Opslag – Benzinevoertuigen
WAARSCHUWING
• Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden aan het voertuig of de acculader mogen uitsluitend
door geschoolde monteurs worden verricht. Zelfs iedereen die eenvoudige reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden uitvoert, moet kennis en ervaring hebben op het gebied van elektrische
en mechanische reparatiewerkzaamheden. Bij het uitvoeren van onderhoud, servicewerkzaamheden
of installatie van accessoires, moeten altijd de juiste aanwijzingen worden gevolgd.
• Draai het contactslot in de stand UIT, verwijder de sleutel en plaats de hendel Vooruit/Achteruit in de
stand VRIJLOOP tijdens opslag. Hierdoor voorkomt u niet alleen dat het voertuig per ongeluk start,
maar verkleint u ook het risico op brand.
• Probeer nooit een bevroren accu of accu met vervormde behuizing te laden. Gooi de accu weg.
Bevroren accu's kunnen exploderen.
VOORZICHTIG
• Accu's die niet voldoende zijn opgeladen, zullen bij lage temperaturen bevriezen.
HET BENZINEVOERTUIG VOORBEREIDEN OP LANGDURIGE OPSLAG
1.
Laad het voertuig uit zodat de banden enkel het gewicht van het voertuig dragen.
2.
Sla het voertuig op een koele, droge plaats op. Dit vermindert de kans dat de accu vanzelf leegloopt. Als de accu
erg zwak lijkt te zijn, dient u deze door een geschoolde monteur te laten opladen. Gebruik een acculader voor
auto's van 12 volt, 10 ampère of minder.
3.
Sluit de brandstoftank af.
3.1.
Vul de brandstoftank en volg de instructies van de fabrikant om een in de handel verkrijgbare
brandstofstabilisator (zoals Sta-Bil
3.2.
Ontkoppel de ontluchtingsslang van de ontluchtingsnippel van de brandstoftank.
3.3.
Sluit de ontluchtingsnippel luchtdicht af. Wij adviseren het gebruik van een vinyl dop die u over de
ontluchtingsnippel schuift.
OPMERKING: Het is niet nodig om de brandstofleiding af te tappen.
4.
Koppel de accu en de bougiekabel los. Zie Accu met polen aan de bovenkant: De accu loskoppelen:
benzinevoertuigen, Sectie 2, Pagina 14.
Zie Accu met polen aan de zijkant: De accu loskoppelen – Benzinevoertuigen op pagina 14.
5.
De accu moet schoon en corrosievrij zijn. Reinig de bovenkant van de accu's en de accupolen met een oplossing
van natriumbicarbonaat en water: gebruik 1 kopje (237 ml) natriumcarbonaat per gallon (3,8 liter) water. Spoel de
oplossing van de accu's af. Zorg dat de oplossing niet in de accu kan lopen. Laat de accupolen drogen en spuit
ze in met een laagje Battery Terminal Protector Spray.
6.
Ter bescherming van de motor verwijdert u de bougie en giet u via het bougiegat een 1/2 ounce (14,2 ml)
SAE 10-olie in de motor. Draai de krukas van de motor een paar keer handmatig rond en sluit vervolgens de
bougiekabel weer aan. Draai deze aan tot 20 ft·lb (27 N·m).
7.
Zorg dat de banden de aanbevolen bandenspanning hebben. Zie Specificaties op pagina 65.
8.
Voer halfjaarlijks een smeerbeurt uit. Zie Periodieke smeerschema's op pagina 42.
9.
Reinig de voor- en achterzijde van de carrosserie, stoelen, het laadplatform, motorcompartiment en onderzijde
van het voertuig grondig.
10.
Activeer de parkeerrem niet. Blokkeer de wielen om te voorkomen dat het voertuig gaat rollen.
HET BENZINEVOERTUIG NA OPSLAG WEER IN GEBRUIK NEMEN
1.
Neem het brandstofsysteem weer in gebruik.
Pagina 36
Transporter Gebruikershandleiding
®
) toe te voegen.