Gebruik de volgende controles als richtlijn bij de inspectie van het voertuig. Deze checklist dient dagelijks en in
combinatie met Functietest op pagina 25 en Periodiek onderhoudsschema op pagina 38 te worden gebruikt om ervoor
te zorgen dat het voertuig zich in goede staat bevindt. Eventuele problemen moeten worden verholpen door een
dealer/distributeur van Club Car of een geschoolde monteur.
• Algemeen: Alle onderdelen dienen aanwezig te zijn en naar behoren te zijn geïnstalleerd. Zorg ervoor dat alle
moeren, bouten en schroeven stevig vastzitten. Controleer op benzinevoertuigen of alle slangklemmen en de
riem van de startmotor goed vastzitten.
• Veiligheids- en informatiestickers: Controleer of alle veiligheids- en informatiestickers aanwezig zijn. Zie
Identificatie van de veiligheidsstickers op pagina 4.
• Banden: voer dagelijks een visuele inspectie uit en controleer op slijtage, beschadiging en juiste bandenspanning.
Zie Specificaties op pagina 65.
• Accu('s): controleer of de accuvloeistof zich op het juiste peil bevindt (Figuur 21, Pagina 48 of Figuur 28,
Pagina 59). Controleer de accupolen. De bedrading moet stevig vastzitten en corrosievrij zijn. Laad de accu's van
elektrische voertuigen volledig op voordat u het voertuig gebruikt.
• Accukabel en stekker (elektrische voertuigen): Voer een visuele inspectie uit en controleer op barsten, losse
aansluitingen en versleten bedrading.
• Motor (benzinevoertuigen): Controleer of de motorolie zich op het juiste peil bevindt. Zie Motorolie –
Benzinevoertuig op pagina 60. Controleer de luchtinlaat op obstructies.
• Accu met polen aan de zijkant (benzinevoertuigen): controleer of de accuvloeistof zich op het juiste peil
bevindt (Figuur 28, Pagina 59). Controleer de accupolen. De kabels moeten stevig vastzitten en corrosievrij zijn
en de accu moet volledig zijn opgeladen.
• Accu met polen aan de bovenkant (benzinevoertuigen): controleer de accupolen. De kabels moeten stevig
vastzitten en corrosievrij zijn en de accu moet volledig zijn opgeladen. (Figuur 29, Pagina 59).
• Brandstof (benzinevoertuigen): controleer het brandstofniveau. Zie Instructies voor het tanken –
Benzinevoertuig op pagina 62. Controleer de brandstoftank, brandstofinjector, leidingen, dop en pomp dagelijks
op brandstoflekkage.
• Functietest: Voer de test volgens de aanwijzingen uit. Zie Functietest op pagina 25.
WAARSCHUWING
• Zorg ervoor dat u het plastic van de zitting verwijdert voordat u het voertuig in gebruik neemt. Indien
u dit niet doet, kan dit brandgevaar, materiële schade en ernstig of dodelijk persoonlijk letsel tot
gevolg hebben.
FUNCTIETEST
Nadat u zich vertrouwd hebt gemaakt met de bediening van het voertuig en u alle rijvoorschriften hebt gelezen
en begrepen, maakt u een proefrit met het voertuig.
Gebruik de volgende checklist in combinatie met de Veiligheidscontroles voor eerste ingebruikneming en dagelijkse
controles als richtlijn bij de inspectie van het voertuig en bij de dagelijkse controle of het voertuig zich in goede
staat bevindt. Eventuele problemen moeten worden verholpen door een dealer/distributeur van Club Car of een
geschoolde monteur.
Alle voertuigen
• Hendel Vooruit/Achteruit: Controleer of de schakelaar goed werkt. Zie Bediening en verklikkers op pagina 16.
• Remmen: Controleer of de remmen goed werken. Wanneer het rempedaal met matige kracht volledig wordt
ingedrukt, mag dit niet verdergaan dan de helft. Het voertuig moet vlot en zonder slippen tot stilstand komen. Indien
het rempedaal dieper dan de helft kan worden ingedrukt, of indien het voertuig slipt of niet stopt, moet u het
remsysteem laten controleren en zo nodig bijstellen. Het remsysteem moet altijd zodanig zijn afgesteld dat het
rempedaal in geen geval tot op de vloer kan worden ingedrukt.
Veiligheidscontroles vóór elk gebruik en dagelijkse controles
Transporter Gebruikershandleiding
Pagina 25