAARMECHANISME OMHOOG/OMLAAG.
F) Hendel ARM OMHOOG/OMLAAG.
G) Hendel TELESCOPISCHE ARM IN-/UITSCHUIVEN.
H) Hendel GIEK OMHOOG/OMLAAG.
I)
Controlelampje acculader.
De sleutel mag uitsluitend aan bevoegden overhandigd worden en de reservesleutel moet op een
veilige plaats opgeborgen worden.
5.2.1.1 Hoofdstartsleutel en keuzeschakelaar van de bedieningspost
De hoofdsleutel op de bedieningspost vanaf de grond dient om:
-
de machine aan te zetten en één van de beide bedieningsposten te kiezen:
-
de bediening vanaf het platform wordt geactiveerd als de sleutelschakelaar de stand "platform" gedraaid is.
Stabiele stand van de sleutel met mogelijkheid om de sleutel eruit te halen;
de bediening vanaf de grond wordt geactiveerd (voor manoeuvres in geval van nood) als de sleutelschakelaar
-
op de stand "bovenbouw" gedraaid is. Stand waarin de sleutel vastgehouden moet worden. Als de sleutel
losgelaten wordt dan wordt de machine uitgeschakeld.
-
de stuurstroomkringen uit te schakelen door de schakelaar op de stand OFF te draaien;
-
het aanzetten van de acculader vrij te geven door de sleutel in de stand OFF te draaien (modellen "E" en "ED").
Gebruiks- en onderhoudshandleiding
Afb.11
Zelfrijdende hoogwerkers
Bladzijde 27