Na het inschakelen van de bediening (EIN)
De volgende LEDs lichten circa 0,5 seconde lang:
• De LED voor het ingestelde hydraulische systeem
• De LED voor het toerental van de kneuzerrotor
Instellen van het hydraulische systeem
1. Verbinding met de bedieningskast tot stand brengen
(E1)
De verzorgingskabel op de trekker aansluiten (E2).
2. Toets voor het toegepaste hydraulische systeem
ingedrukt houden
A1 = gesloten hydraulieksysteem (LED A1)
B1 = open hydraulieksysteem (LED B1)
11 = „load sensing" hydraulieksysteem (LED 11)
3.
Zusätzlich die Taste "I/O" (10) drücken.
Na circa 5 seconden licht de betreffende LED kort op
en de instelling van het hydraulische systeem wordt
opgeslagen.
Als het opslaan is voltooid klinkt een korte toon
4. Toets los laten (A1, B1, 10, 11)
Instellen van het toerental van de
kneuzerrotor
1. Verbinding met de bedieningskast tot stand brengen
(E1)
2. Toets voor de toegepaste aandrijfvariant ingedrukt
houden
Variant 1: Toets 13
Rotortoerentallen op de linker en rechter kneuzer 1019
min
-1
Rotortoerental op de middelste kneuzer 844 min
Variant 2: Toets 14
Rotortoerental op de linker en rechter kneuzer 771
min
-1
Rotortoerental op de middelste kneuzer 639 min
3. De verzorgingskabel op de trekker aansluiten (E2).
Na circa 5 seconden licht de betreffende LED kort
op en de instelling van de aandrijfvariant wordt
opgeslagen.
Als het opslaan is voltooid klinkt een korte toon
4. Toets los laten (13, 14)
1000-NL DIRECT CONTROL_384
Instellingen voor ingebruikname
-1
-1
BEDIENING „DIRECT CONTROL"
- 17 -
NL
Algemeen
Voor het in gebruik
nemen van de
machine moeten
met de bediening
„DIRECT
CONTROL"
verschillende
instellingen
worden
uitgevoerd.
Deze instellingen
zijn bijzonder
belangrijk om
de elektronische
controlesystemen
goed te laten
functioneren.