Inhoudsopgave
Advertenties
Dieselbrandstof
WAARSCHUWING
Brandgevaar!
Neem bij het werken met dieselbrandstof de
volgende veiligheidsmaatregelen in acht: 1.
Rook niet. 2. Vul de tank nooit terwijl de motor
draait. 3. Veeg gemorste brandstof onmiddel-
lijk op.
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden
tot ernstig of dodelijk letsel.
WAARSCHUWING
Brandgevaar!
Voeg geen benzine, alcohol of gemengde
brandstoffen toe aan diesel, behalve indien
en voor zo ver aanbevolen in deze handlei-
ding. Combinaties van brandstoffen kunnen
het brand- en explosiegevaar vergroten.
Als u zich hier niet aan houdt, kan dit leiden
tot ernstig of dodelijk letsel.
• Gebruik schone brandstof van kwaliteit 1-D of nr. 2-D
brandstof (ASTM D975).
• Gebruik nr. Gebruik brandstof van kwaliteit 1-D als de
verwachte omgevingstemperatuur lager is dan 4 °C (39
7 - ONDERHOUD
°F) of als de tractor moet worden gebruikt boven een
hoogte van 1524 m (5000 ft).
• Gebruik nr. Gebruik diesel van kwaliteit 1-2 waarvan
het stolpunt ten minste -12 °C (10 °F) lager is dan de
verwachte omgevingstemperatuur, om problemen met
het stromen van de brandstof bij koud weer te voorko-
men.
• Zorg dat er geen vuil in de brandstoftank terechtkomt.
• Het zwavelgehalte van de brandstof mag niet hoger zijn
dan 0,5%.
W0099A
• Het bezinksel en watergehalte mogen niet hoger zijn
dan 0,05%.
• Het minimale cetaangetal is 40. Voor gebruik bij lagere
temperaturen of op grotere hoogtes is mogelijk brand-
stof met een hoger cetaangetal vereist.
• Gebruik bij extreem lage temperaturen een goed win-
terbrandstofmengsel. In de meeste landen zijn diesel-
mengsels zowel geschikt voor zomer als winter, aange-
zien de omgevingstemperatuur kan schommelen. Ge-
bruik in de winter uitsluitend winterdieselbrandstof. An-
W0401A
ders kan de brandstof gaan vlokken en kan het systeem
verstopt raken.
7-11
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
