VIII UW RIT AANPASSEN
van de bestuurder aangepast voor
maximale stuurkracht bij lagere
snelheden, waarbij de eisen door-
gaans hoger zijn. Naarmate de
snelheid toeneemt wordt de be-
krachtiging steeds verder verzwakt
voor maximaal stuurgevoel en
nauwkeurigheid voor de bestuur-
der.
U kunt uit drie bekrachtigingsmodi
kiezen: Minimum, Medium en
Maximum. Met elke modus wordt
doorgegaan met het automatisch
aanpassen aan de snelheid van het
voertuig en de behoefte van de
bestuurder, zodat het niet nodig is
deze tijdens het rijden te wijzigen.
Deze modussen gebruikt u voor
het instellen van het bekrachtigings-
niveau op de voorkeur van elke
bestuurder.
De volgende DPS-modi zijn op het
voertuig vooraf ingesteld.
DPS-MODUS
DPS MAX.
Maximale stuurbekrachtiging
DPS MED.
Gemiddelde stuurbekrachtiging
DPS MIN.
Minimale stuurbekrachtiging
Om de actieve DPS-modus te zien,
gaat u als volgt te werk:
1.
Druk de Negeren/DPS-knop
in en laat hem los.
2.
Controleer de multifunctionele
meter om uw actieve DPS-
modus te bevestigen.
124
Om de DPS-modus te veranderen,
gaat u als volgt te werk:
1.
Houd de knop Negeren/DPS
2 seconden ingedrukt om naar
de volgende instelling te gaan.
2.
Laat de knop Negeren/DPS
los.
3.
Herhaal tot de gewenste in-
stelling is geselecteerd.
OPMERKING: De DPS kan niet
worden geregeld als het voertuig
in ACHTERUIT is geschakeld.