Veiligheid
Veilig omgaan met (zit-) kooi-
grasmaaimachines
Deze machine voldoet (ruimschoots) aan de Europese
normen die gelden bij het in productie gaan. Onjuist
gebruik of onderhoud door de bestuurder of eigenaar
kan echter lichamelijk letsel tot gevolg hebben. Om het
risico op lichamelijk letsel te vermijden dient u deze
veiligheidsinstructies op te volgen en te allen tijde
rekening te houden met het waarschuwingssymbool,
dat duidt op LET OP, WAARSCHUWING of
GEVAAR – "persoonlijke veiligheidsinstructie." Het
niet opvolgen van de instructies kan leiden tot
lichamelijk letsel met mogelijk fatale afloop.
Veilig gebruik
Dit product is in staat handen en voeten te amputeren
en voorwerpen weg te werpen. Volg altijd alle vei-
ligheidsinstructies op om ernstig lichamelijk letsel met
mogelijk fatale afloop te voorkomen.
Training
1.
Lees de instructies zorgvuldig door. Zorg dat u
goed op de hoogte bent van de besturing en het
juiste gebruik van de apparatuur.
2.
Laat kinderen of personen die niet op de hoogte
zijn van deze gebruiksvoorschriften nooit de gras-
maaimachine gebruiken. Het is mogelijk dat
plaatselijke voorschriften een leeftijdsgrens
stellen voor de bediening van de machine.
3.
Maai nooit terwijl personen, in het bijzonder
kinderen, of huisdieren zich in de buurt van de
machine bevinden.
4.
Denk eraan dat de bestuurder of gebruiker verant-
woordelijk is voor eventuele ongelukken of
gevaarlijke situaties met andere personen of hun
bezittingen.
5.
Vervoer geen passagiers.
2
6.
Alle bestuurders dienen professionele praktische
training te volgen. Bij zo'n instructie zou de
nadruk moeten liggen op:
• de noodzaak tot zorg en oplettendheid tijdens
het werken met zit-maaimachines.
• indien een zit-maaimachine gaat schuiven op
een helling, kan deze niet terug onder controle
gebracht worden door te remmen. De belan-
grijkste oorzaken voor het verliezen van de
controle over de besturing zijn:
– onvoldoende grip van de wielen;
– rijden met te hoge snelheid;
– verkeerd remmen;
– het type machine is niet geschikt voor dit
soort werk;
– onvoldoende aandacht voor de gevolgen
van de bodemgesteldheid, vooral bij hellin-
gen;
– onjuiste aankoppeling en ongelijke belast-
ing.
Voorbereiding
1.
Draag altijd geschikt schoeisel en een lange broek
tijdens het maaien. Bedien de apparatuur niet
indien u blootsvoets bent of sandalen draagt.
2.
Inspecteer het terrein waar de apparatuur gebruikt
gaat worden grondig, en verwijder alle voorwer-
pen die door de machine weggeworpen zouden
kunnen worden.
3.
WAARSCHUWING - Benzine is licht ontvlam-
baar.
• Bewaar brandstof in speciaal hiervoor
bedoelde tanks.
• Vul uitsluitend brandstof in de open lucht en
rook niet tijdens het tanken.
• Vul de brandstof bij voordat u de machine
start. Nooit de dop van de brandstoftank ver-
wijderen of brandstof toevoegen terwijl de
machine draait of heet is.