Installatiehandleiding bij de Galaxy 2 Series
56 - Communicatie (vervolg)
10 = STU Lijn Fout
Deze parameter bepaalt de lijnfoutcontrole voor de STU en heeft twee opties:
0 = Uit (standaard)
1 = Aan
11 = Remote Datum
Met deze parameter kan het paneel worden geprogrammeerd om automatisch een remote service oproep te
starten op een tevoren bepaalde datum en tijd. Er wordt gebeld op de relevante communicatiemodule volgens
de prioriteit van 56.6 Communicatie.HardWare Prioriteit. Er zijn twee subopties:
1 = Datum
De datum heeft de notatie DD/MM/JJ
2 = Tijd
De tijd heeft de notatie UU:MM
12 = Systeem ID
Met deze optie kan een 10-cijferig identificatienummer worden ingevoerd zodat het systeem uniek kan
worden geïdentificeerd aan software voor remote service.
8 = 2-Weg Communicatie (alleen 2–44+)
Deze menuoptie heeft drie subopties:
1 = Inluisteren
Met deze optie kan een meldkamermedewerker luisteren naar de audio op de site nadat het paneel een
alarmsignaal naar de PAC heeft gestuurd.
1 = Inbraak
Indien ingesteld op Aan is inluisteren mogelijk na een inbraak- of tijdsoverschrijding melding.
2 = Bevestigd
Indien ingesteld op Aan is inluisteren mogelijk na bevestigd melding.
3 = Overig
Indien ingesteld op Aan is inluisteren mogelijk na een Brand, Paniek, Paniek Stil of Assistentie melding.
2 = PAC Telefoon Nummers
Met deze optie selecteert u welke ontvangernummers met de inluisterfunctie kunnen werken.
1 = Telefoon Nummer 1
2 = Telefoon Nummer 2
3 = Inbellen
Met deze optie kan een gebruiker inbellen en een code invoeren om de 2-weg communicatie te bedienen.
Raadpleeg menu 42.1 (gebruiker 99).
1 = Mode
Wanneer deze optie is ingesteld op Aan, is deze functie ingeschakeld.
93