16.14
Punten wisselen
Hierna is het wisselen van de punten in de dwarsarmen beschreven, de wissel van de
middelste punt en de zijpunten is overeenkomstig gelijk.
Afb. 148
•
De sensor rijdetectie (alleen op middelste punt) van kabelboom losmaken.
•
De cilinderschroeven (2) demonteren en de punt (1) eraf halen.
•
De lagerringen (3) uit punt (1) nemen in nieuwe punt zetten, indien nodig versleten
lagerringen (3) vernieuwen.
•
De nieuwe punt (1) met de cilinderschroef (2) monteren en met de borgmoer borgen.
Aanwijzing
Worden schroefverbindingen met zelfborgende moeren losgedraaid, moeten de zelfborgende
moeren vóór het vastschroeven altijd worden vervangen.
16.15
Punten instellen
Afb. 149:
De onderkanten van de zijpunten (1) ca. y = 30 mm hoger dan de onderkanten van de rijpunten
(2) instellen.
De onderkant van de middelste punt (3) moet ca. x = 30...50 mm lager liggen dan de
onderkanten van de andere punten (a = afstand tot bodem in werkstand/dichtbij de bodem).
•
Corrigeer indien nodig de hoogte-instelling van de punten aan de zijkant, in de rij of in het
midden.
2
3
1
EC500061_2
Onderhoud
175