Download Print deze pagina
Still FM-X Series Oorspronkelijke Gebruiksaanwijzing
Verberg thumbnails Zie ook voor FM-X Series:

Advertenties

Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Reachtrucks
FM-X, FM-X N, FM-X W, FM-X EW,
Li-ion
FM-X-10
FM-X-12
FM-X-14
FM-X-17
FM-X-20
FM-X-20 HD
FM-X-25
1900 1901 1902 1903 1904
1905 1906 1907 1908 1909
1910 1914 1915 1916 1917
1918 1919 1920 1921 1922
50988078005 NL - 10/2018

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Still FM-X Series

  • Pagina 1 Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Reachtrucks FM-X, FM-X N, FM-X W, FM-X EW, Li-ion FM-X-10 FM-X-12 FM-X-14 FM-X-17 FM-X-20 FM-X-20 HD FM-X-25 1900 1901 1902 1903 1904 1905 1906 1907 1908 1909 1910 1914 1915 1916 1917 1918 1919 1920 1921 1922 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 3 Voorwoord Adres van fabrikant en contactgegevens STILL GmbH Berzeliusstraße 10 22113 Hamburg, Duitsland Tel. +49 (0) 40 7339-0 Fax: +49 (0) 40 7339-1622 E-mail: info@still.de Website: http://www.still.de Regels voor het bedrijf dat ge- motoriseerde transportwerk- tuigen gebruikt In aanvulling op deze bedieningsinstructies is...
  • Pagina 4 Voorwoord Internetadres en QR-code De informatie is op elk moment toegankelijk door het adres https://m.still.de/vdma in een webbrowser te plakken of door de QR-code te scannen. 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 5 Inhoudsopgave Voorwoord Uw machine ............2 Algemeen .
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Veranderingen aan beschermdak en cabines ....... 31 Veiligheidsgordel ........... . 32 Veiligheidsinformatie voor FM-X Wide, Extra Wide (W, EW) .
  • Pagina 7 STILL SafetyLight (variant) ........
  • Pagina 8 Inhoudsopgave Parkeren ............124 Machine beveiligd parkeren .
  • Pagina 9 Inhoudsopgave Extra uitrusting ............177 FleetManager (variant) .
  • Pagina 10 Inhoudsopgave Beschrijving van de koelhuisuitrusting ........222 Batterij in het koelhuis .
  • Pagina 11 Inhoudsopgave Machine reinigen ........... . 281 Machine reinigen .
  • Pagina 12 Inhoudsopgave Inzetbaarheid voor gebruik in koelhuizen behouden ......327 Onderhoudstaken voor lithium-ionbatterijen ....... . 327 Technische gegevens Maten .
  • Pagina 13 Voorwoord...
  • Pagina 14 Voorwoord Uw machine Uw machine Algemeen De in deze bedieningsinstructies beschreven Deze bedieningsinstructies bevatten de machine voldoet aan de van toepassing zijnde hiervoor noodzakelijke informatie. Lees de normen en veiligheidsvoorschriften. betreffende informatie voordat u de machine in gebruik neemt en volg de instructies op. Op De machines zijn uitgerust met de modernste deze manier voorkomt u ongevallen en zorgt u technologie.
  • Pagina 15 Voorwoord Uw machine EG-verklaring van overeenstemming volgens de Machinerichtlijn Verklaring STILL GmbH Berzeliusstraße 10 D-22113 Hamburg Duitsland Wij verklaren dat de volgens deze bedieningsinstructies Machine volgens deze bedieningsinstructies Model in overeenstemming is met de meest recente versie van de Machinerichtlijn 2006/42/EG.
  • Pagina 16 Voorwoord Uw machine Accessoires • Sleutel voor contactschakelaar (2 stuks); niet bij machines met de varianten Fleet- Manager™ of ”pincode” • Sleutel voor cabine (variant) • Inbussleutel voor nooddaalinrichting (in het bestuurderscompartiment onder het stuur) • Batterijwisselframe (variant) 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 17 Voorwoord Uw machine Posities van labels BATTERIESERVICE Nächste Prüfung Ihr STILL Service STILL GmbH Hamburg Berzeliusstraße 10 22113 Hamburg Tel.: 01804/784 55 24 400-600 1000 10200 1150 9800 1110 1300 9500 1050 1200 1400 9300 1080 1240 1450 9000 1160...
  • Pagina 18 Voorwoord Uw machine Waarschuwingsplaatje: Niet onder de Informatiesticker: FEM-test vork plaatsen / Niet op de vork plaatsen / Informatiesticker: FEM-test (inspectie- Gevaar van afschuiven / Gevaar door hoge sticker) vloeistofdruk Informatiesticker: Typeplaatje Waarschuwingsplaatje: Gevaar van af- Informatiesticker: Snelheidsbegrenzing op schuiven basis van de hefhoogte Informatiesticker: Batterijuitvoering Informatiesticker: Batterij ontgrendelen...
  • Pagina 19 Capacity equivalent: Weight: Typeplaatje P/N: B-P/N: Fabrikant Custumer order no.: Still order no.: Date: Adres van fabrikant Made in Germany Data/technische gegevens Safety Advices for Lithium-Ion Batteries Do not crush. Do not heat or incinerate. Do not short-circuit. Do not dismantle.
  • Pagina 20 Voorwoord Gebruik van de machine 16 ”Niet met huishoudelijk afval afvoeren” 17 ”Recycling - herbruikbaar materiaal” Gebruik van de machine Ingebruikname Met ingebruikname wordt het eerste beoogde gebruik van de machine bedoeld. De nodige maatregelen voor de ingebruik- name zijn afhankelijk van het model en de uitrusting van de machine.
  • Pagina 21 Er mogen alleen lithium-ionbatterijen worden gebruikt die door STILL zijn goedgekeurd voor gebruik met deze machine. De afmetingen van de geïnstalleerde batterij moeten exact overeenkomen met de afmetingen van het batterijframe in de machine.
  • Pagina 22 Voorwoord Gebruik van de machine Gebruikslocatie De machine is alleen goedgekeurd voor gebruik binnen. De ondergrond moet voldoende draagvermo- gen hebben (beton, asfalt) en het oppervlak ervan moet ruw zijn. De rijwegen, de werkom- gevingen en de breedtes van de gangpaden moeten voldoen aan de specificaties in deze bedieningsinstructies;...
  • Pagina 23 Voorwoord Gebruik van de machine Parkeerrem bij temperaturen onder -10 °C LET OP Batterijen kunnen bevriezen! Als de heftruck langere tijd wordt geparkeerd bij een omgevingstemperatuur onder -10 °C, koelen de batterijen af. De elektrolyt kan bevriezen en de batterijen beschadigen. De heftruck is dan niet gereed voor gebruik.
  • Pagina 24 Voorwoord Informatie over de documentatie Informatie over de documentatie Omvang van de documentatie • Originele bedieningsinstructies • Originele bedieningsinstructies voor voor- zetapparatuur (variant) • Lijst van reserveonderdelen • Afhankelijk van de uitrusting van de heftruck kunnen er ook ”UPA”-bedieningsinstructies worden meegeleverd OPMERKING Raadpleeg de aanvullende informatie in de paragraaf ”egels voor het bedrijf dat gemotori-...
  • Pagina 25 Voorwoord Informatie over de documentatie De bedieningsinstructies zijn opgenomen in de lijst van reserveonderdelen en kunnen als reserveonderdeel worden besteld. Het bedienings- en onderhoudspersoneel moet goed met deze bedieningsinstructies vertrouwd worden gemaakt. Het bedrijf dat de machine gebruikt, moet erop toezien dat alle gebruikers deze bedienings- instructies ontvangen, gelezen en begrepen hebben.
  • Pagina 26 Uitgavedatum en actualiteit van de bedieningsinstructies De uitgavedatum en de versie van deze bedieningsinstructies vindt u op de titelpagina. STILL streeft er continu naar zijn heftrucks verder te ontwikkelen. Wijzigingen in de bedieningsinstructies zijn voorbehouden en claims op basis van de informatie en afbeeldingen in deze bedieningsinstructies kunnen niet worden gehonoreerd.
  • Pagina 27 Voorwoord Informatie over de documentatie LET OP Geeft aan dat de procedures strikt moeten worden gevolgd om beschadiging en/of vernieling van materiaal te voorkomen. OPMERKING Voor technische vereisten die om bijzondere aandacht vragen. MILIEUVOORSCHRIFT Ter voorkoming van milieuvervuiling. Lijst van afkortingen OPMERKING Deze lijst van afkortingen geldt voor alle so- orten bedieningsinstructies.
  • Pagina 28 Voorwoord Informatie over de documentatie Afkorting Betekenis Verklaring Europese Gemeenschap Europese norm Europese federatie van fabrikanten van Fédération Européene de la Manutention materieel voor intern transport en opslag Maximumvermogen maximum Force Duitse instantie voor het bewaken/uitvaar- digen van voorschriften ter bescherming Gewerbeaufsichtsamt van werknemers, milieu en consumenten Overdracht van gegevenspakketten in...
  • Pagina 29 Voorwoord Informatie over de documentatie Afkorting Betekenis Verklaring Duitse technische/wetenschappelijke Verein Deutscher Ingenieure organisatie Verband Deutscher Maschinen- und Duitse brancheorganisatie voor de ma- VDMA Anlagenbau e.V. chine- en installatiebouw WLAN Wireless LAN Wireless Local Area Network Definiëring van de richtingen Algemeen: •...
  • Pagina 30 Voorwoord Informatie over de documentatie De bestuurder zit dwars ten opzichte van de rijrichting. Schematische afbeeldingen Overzicht van functies en bedienings- procedures Op veel plaatsen in deze documentatie wordt de volgorde van bepaalde functies of bedie- ningshandelingen uitgelegd. Ter verduidelij- king hiervan worden er schematische afbeel- dingen van een reachtruck gebruikt.
  • Pagina 31 Voorwoord Milieuoverwegingen Milieuoverwegingen Verpakking Bij aflevering van de heftruck zijn bepaalde onderdelen verpakt ter bescherming tijdens het transport. Deze verpakking moet volledig worden verwijderd voordat de heftruck voor het eerst wordt gestart. MILIEUVOORSCHRIFT Het verpakkingsmateriaal moet na levering van de heftruck op de juiste manier worden afgevoerd.
  • Pagina 32 Voorwoord Milieuoverwegingen 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 33 Veiligheid...
  • Pagina 34 Veiligheid Definitie van de verantwoordelijke personen Definitie van de verantwoordelijke personen Bedrijf dat de heftruck gebruikt Het bedrijf dat de heftruck gebruikt, is de natuurlijke of wettelijke persoon of groep die met de heftruck werkt of in wiens opdracht met de heftruck wordt gewerkt.
  • Pagina 35 Veiligheid Definitie van de verantwoordelijke personen soon op de hoogte te zijn van de nieuwste technologische ontwikkelingen met betrek- king tot de te controleren machine en van de gevaren die een dergelijke controle met zich meebrengt. Bestuurders Deze machine mag alleen worden gebruikt door daarvoor geschikte personen van ten minste 18 jaar die daarin zijn getraind, die over aantoonbare vaardigheden beschikken...
  • Pagina 36 Veiligheid Definitie van de verantwoordelijke personen De bestuurder moet: • de bedieningshandleiding hebben gelezen en begrepen, • zich vertrouwd hebben gemaakt met de veilige bediening en besturing van de machine • zowel lichamelijk als geestelijk in staat zijn om veilig met de machine te rijden GEVAAR Het gebruik van drugs en alcohol en van medicijnen die het reactievermogen beïnvloeden, beperken de...
  • Pagina 37 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik Basisprincipes voor een veilig gebruik Verzekeringsdekking voor gebruik op het bedrijfsterrein Veel bedrijfsterreinen zijn beperkt openbare verkeersgebieden. OPMERKING Vraag bij de aansprakelijkheidsverzekering van uw onderneming na of de verzekering de schade dekt die uw heftruck op een beperkt openbaar terrein aan derden toebrengt.
  • Pagina 38 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik Productspecifieke gevaren van de lithium-ionbatterij Lithium-ionbatterij Heet gedeelte bij de remweerstand (de Batterijgroep 4.1 positie is afhankelijk van de batterijgroep; Batterijgroep 4.2, 4.3 let op het waarschuwingsplaatje Veiligheidsklep (de positie is afhankelijk van de batterijgroep) WAARSCHUWING Verbrandingsgevaar door hete oppervlakken!
  • Pagina 39 Toegestane lithium-ionbatterijen – Gebruik alleen lithium-ionbatterijen die door STILL zijn goedgekeurd voor gebruik op deze machine. De afmetingen van de geïnstalleerde batterij moeten exact overeenkomen met de afmetingen van het batterijframe in de machine.
  • Pagina 40 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik – Volg verder de instructies van de batterijfa- brikant op. De lithium-ionbatterij mag alleen worden gebruikt volgens de bedieningsin- structies van de fabrikant van de batterij. Uitleg over het gebruik van lithium- ionbatterijen De veiligheidsfunctionaris en de werknemers moeten ook geïnformeerd worden over het gebruik van machines met lithium-ionbatte- rijen.
  • Pagina 41 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik – Ventileer de locatie van de brand goed, aangezien de resulterende verbrandings- gassen bij inademing schadelijk kunnen zijn voor uw gezondheid. – Informeer de brandweer dat lithium-ionbat- terijen beschadigd kunnen raken bij brand. – Houd de informatie van de batterijfabrikant over de procedure in het geval van een brand in acht.
  • Pagina 42 – Monteer alleen aanbouwdelen (varianten) die uitdrukkelijk door STILL zijn goedgekeurd en volg daarbij de veiligheidsvoorschriften. Als er aan de machine wordt gelast, moeten de batterij en alle aansluitingen op de elek- tronische besturingskaarten absoluut worden losgekoppeld.
  • Pagina 43 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik – Naam en adres van de onderneming die de wijziging heeft uitgevoerd Veranderingen aan beschermdak en cabines GEVAAR Werkzaamheden aan het beschermdak of aan de gesloten bestuurderscabine/cabine in koelhuisuit- voering reduceren de stabiliteit. Bij een vallende last of het kantelen van de machine kan het verand- erde chassis, plaatwerk en bevestigingsmateriaal defect raken.
  • Pagina 44 Waarschuwing met betrekking tot niet-originele onderdelen Originele onderdelen, voorzetapparaten en accessoires zijn speciaal voor deze heftruck ontworpen. Wij wijzen u er nadrukkelijk op dat onderdelen, voorzetapparaten en accessoires van andere fabrikanten niet zijn getest en goedgekeurd door STILL. 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 45 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik LET OP Het monteren en/of gebruiken van dergelijke pro- ducten kan daarom de ontwerpkenmerken van uw machine negatief beïnvloeden en daardoor de ac- tieve en/of passieve rijveiligheid in gevaar brengen. Wij raden u aan om de fabrikant en, indien nodig, de bevoegde instanties om goedkeuring te vragen voordat u dergelijke onderdelen monteert.
  • Pagina 46 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik Wielen en banden GEVAAR Risico voor de stabiliteit! Het niet opvolgen van de volgende informatie en instructies kan leiden tot stabiliteitsverlies. De machine kan kantelen − ongevallenrisico! De volgende factoren kunnen leiden tot stabiliteitsverlies en zijn daarom verboden: •...
  • Pagina 47 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik Medische apparatuur WAARSCHUWING Er kunnen elektromagnetische storingen in medi- sche apparaten optreden! Gebruik alleen apparatuur die voldoende be- schermd is tegen elektromagnetische storing. Medische apparatuur, zoals pacemakers of gehoorapparaten, werken mogelijk niet goed wanneer de machine in bedrijf is. –...
  • Pagina 48 Veiligheid Basisprincipes voor een veilig gebruik WAARSCHUWING Accumulatoren staan onder hoge druk. Bij een verkeerde montage van een accumulator neemt het verwondingsgevaar toe. Voordat er aan de accumulator wordt gewerkt, moet deze drukloos worden gemaakt. – Neem contact op met het geautoriseerde ser- vicecentrum.
  • Pagina 49 Veiligheid Restrisico Restrisico Overige gevaren en risico's Ondanks zorgvuldig werken en het opvolgen van de normen en voorschriften kunnen verdere risico's tijdens het gebruik van de machine niet volledig worden uitgesloten. De machine en alle overige systeemcompo- nenten voldoen aan de actuele veiligheids- vereisten.
  • Pagina 50 Veiligheid Restrisico • Gebruik van verkeerde vloeistoffen en smeermiddelen • Overschrijding van testintervallen De fabrikant is niet verantwoordelijk voor ongevallen met de heftruck voortvloeiend uit het bewust of door onachtzaamheid negeren van deze voorschriften door het bedrijf dat de heftruck gebruikt. Stabiliteit De stabiliteit van de machine is getest vol- gens de nieuwste technologische normen en...
  • Pagina 51 Veiligheid Restrisico – Rijd niet over randen van opritten of treden. Speciale risico's bij het gebruik van de heftruck en voorzetapparatuur Telkens wanneer de heftruck op een andere manier dan voor het beoogde gebruiksdoel wordt gebruikt, en in gevallen waarin de bestuurder er niet zeker van is dat hij de heftruck naar behoren en zonder kans op ongevallen kan gebruiken, moet er bij de...
  • Pagina 52 Veiligheid Restrisico Overzicht van gevaren en tegen- maatregelen OPMERKING Deze tabel is bedoeld als hulpmiddel bij het beoordelen van de gevaren in uw bedrijf en geldt voor alle machinetypes. Hij maakt geen aanspraak op volledigheid. – Volg de voorschriften op van het land waarin de machine wordt gebruikt.
  • Pagina 53 Veiligheid Restrisico Gevaar Maatregel Afvinken Opmerkingen √ Voltooid - Niet van toepassing Verontreinigde lucht Beoordeling van Technische voorschrif- dieseluitlaatgassen ten voor gevaarlijke stoffen (TRGS) 554 en de Duitse bedrijfsvei- ligheidsverordening (BetrSichV) Beoordeling van Duitse lijst met LPG-uitlaatgassen MAC-waarden (MAK-Liste) en de Duitse bedrijfsveilig- heidsverordening (Be- trSichV)
  • Pagina 54 Veiligheid Restrisico Gevaar Maatregel Afvinken Opmerkingen √ Voltooid - Niet van toepassing b) LPG Neem voorschrift D34 van de Duitse wettelijke ongevallenverzekering (DGUV), de bedieningsinstructies en de regels van de Duitse brancheorganisatie voor de machine- en installatiebouw (VDMA) in acht Tijdens het opladen Neem de Duitse be- Voorschrift 0510...
  • Pagina 55 Veiligheid Restrisico Gevaar Maatregel Afvinken Opmerkingen √ Voltooid - Niet van toepassing Lastdrager ver- Last opnieuw op de Duitse bedrijfsveilig- keerd/verschoven pallet plaatsen heidsverordening (Be- trSichV) Onvoorspelbaar Personeelstraining Duitse bedrijfsveilig- rijgedrag heidsverordening (Be- trSichV) Rijwegen geblokkeerd Rijwegen markeren Duitse bedrijfsveilig- Rijwegen vrijhouden heidsverordening (Be- trSichV)
  • Pagina 56 Veiligheid Restrisico gebruikt, moet echter het type en de uitrusting van machines zodanig kiezen, dat deze vol- doen aan de lokale gebruiksvoorschriften. Het resultaat moet schriftelijk worden vast- gelegd (§ 6 ArbSchG). Wanneer machines onder vergelijkbare gevaarlijke omstandig- heden worden gebruikt, mogen de resultaten worden samengevat.
  • Pagina 57 Veiligheid Veiligheidscontroles Veiligheidscontroles Regelmatige inspectie van de machine uitvoeren Het bedrijf dat de machine gebruikt, moet ervoor zorgen dat de machine ten minste eenmaal per jaar of na bijzondere voorvallen wordt gecontroleerd door een specialist. Als onderdeel van de inspectie dient de technische staat van de machine volledig te worden gecontroleerd voor wat betreft de ongevalveiligheid.
  • Pagina 58 Veiligheid Veiligheidscontroles De resultaten van de isolatietest moeten ten minste overeenkomen met de testwaarden in de volgende twee tabellen. – Neem voor isolatietests contact op met het geautoriseerde servicecentrum. De precieze procedure voor deze isolatietest is beschreven in de werkplaatshandleiding voor deze machine.
  • Pagina 59 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken mid- delen Toegestane middelen GEVAAR Het niet naleven van de veiligheidsvoorschriften m.b.t. te gebruiken middelen kan leiden tot letsel, fatale ongelukken of schade aan het milieu. –...
  • Pagina 60 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Langdurig intensief contact met de huid kan tot verschraling en irritatie van de huid leiden! – Voorkom aanraking en inslikken. – Draag veiligheidshandschoenen. – Was na contact de huid met zeep en water en gebruik vervolgens een huidbeschermingsmiddel.
  • Pagina 61 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Deze vloeistoffen zijn gevaarlijk voor de gezondheid en staan tijdens het gebruik van de heftruck onder druk. – Zorg ervoor dat de vloeistoffen niet met de huid in aanraking komen. –...
  • Pagina 62 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Batterijzuur bevat verdund zwavel- zuur. Dit is bijtend. – Bij het werken met batterijzuur moeten er geschikte persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM, Duits PSA) worden gebruikt (rubberen handschoenen, schort, veiligheidsbril). – Draag bij het werken met batterij- zuur nooit een horloge of sieraden.
  • Pagina 63 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen WAARSCHUWING Remvloeistof is gevaarlijk voor de gezondheid! Remvloeistof irriteert de ogen en kan bij langdurig contact de huid uitdrogen. – Wrijf uw handen vóór aanvang van het werk in met een beschermende huidcrème.
  • Pagina 64 Veiligheid Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met te gebruiken middelen Voer oude remvloeistof volgens de voor- • schriften af. Volg de voorschriften op van het land waarin • de heftruck wordt gebruikt. Gebruikte middelen afvoeren MILIEUVOORSCHRIFT Middelen die bij onderhouds-, reparatie- en reinigingswerkzaamheden vrijkomen, moeten goed worden opgevangen en worden afge- voerd volgens de nationale voorschriften van...
  • Pagina 65 Veiligheid Ingebruikname van de FleetManager™ (variant) Ingebruikname van de FleetManager™ (variant) Toegangscontrole na levering van de machine activeren LET OP Gevaar van gebruik door onbevoegde personen De FleetManager™ regelt de toegangsautorisatie voor de machine. Om de toegangscontrole te activeren moet de FleetManager onmiddellijk na levering in gebruik worden genomen.
  • Pagina 66 Veiligheid Emissies Emissies De vermelde waarden gelden voor een stan- daardmachine (zie de waarden in het hoofd- stuk ”Technische gegevens”). Afwijkende banden, andere hefmasten, extra apparatuur etc. kunnen tot andere waarden leiden. Geluidsemissies De waarden zijn vastgesteld volgens de meet- methode van de norm EN 12053 (betreffende geluidsmetingen voor motoraangedreven ma- chines op basis van EN 12001 en EN ISO 3744...
  • Pagina 67 Veiligheid Emissies OPMERKING Let op de definitie van de volgende verant- woordelijke persoon: ”bedrijf dat de machine gebruikt”. Trillingen De trillingen van de machine zijn met een identieke machine vastgesteld volgens de normen NEN-EN 13059 ”Veiligheid van ge- motoriseerde transportwerktuigen - beproe- vingsmethode voor het meten van trillingen”...
  • Pagina 68 – Volg de veiligheidsvoorschriften voor de omgang met de batterij op. Straling Volgens de richtlijnen NEN-EN 62471:2009-03 (VDE 0837-471:2009-03), is de STILL Safe- tyLight (variant) ingeschaald in risicogroep 2 (gemiddeld risico), vanwege zijn potentiële fotobiologische gevaar. 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 69 Overzichten...
  • Pagina 70 Overzichten Overzicht Overzicht Beschermdak Batterij Bestuurderscompartiment Zijsteun (kantelbeveiliging) Hefmast Besturingscompartiment Vorken Aangedreven wiel Lastwiel Trede Batterijframe 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 71 Overzichten Overzicht van het bestuurderscompartiment OPMERKING De uitrusting van de heftruck kan van de afgebeelde uitrusting afwijken. Overzicht van het bestuurderscompartiment 2 3 4 Stuur Display- en bedieningspaneel Knop voor snelheidsbegrenzing, kruipgang Fleshouder voor flessen van max. 1,5 l (variant) Bedieningselementen voor hydraulische Drukknop voor elektrische stoelverstelling functies en rijfuncties...
  • Pagina 72 Overzichten Opbergvakken en beker-/fleshouders Opbergvakken en beker- /fleshouders WAARSCHUWING Materialen kunnen in de voetruimte vallen en de bediening van de pedalen belemmeren, wat een ongevallenrisico betekent! Materialen die opgeslagen moeten worden, moe- ten de juiste afmeting hebben, zodat ze niet uit de opbergvakken (1, 4) of uit de beker-/fleshouder (2) vallen.
  • Pagina 73 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Bedienings- en weergave-elementen Display- en bedieningspaneel Weergave van de bedrijfstoestanden Toetsenblok voor boorddiagnose, parame- Toetsenblok voor voorselectie van de trisering hefhoogte (variant) of toegang via pincode Rijprogrammatoets (P1-P4) (variant) Toets Blue-Q Parkeerremtoets 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 74 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Displays voor de bedrijfstoestanden op het display- en bedieningspaneel Item- Display Opmerking nummer Naarmate de capaciteit afneemt, doven de afzonderlijke segmenten één voor één. Als de maximaal toelaatbare ontlading is bereikt zodat de restcapaciteit van de batterij 20% van de nominale capaciteit bedraagt, knippert alleen nog het laatste Ladingstoestand van de batterij...
  • Pagina 75 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Item- Display Opmerking nummer Displayveld voor het 'doelverschil' of De functie 'doelverschil' is alleen actief weergave van de opgeslagen waarde voor bij de variant met 'voorkeuzesysteem de hefhoogte tijdens het inleren van het voor de hefhoogte' of de variant met voorkeuzesysteem voor de hefhoogte 'hefhoogtedisplay' Alleen relevant bij de variant met "voorkeu-...
  • Pagina 76 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Displaymeldingen In het displayveld (2) worden gebeurtenis-ge- relateerde bedieningsinformatie en storingen weergegeven. Bovendien licht het symbool ”Let op” (1) op als er een defect is. Meldingen worden altijd met regelmatige tussenpozen weergegeven en gedurende een bepaalde tijd, afhankelijk van de gebeurtenis. Bij opeenvolgende gebeurtenissen worden de betreffende meldingen achtereenvolgens op het display weergegeven.
  • Pagina 77 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Algemene meldingen Tekstmelding/storingsnummer Beschrijving Oplossing ● Reinig het sensorglas en de reflector. Volg de informatie in het hoofdstuk "Optisch hoogtemeetsysteem reinigen" ● Controleer het pad van het Vervuiling beïnvloedt het lichtsignaal tussen de sensor meetsignaal tussen de en de reflector.
  • Pagina 78 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Tekstmelding/storingsnummer Beschrijving Oplossing De bestuurder trapt tegelijker- Trap niet tegelijkertijd op het tijd op het rempedaal en het 3009 rempedaal en het rijpedaal. rijpedaal. ● Het remvloeistofniveau is te laag ● De machine rijdt alleen met Neem contact op met uw geau- A3035 kruipsnelheid (1,6 km/h)
  • Pagina 79 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Tekstmelding/storingsnummer Beschrijving Oplossing ● Controleer de batterijkabel en batterijstekker ● Geen communicatie met de ● Start de machine opnieuw lithium-ionbatterij ● Als de melding na het S5951 ● Alle functies van de machine opnieuw starten nog steeds zijn geblokkeerd wordt weergegeven, neem dan contact op met uw...
  • Pagina 80 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Bedrijfsgegevens van de machine invoeren via het display- en bedie- ningspaneel Autorisatieniveaus De autorisatieniveaus bepalen tot welke be- drijfsgegevens en functies de gebruiker toe- gang heeft. Hoe hoger het autorisatieniveau, hoe uitgebreider de toegang tot bedrijfsgege- vens van de machine.
  • Pagina 81 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Niveau 3 (geautoriseerd servicecentrum) Toegang: Gedurende 4 seconden op OK en ESC drukken en het wachtwoord voor niveau 3 invoeren Autorisaties: Onderhoudsinterval Pincode voor gegevensoverdracht op afstand via simkaart Storingstabel wissen Toegang tot het hoofdmenu zonder wachtwoord (autorisatieniveau 1) Eerst op de toets OK drukken om het hoofd- menu op autorisatieniveau 1 te openen.
  • Pagina 82 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Als het wachtwoord ongeldig is, verschijnt een desbetreffende melding op het display- en bedieningspaneel. PASWOORD ONGELDIG De melding wordt drie seconden weerge- geven, waarna op het display- en bedie- ningspaneel opnieuw het invoerscherm voor het wachtwoord verschijnt. Het wachtwoord kan opnieuw worden ingevoerd.
  • Pagina 83 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Bedrijfsgegevens in het hoofdmenu invoeren De menu's op het display- en bedieningspa- neel worden bestuurd met de toetsen OK (1), ESC (3) en de pijltoetsen (2). – Door op de pijltoetsen te drukken, kan men door de menu's navigeren –...
  • Pagina 84 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Autori- satie Hoofdmenu Submenu Bewerken/se- (niveau) Opmerking lecteren CONFIGU- RATIE VERSIE EENHEID COMPUTER VX.XX EENHEDEN AFSTAND mijl LAST STO- KLANT RINGSTA- MODE SERVICE A–Z, *: alle EENHEID eenheden huidige storing TYPE sinds reset sinds wissen Storing, bijv. X XX XX 12 12 Inleren...
  • Pagina 85 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Display van lithium-ionbatterij De lithium-ionbatterij heeft een eigen dis- play. Het display toont informatie over de storingsstatus (1), de temperatuur en de (2) ladingstoestand (3) van de lithium-ionbatterij. – Raadpleeg het hoofdstuk "Display" in de bedieningsinstructies van de batterijfabri- kant "BMZ".
  • Pagina 86 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Joystick 4Plus Schuif voor ”zijverschuiving” Drukknop voor ”middelste stand voor Shift-toets ”F” (aansturing van extra hydrau- zijverschuiving/neigen” (variant) lisch systeem) Reserve Rijrichtingschakelaar Pictogrammen voor de bediening van de 5e Joystick, ”heffen/dalen” en 6e hydraulische functie (variant) Joystick, ”schuiven”...
  • Pagina 87 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen Fingertip ”Hef-/daal”hendel Drukknop voor ”middelste stand voor ”In-/uitschuif”hendel zijverschuiving/neigen” (variant) ”Neig”hendel Reserve ”Zijverschuivings”hendel Drukknop voor ”extra hydraulisch systeem” Noodstopschakelaar (variant) Drukknop voor ”vrijgave” (variant) Rijrichtingschakelaar Drukknop voor ”lastmeting” (variant) Claxonknop 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 88 Overzichten Bedienings- en weergave-elementen 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 89 Gebruik...
  • Pagina 90 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Visuele controles en werking controleren GEVAAR Explosiegevaar als zich waterstof in de cabine verzamelt! Als de machine een cabine heeft, kan er door niet-afgedichte boringen waterstof uit het batterijcompartiment in de cabine binnendringen.
  • Pagina 91 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik LET OP Risico van beschadiging van componenten! Een vervormde of beschadigde batterijstekker kan oververhitting en de daarmee gepaard gaande gevolgschade veroorzaken. – Controleer de batterijstekker op beschadiging. – Laat de batterijstekker indien nodig vervangen door het geautoriseerde servicecentrum.
  • Pagina 92 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Component Maatregelen Controleer visueel op beschadiging en lekkage. Hef- en neigcilinders, tank, kleppenblok, Laat beschadigde componenten vervangen door het slangen en leidingen, aansluitingen geautoriseerde servicecentrum. Controleer onder de machine op het lekken van Onderkant vloeistoffen.
  • Pagina 93 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Component Maatregelen Verlichting, waarschuwingseenheden (bijv. Controleer de intactheid en werking. claxon) Controleer visueel op intactheid. Controleer op reinheid. Controleer of de antistatische strip nog lang genoeg Antistatische strip, corona-elektrode is om de grond te raken. De ontladingsdraden van de corona-elektrode mogen niet de grond raken.
  • Pagina 94 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik WAARSCHUWING Verwondingsgevaar als u uit de machine springt! Als de bestuurder uit de rijdende machine springt, kan hij of zij onder de machine terechtkomen of hard door een obstakel worden geraakt. Als er kleding of sieraden van de bestuurder (hor- loge, ring etc.) ergens achter blijven haken, kan dit tot ernstig letsel leiden, bijv.
  • Pagina 95 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Bestuurdersstoel MSG 65/MSG 75 verstellen WAARSCHUWING Ongevallenrisico door plotselinge verstelling van de stoel of de rugleuning! Als de stoel of de rugleuning onbedoeld wordt ver- steld, kan dit leiden tot ongecontroleerde bewe- gingen van de bestuurder.
  • Pagina 96 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Bestuurdersstoel verschuiven – Trek de hendel (1) omhoog en houd hem in die positie vast. – Duw de bestuurdersstoel in de gewenste stand. – Laat de hendel los. – Zorg ervoor dat de bestuurdersstoel goed op zijn plaats zit.
  • Pagina 97 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Stoelvering afstellen OPMERKING De stoel MSG 75 is voorzien van elektrische luchtvering die wordt geactiveerd met een elektrische schakelaar in plaats van een hendel (3). De bestuurdersstoel kan op het gewicht van de betreffende bestuurder worden afgesteld.
  • Pagina 98 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Lendensteun (variant) verstellen OPMERKING De lendensteun kan op de contouren van de ruggengraat van de bestuurder worden afgesteld. Wanneer de lendensteun wordt versteld, wordt een bolvormig ondersteu- ningskussen in het bovenste of onderste deel van de rugleuning verplaatst.
  • Pagina 99 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Stoelverwarming (variant) in- en uitscha- kelen OPMERKING De stoelverwarming werkt alleen als de stoelcontactschakelaar geactiveerd is, d.w.z. als de bestuurder op de bestuurdersstoel zit. – De stoelverwarming (7) kan worden in- en uitgeschakeld met de schakelaar.
  • Pagina 100 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Stuurkolom verstellen GEVAAR Ongevallenrisico! – Zorg dat de stuurkolom stevig in de juiste stand is vastgezet. Verstel de stuurkolom nooit tijdens het rijden. – Duw de verstelhendel (1) van de stuurkolom naar voren om de stuurkolom te ontgrende- len.
  • Pagina 101 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik – Bedien de ruitensproeierinstallatie tot er ruitensproeiervloeistof uit de sproeiers komt. Noodstopschakelaar ontgrendelen Noodstopschakelaar ontgrendelen – Trek de noodstopschakelaar (1) omhoog totdat hij is ontgrendeld. Contact inschakelen WAARSCHUWING Voordat het contact wordt ingeschakeld, dienen alle voorafgaand aan de ingebruikname uit te voe- ren controles te hebben plaatsgevonden zonder dat er gebreken zijn vastgesteld.
  • Pagina 102 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik – Steek de contactsleutel (1) in de contact- schakelaar en draai de sleutel in stand ”I” Er wordt een zelftest uitgevoerd. Alle symbo- len op het scherm van het display- en bedie- ningspaneel worden kort weergegeven tot de regeleenheden van de machine helemaal zijn opgestart.
  • Pagina 103 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Displays na het inschakelproces (bij machines met standaardopties) OPMERKING Afhankelijk van de uitrusting van de machine kan er verdere informatie op het scherm van het display- en bedieningspaneel worden weergegeven. Batterijlading(1) In dit displayveld wordt de beschikbare batterijlading weergegeven.
  • Pagina 104 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik In dit displayveld wordt het symbool voor de neutrale stand van de stuurinrichting weer- gegeven. De werkelijke rijrichting wordt pas geselecteerd wanneer de rijrichtingschake- laar een keer wordt bediend. Draaiuren(3) In dit displayveld wordt de actuele waarde van de urenteller weergegeven.
  • Pagina 105 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Claxon bedienen OPMERKING De claxon wordt gebruikt om personen te waarschuwen voor dreigend gevaar of om kenbaar te maken dat u wilt inhalen. – Druk op de claxonknop (1). De claxon klinkt. Remsysteem op goede werking controleren GEVAAR...
  • Pagina 106 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Omkeerrem controleren – Accelereer de machine zonder last en op een vrije ruimte; zie het hoofdstuk ”Rijden”. – Verander in kruipgang van rijrichting; zie het hoofdstuk ”Rijrichting kiezen”. Het remmen en vervolgens accelereren in tegengestelde richting moet soepel en zonder schokken gebeuren.
  • Pagina 107 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Stuurinrichting op goede werking controleren – Draai aan het stuur (1). De stuurinrichting moet continu en vrij kunnen worden bewo- gen. OPMERKING Bij de variant 'stuurinrichting 180°' is de maximale stuurhoek van de aandrijfeenheid ±...
  • Pagina 108 Gebruik Controles en handelingen voor het dagelijkse gebruik Functie voor ”automatische middel- ste stand voor neigen” (variant) op correcte werking controleren OPMERKING Voer vóór elk gebruik van de machine de functietest ”Automatische middelste stand voor neigen” uit. De bestuurder kan de functie voor ”automa- tisch neigen naar de middelste stand”...
  • Pagina 109 (zoals gangpaden, hoge stel- lingen) en op onoverzichtelijke kruisingen voertuigen vroegtijdig kunnen worden waar- genomen. STILL SafetyLight is gemonteerd op een steun aan het beschermdak, wat wil zeggen dat schokken en trillingen geen effect hebben. Hij projecteert een of meer lichtblauwe licht-...
  • Pagina 110 Gebruik Verlichting Werklampen (variant) in- en uitscha- kelen De machine kan optioneel worden uitgerust met een of meerdere werklampen (1), om het werkgebied beter te verlichten. – Schakel de machine in. – Druk op de toets (2) voor de werklampen. De werklampen (1) zijn ingeschakeld.
  • Pagina 111 Gebruik Efficiency- en rijmodi Efficiency- en rijmodi Efficiencymodus Blue-Q De efficiencymodus Blue-Q beïnvloedt zowel de aandrijfeenheid als de aansturing van de extra verbruikers en reduceert het energiever- bruik van de machine. Bij geactiveerde efficiencymodus verandert het acceleratiegedrag van de machine zoda- nig dat er gematigder wordt geaccelereerd.
  • Pagina 112 Gebruik Efficiency- en rijmodi Afhankelijk van de uitrusting van de machine kunnen de twee functies elk apart of samen op de machine aanwezig zijn. Rijsnelheidsbegrenzing in bochten (Curve Speed Control) Deze variant optimaliseert de rijsnelheid naargelang de stuurhoek groter wordt. Dit helpt de bestuurder bij het bedienen van de machine.
  • Pagina 113 Gebruik Rijden worden gereduceerd, kan de bestuurder de machine gemakkelijker bedienen. GEVAAR Kantelgevaar door veranderde trillingskarakteri- stieken van de last! Als het besturingssysteem wordt uitgeschakeld of uitvalt, wordt de snelheid van de hydraulische functies niet langer gereduceerd. – Stem het gebruik van de hydraulische functies altijd af op de heersende situatie.
  • Pagina 114 Gebruik Rijden seling remmen, het snel nemen van bochten en het inhalen op gevaarlijke of onoverzichte- lijke plaatsen te voorkomen. Alvorens met of zonder last te rijden, moeten de vorken zo ver mogelijk worden neergela- ten. – Probeer altijd eerst in een vrije ruimte of op een vrije rijweg te rijden.
  • Pagina 115 Gebruik Rijden last belemmerd worden. De bestuurder moet zich ervan vergewissen dat de route vrij is; dit geldt vooral bij rijden in de richting van de last. Lasten die het zicht belemmeren, moeten worden getransporteerd in de richting van de aandrijving van de machine.
  • Pagina 116 Gebruik Rijden De positie van de panoramaspiegel mag alleen zodanig worden gewijzigd dat het gebied achter de hefmast zichtbaar blijft. Rijwegen Afmetingen van rijwegen en gangpad- breedtes In de EU dient er te worden voldaan aan de richtlijn 89/654/EEG (Minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid voor arbeids- plaatsen).
  • Pagina 117 Gebruik Rijden Het oppakken of neerzetten van een last of stapelen of ontstapelen is alleen toegestaan op een horizontale, vlakke ondergrond. Waarschuwing voor buiten de contouren van de machine uitstekende componen- Heftrucks en magazijntrucks moeten vaak door zeer smalle of zeer lage ruimtes zoals gangpaden of containers rijden.
  • Pagina 118 Gebruik Rijden gekeurd voor verkeer. Er mogen zich geen obstakels op de rijwegen bevinden. De last mag alleen op de daarvoor bedoelde plek- ken worden neergezet en opgeslagen. Het bedrijf dat de machine gebruikt en diens ver- tegenwoordigers dienen ervoor te zorgen dat onbevoegde derden geen toegang tot de werkomgeving hebben.
  • Pagina 119 Gebruik Rijden Machinefuncties vrijgeven met de voetschakelaar en stoelschakelaar De voetschakelaar en stoelschakelaar dienen voor de veiligheid tijdens het bedienen van de machine. Alleen als de bestuurder op de bestuurdersstoel zit en dan de voetschakelaar bedient, zijn alle functies van de machine beschikbaar.
  • Pagina 120 Gebruik Rijden parkeerrem wordt pas uitgeschakeld zodra er licht op het rijpedaal wordt getrapt. Machines met twee rijpedalen (variant) De hydraulische functies zijn alleen vrijge- geven als er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: • De stoelschakelaar is geactiveerd • De schakelaar werkt correct De rijfunctie is alleen vrijgegeven als er aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: •...
  • Pagina 121 Gebruik Rijden neemt u dan contact op met het geautori- seerde servicecentrum. OPMERKING Als de machine in totaal langer dan acht uur ingeschakeld blijft, moet de schakelstatus van de stoelschakelaar ten minste éénmaal veranderen. Gewoonlijk gebeurt dit tijdens normaal bedrijf. Als dit niet gebeurt, moet de stoelschakelaar worden uitgeschakeld en opnieuw worden ingeschakeld terwijl de machine in bedrijf is.
  • Pagina 122 Gebruik Rijden Instelprocedure – Het rijprofiel verandert bij elke druk op de 'P'-toets (1) (P1 - 4). – Het geselecteerde rijprogramma wordt op het display (2) weergegeven. Rijprogramma kruipsnelheid – Druk op de ”schildpad”knop op het display- en bedieningspaneel. – Het ”schildpad”symbool verschijnt op het display en het rijprogramma voor ”kruipsnelheid”...
  • Pagina 123 Gebruik Rijden machine optrekt wanneer per ongeluk op het rijpedaal wordt getrapt. – Zet de rijrichtingschakelaar een klein stukje in de tegengestelde rijrichting. De rijrichtingindicator op het display- en bedieningspaneel toont nu het symbool voor de ”neutrale stand”. – Bedien de rijrichtingschakelaar opnieuw om een rijrichting te kiezen.
  • Pagina 124 Gebruik Rijden Rijrichtingschakelaar bedienen, fingertip-bediening – Om te ”rijden in de richting van de last”, drukt u aan de rechterkant op de rijrichting- schakelaar (1). – Om te ”rijden in de richting van de aan- drijving”, drukt u aan de linkerkant op de rijrichtingschakelaar (1).
  • Pagina 125 Gebruik Rijden De gekozen rijrichting wordt weergegeven op het display- en bedieningspaneel (1). OPMERKING Afhankelijk van de uitrusting klinkt er een waarschuwingssignaal of wordt er een waar- schuwing weergegeven met betrekking tot de rijrichting (variant). – Trap op het rijpedaal (2). De machine rijdt in de gekozen richting.
  • Pagina 126 Gebruik Rijden OPMERKING Bij een elektrische storing van de rijpedaal- sensor wordt de rijaandrijving uitgeschakeld. De machine wordt geremd met energieterug- winning. Er kan pas weer met de machine worden gereden nadat het rijpedaal is losge- laten en opnieuw ingetrapt. Als er nog steeds niet met de machine kan worden gereden, parkeer hem dan beveiligd en neem contact op met uw geautoriseerde servicecentrum.
  • Pagina 127 Gebruik Rijden – Om ”in de richting van de last te rijden”, trapt u op het rechter rijpedaal (1). – Om ”in de richting van de aandrijving te rijden”, trapt u op het linker rijpedaal (2). OPMERKING Bij de uitvoering met tweepedalensysteem werken de rijrichtingschakelaars op de bedie- ningselementen niet.
  • Pagina 128 Gebruik Rijden OPMERKING Bij een elektrische storing van de rijpedaalsen- sor wordt de rijaandrijving uitgeschakeld. De machine wordt geremd met energieterugwin- ning. Er kan pas weer met de machine worden gereden nadat het rijpedaal is losgelaten en opnieuw ingetrapt, mits de elektrische storing niet meer aanwezig is.
  • Pagina 129 Gebruik Rijden GEVAAR Bij te hoge snelheden bestaat het gevaar dat de machine slipt of kantelt! De remweg van de machine is afhankelijk van de weersomstandigheden en de mate van vervuiling van de rijweg. – Stem uw rem- en rijstijl af op de weersomstandig- heden en de mate van vervuiling van de rijweg.
  • Pagina 130 Gebruik Rijden Functies van de parkeerrem wanneer de machine stilstaat Parkeerrem uitschakelen door de bestuurder Als de machine gereed is voor gebruik, kan de bestuurder de parkeerrem op elk moment uitschakelen door op de knop te drukken. – Ga op de bestuurdersstoel zitten. –...
  • Pagina 131 Gebruik Rijden Gevolg Oorzaak Na 3 seconden sluit de parkeerrem hoorbaar. Als u de bestuurdersstoel verlaat of de voet- Het symbool (2) wordt op het display- en schakelaar loslaat: bedieningspaneel weergegeven. De parkeerrem wordt onmiddellijk en hoorbaar ingeschakeld. Het symbool (2) wordt kort op het Als de machine wordt uitgeschakeld: display- en bedieningspaneel weergegeven tot de regeleenheden worden uitgeschakeld.
  • Pagina 132 Gebruik Rijden OPMERKING Als u de bestuurdersstoel verlaat of de voet- schakelaar loslaat terwijl de machine rijdt, wordt de parkeerrem niet ingeschakeld. De machine wordt dan tot stilstand gebracht door de elektrische rem met energieterugwinning. Stuurinrichting OPMERKING Voorkom sturen wanneer de machine stil- staat, omdat hierdoor het aangedreven wiel extreem wordt belast zodat het sneller slijt.
  • Pagina 133 Gebruik Rijden Stuurinrichting 180° (variant) Het stuur heeft geen mechanische aanslagen en kan constant worden gedraaid. De rijroute (1) wordt bepaald door aan het stuur te draaien. De maximale stuurhoek van het gestuurde wiel is 90° naar elke kant. Om van rijrichting te veranderen, moet de rijrichtingschakelaar worden bediend.
  • Pagina 134 Gebruik Rijden Effecten van noodbedrijf • De stand van het schuifframe wordt niet meer op het display weergegeven. • De ”schuif”-functie wordt uitgevoerd met gereduceerde snelheid • Het schuifframe beweegt abrupt naar de eindaanslagen • Het storingsnummer wordt op het A3421 display weergegeven De bestuurder kan een tijdelijke storing...
  • Pagina 135 Gebruik Rijden Het meetsysteem van de schuifinrichting controleren op ongewenst materiaal GEVAAR Verwondingsgevaar door beweging van het schuif- frame tijdens de test Schakel de machine uit voordat u de test uitvoert. Koppel de batterijstekker los. Het meetsysteem van de schuifinrichting bestaat uit de schuifpositiesensor (1) en een referentiebalk (2).
  • Pagina 136 Gebruik Parkeren Parkeren Machine beveiligd parkeren GEVAAR Er bestaat levensgevaar door overreden te worden wanneer de machine wegrolt. – De machine mag niet op een helling worden geparkeerd. – In een noodgeval op een helling moet de ma- chine bergafwaarts met keggen onder de wielen worden vastgezet.
  • Pagina 137 Gebruik Parkeren – Laat de vork op de grond zakken. – Neig de hefmast naar voren tot de vorkpun- ten op de grond rusten. – Schuif bij voorzetapparatuur (variant) de werkcilinders in. – Schakel de machine uit. Verwijder de contactsleutel (variant) als deze aanwezig OPMERKING De contactsleutel, FleetManager-kaart (va- riant), FleetManager-transponderchip (va-...
  • Pagina 138 Gebruik Heffen Heffen Uitvoeringen van de hefinrichting De beweging van het vorkenbord en van de hefmast wordt in hoge mate bepaald door de volgende uitrusting: • De hefmast waarmee de machine is uitge- rust; zie het hoofdstuk ”Hefmastuitvoerin- gen” • Het bedieningselement waarmee de hy- draulische functies worden aangestuurd;...
  • Pagina 139 Gebruik Heffen Telescopische hefmast Tijdens het heffen wordt de hefmast via de twee buitenste hefcilinders uitgeschoven en wordt het vorkenbord via de kettingen meegenomen (het vorkenbord gaat tweemaal zo snel omhoog als de binnenmast). De bovenkant (1) van de binnenmast kan daarbij hoger zijn dan het vorkenbord.
  • Pagina 140 Gebruik Heffen Mogelijke uitvoeringen zijn: • Joystick 4Plus; zie het hoofdstuk ”Joystick 4Plus voor hefinrichting” • Fingertip-bediening voor hefinrichting; zie het hoofdstuk ”Fingertip-bediening voor hefinrichting” Joystick 4Plus voor hefinrichting A / B Vorkenbord heffen en laten zakken E / F Zijverschuiving (variant) C / D Hefmast neigen (variant)
  • Pagina 141 Gebruik Heffen Bij deze uitvoering worden de hydraulische functies aangestuurd met de joystick 4Plus. Het pictogram (1) toont de hydraulische basisfuncties en hoe deze met de joystick worden aangestuurd. Het pictogram (2) toont de 3e en 4e functie en de werking daarvan. Vorkenbord heffen en laten zakken Vorkenbord heffen: –...
  • Pagina 142 Gebruik Heffen Hefmast of vorkenbord neigen (variant) Afhankelijk van de uitrusting van de machine wordt de hele hefmast geneigd of alleen het vorkenbord (neiginrichting voor de vork). Hefmast naar achteren neigen: – Druk de tuimelschakelaar (2) naar ” ”. Hefmast naar voren neigen: –...
  • Pagina 143 Gebruik Heffen Uit- en inschuiven Schuifframe uitschuiven: – Duw de joystick (4) in de richting van ” ”. Schuifframe inschuiven: – Duw de joystick (4) in de richting van ” ”. OPMERKING De pictogrammen op de voet van de joystick tonen de bewegingsrichting voor de betref- fende hydraulische functie.
  • Pagina 144 Gebruik Heffen GEVAAR Het grijpen tussen of beklimmen van bewegende delen van de heftruck (zoals hefmast, sideshift, werkuitrusting, lastdraaginrichtingen etc.) kan ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben en is daarom verboden. – Volg altijd de veiligheidsvoorschriften voor de omgang met lasten op; zie ⇒ Deel ”Veilig- heidsvoorschriften voor het hanteren van la- sten”, blz.
  • Pagina 145 Gebruik Heffen – Duw de ”zijverschuivings”hendel (4) naar voren. Zijverschuiving naar rechts: – Trek de ”zijverschuivings”hendel (4) naar achteren. OPMERKING De pictogrammen op de hendels tonen de bewegingsrichting voor de betreffende hydraulische functie. Automatische hefonderbreking (variant) De automatische hefonderbreking onder- breekt het heffen van de last op een bepaalde hoogte.
  • Pagina 146 Gebruik Heffen op knop ”F” en laat hem weer los om de vergrendeling op te heffen. Als de knop ”F” niet binnen één seconde wordt ingedrukt en losgelaten, wordt automatisch de standaardfunctie van de knop F hersteld. Hefonderbreking voor de eindaanslag (kan niet worden bevestigd) De hefonderbreking voor de eindaanslag voorkomt dat de hefmast wordt uitgeschoven...
  • Pagina 147 Gebruik Heffen Vergrendeling tegen schuiven en dalen (variant) De vergrendeling tegen schuiven en dalen voorkomt dat de vorken tussen de balken van de loopwielen kunnen dalen zolang het schuifframe is ingeschoven. Daardoor kunnen brede lasten tijdens het dalen niet per ongeluk op de balken van de loopwielen komen te rusten en instabiel worden.
  • Pagina 148 Gebruik Heffen Automatische middelste stand (variant) Automatische middelste stand voor zijverschuiving De bestuurder kan de functie voor de ”automa- tische middelste stand voor zijverschuiving” gebruiken om de zijverschuiving automatisch naar het midden te brengen. Hiervoor moet de drukknop ingedrukt worden gehouden totdat de functie automatisch wordt uitgeschakeld.
  • Pagina 149 Gebruik Heffen Automatische middelste stand voor neigen De bestuurder kan de functie voor ”automa- tisch neigen naar de middelste stand” gebrui- ken om de neiging van de vorken automatisch naar 0° te brengen. Hiervoor moet de druk- knop ingedrukt worden gehouden totdat de functie automatisch wordt uitgeschakeld.
  • Pagina 150 Gebruik Heffen Veiligheidsfunctie snelheidsbegren- zing WAARSCHUWING Er is altijd een verhoogd risico van kantelen van de machine als er met geheven last met de machine wordt gereden. Het systeem is een ondersteuning voor de be- stuurder tijdens het in- en uitslaan van goederen. De bestuurder blijft verantwoordelijkheid voor een veilige bediening en het in acht nemen van de vei- ligheidsvoorschriften.
  • Pagina 151 Gebruik Heffen WAARSCHUWING Er bestaat verwondingsgevaar bij het vervangen van de vorken; door hun gewicht kunnen de vorken op uw benen, voeten of knieën vallen. De ruimte tussen de linker en rechter vork is een gevaren- zone. – Draag altijd veiligheidshandschoenen en veilig- heidsschoenen wanneer u de vorken vervangt.
  • Pagina 152 Gebruik Heffen Verwijderen – Schuif het schuifframe helemaal uit. – Kies een pallet die overeenkomt met de vorkmaat. – Plaats de pallet links of rechts naast het vorkenbord. – Hef het vorkenbord totdat de onderzijde van de vorken ca. 3 cm hoger is dan de pallethoogte.
  • Pagina 153 Gebruik Heffen Vorkverlenging (variant) GEVAAR Er bestaat een levensgevaarlijk risico om overre- den te worden wanneer de heftruck wegrolt. – Parkeer de heftruck niet op een helling. – Schakel de parkeerrem in. – Vervang de vorkverlenging op een afgezond- erde en veilige plaats en op een vlakke onder- grond.
  • Pagina 154 Gebruik Heffen Voorzetapparatuur GEVAAR Levensgevaar door vallende last! De vorkverlenging moet met ten minste 60% van de lengte ervan op de vork rusten. Er is een overhang van maximaal 40% over het eind van de vork toegestaan. Bovendien moet de vorkverlenging zodanig worden vastgezet dat de vorkverlenging niet van de vork kan afglijden.
  • Pagina 155 Gebruik Heffen Lastrek (variant) Het lastrek (1) voorkomt bij het stapelen van hoge lasten dat er pakketten achterover vallen. Werkplatforms Het gebruik van werkplatforms in combinatie met heftrucks is wettelijk geregeld. Deze wettelijke voorschriften moeten worden opgevolgd. Het gebruik van werkplatforms is alleen toegestaan indien de wet van het land waarin de heftruck wordt gebruikt, dit toestaat.
  • Pagina 156 Gebruik Heffen Een verkeerde uitschuifvolgorde kan de volgende oorzaken hebben: • Hydrauliekolietemperatuur te laag • Blokkeren van het vorkenbord in de binnen- mast • Blokkeren van de cilinder voor de vrije heffing • Blokkeren van de kettingrol voor de cilinder voor vrije heffing –...
  • Pagina 157 Gebruik Heffen WAARSCHUWING Verwondingsgevaar! – Volg de veiligheidsvoorschriften voor het werken aan de hefmast op, zie het hoofdstuk ”Werk- zaamheden aan de voorzijde van de machine”. 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 158 Gebruik Hanteren van lasten Hanteren van lasten Veiligheidsvoorschriften voor het hanteren van lasten In de volgende paragrafen zijn de veiligheids- voorschriften voor het hanteren van lasten opgenomen. GEVAAR Er bestaat levensgevaar door vallende lasten of als delen van de heftruck dalen. –...
  • Pagina 159 Gebruik Hanteren van lasten WAARSCHUWING De afbeeldingen tonen voorbeelden. Alleen de lastindicatieplaatjes op de machine zijn geldig! Het aanbrengen van extra gewichten ter vergroting van het hefvermogen is verboden. GEVAAR Levensgevaar door verlies van de stabiliteit van de machine! Overschrijd nooit de aangegeven maximale last- gewichten! Deze gelden voor compacte en homo- gene lasten.
  • Pagina 160 Gebruik Hanteren van lasten Voorbeeld Gewicht van de te heffen last (1) Toegestane hefhoogte (2) Lastafstand tot de vorkrug (3) WAARSCHUWING Ongevallenrisico door verlies van de stabiliteit van de machine! De toegestane belasting van de voorzetapparatuur (variant) en het gereduceerde hefvermogen van de combinatie van machine en voorzetapparaat mogen niet worden overschreden.
  • Pagina 161 Gebruik Hanteren van lasten Indien mogelijk moet de last tegen de vorkrug rusten. De last mag niet te ver over de vorkpunten uitsteken, en de vorkpunten mogen niet te ver onder de last uitsteken. Lasten moeten zo ver mogelijk in het midden worden opgepakt.
  • Pagina 162 Gebruik Hanteren van lasten Vork verstellen – Licht de vergrendelingshendel (1) omhoog en beweeg de vorken naar de gewenste positie. – Laat de vergrendelingshendel weer op zijn plaats vastklikken. Het lastzwaartepunt moet zich midden tussen de vorken bevinden. – Bedien de vorkverstelling (variant) alleen wanneer de vork geen last draagt.
  • Pagina 163 Gebruik Hanteren van lasten GEVAAR Binnen de gevarenzone van de heftruck bestaat er verwondingsgevaar! Niemand behalve de bestuurder in zijn normale bedieningspositie mag zich binnen de gevaren- zone van de heftruck bevinden. Indien personen ondanks waarschuwingen de gevarenzone niet verlaten: –...
  • Pagina 164 Gebruik Hanteren van lasten Transporteren van hangende lasten Vóór het transporteren van hangende lasten moet er advies worden ingewonnen bij de nationale wettelijke instanties (in Duitsland de werkgeversverzekeringen). Op grond van nationale voorschriften kunnen hiervoor beperkingen gelden. Neem contact op met de verantwoordelijke instanties. GEVAAR Zwaaiende lasten kunnen de volgende risico's opleveren:...
  • Pagina 165 Gebruik Hanteren van lasten • Let er met name op dat zich niemand in de rijrichting op het af te leggen traject bevindt. • Als de last desondanks begint te slingeren, zorg er dan voor dat niemand gevaar loopt GEVAAR Ongevallenrisico! Tijdens het transporteren van hangende lasten mogen rij- en lastbewegingen nooit abrupt worden...
  • Pagina 166 Gebruik Hanteren van lasten – Neig de vorken of de hefmast tot de vorken horizontaal zijn. – Hef het vorkenbord tot de vorken onge- hinderd in de pallet of last kunnen worden geschoven. – Haal de machine van de rem. –...
  • Pagina 167 Gebruik Hanteren van lasten – Schuif het schuifframe helemaal in. – Haal de machine van de rem. GEVAAR Ongevallenrisico! – Let goed op personen binnen de gevarenzone. – Controleer of de weg aan aandrijfzijde vrij is. Rijd voorzichtig en langzaam naar achteren tot de last van de stelling vrij is.
  • Pagina 168 Gebruik Hanteren van lasten – Laat de last voorzichtig zakken en zorg dat er voldoende bodemvrijheid overblijft. Laat brede lasten die niet tussen de stijlen van de lastwielen passen, slechts zo ver zakken dat zij niet op de stijlen rusten. –...
  • Pagina 169 Gebruik Hanteren van lasten GEVAAR Hoe hoger een last wordt geheven, hoe minder stabiel deze wordt. De machine kan kantelen of de last kan vallen, waardoor het risico van ongevallen wordt vergroot! Het rijden met geheven last en naar voren geneigde hefmast is niet toegestaan.
  • Pagina 170 Gebruik Hanteren van lasten – Rijd nooit met een last die aan een kant uitsteekt of die naar een kant is geschoven (sideshift). Het lastzwaartepunt moet zich altijd in de lengteas van de machine bevinden. Lasten neerzetten GEVAAR Ongevallenrisico door veranderd kantelmoment! Wees erop bedacht dat de hefmast bij geheven last zo ver naar voren kan worden geneigd, dat de machine voorover kan kantelen.
  • Pagina 171 Gebruik Hanteren van lasten – Hef de last tot net boven de gewenste hoogte. – Gebruik indien nodig de sideshift om de last naar het midden te brengen. – Schuif het schuifframe helemaal uit. – Haal de machine van de rem. –...
  • Pagina 172 Gebruik Hanteren van lasten Rijden op op- en aflopende hellingen GEVAAR Levensgevaar! Op op- en aflopende hellingen moet de last naar de bovenkant van de helling gericht zijn. Er mag alleen op op- of aflopende hellingen worden gereden als deze als verkeersroutes zijn aange- merkt en veilig kunnen worden gebruikt.
  • Pagina 173 Gebruik Hanteren van lasten Gebruik van liften Rijd de machine niet in een lift zonder dat u daartoe uitdrukkelijke, specifieke instruc- ties hebt gekregen. De bestuurder mag met deze machine alleen liften gebruiken met vol- doende nominaal draagvermogen en waar- voor het bedrijf dat de machine gebruikt toe- stemming heeft verleend (zie het hoofdstuk ”Definitie van de verantwoordelijke perso-...
  • Pagina 174 Gebruik Hanteren van lasten – Rijd de machine met de vorken naar voren in de lift en zorg dat u de wanden van de schacht niet raakt. – Parkeer de machine beveiligd in de lift, om ongecontroleerde bewegingen van de last of de machine te voorkomen.
  • Pagina 175 Voorzetapparatuur Voorzetapparatuur monteren Als de heftruck in de fabriek is uitgerust met geïntegreerde voorzetapparatuur (variant), moeten de specificaties in de STILL-bedie- ningsinstructies voor de geïntegreerde voor- zetapparatuur worden opgevolgd. Wanneer voorzetapparatuur op locatie wordt gemonteerd, moeten de specificaties in de bedieningsinstructies van de fabrikant van het voorzetapparaat worden opgevolgd.
  • Pagina 176 Gebruik Voorzetapparatuur GEVAAR Er bestaat levensgevaar door een vallende last! Voorzetapparaten die de last met kracht vasthou- den (bijv. klemmen), moeten aanvullend via een tweede bedieningsfunctie (vergrendeling) worden aangestuurd, om onbedoeld loslaten van de last te voorkomen. Als er achteraf een dergelijk voorzetapparaat wordt gemonteerd, moet achteraf ook een dergelijke tweede bedieningsfunctie voor aansturing van het apparaat worden gemonteerd.
  • Pagina 177 Gebruik Voorzetapparatuur paraat vóór de eerste ingebruikname op een goede werking worden gecontroleerd. OPMERKING Let op de definitie van de volgende verant- woordelijke persoon: ”gekwalificeerde per- soon”. Hefvermogen met voorzetapparaat De toegestane belasting van het voorzetappa- raat en de toegestane belasting (hefvermogen en lastmoment) van de heftruck mogen bij de combinatie van voorzetapparaat en nuttige last niet worden overschreden.
  • Pagina 178 Gebruik Voorzetapparatuur Machinefunctie ”Hydraulisch systeem drukloos maken” uitvoeren – Laat de hefmast en het vorkenbord hele- maal zakken. Wacht hierbij tot de hefmast, afgeremd door de mastdemping aan het eind van het daalproces, volledig is inge- schoven. – Zorg dat de vorkpunten volledig op de grond rusten door ze te kantelen.
  • Pagina 179 Gebruik Voorzetapparatuur De hulppijlen stoppen met knipperen. Het hydraulisch systeem wordt uitgeschakeld en blijft uitgeschakeld totdat de machine weer wordt gestart. – Om het hydraulisch systeem opnieuw in te schakelen, schakelt u de contactschakelaar uit en vervolgens weer in. Algemene instructies voor het bedienen van voorzetapparatuur De bediening van voorzetapparatuur (variant) is afhankelijk van de bedieningselementen...
  • Pagina 180 Gebruik Voorzetapparatuur OPMERKING Alle beschreven voorzetapparaten vallen in de categorie uitrustingsvarianten. Een precieze beschrijving van de respectieve bewegingen/acties van het gemonteerde voorzetapparaat vindt u in de desbetreffende bedieningsinstructies. Voorzetapparatuur (variant) met joystick 4Plus bedienen (5e/6e hydraulische functie) De aanduiding ”5e/6e functie” heeft daarop betrekking, dat met de vier bedieningshendels vier functies kunnen worden bediend en dat door omschakeling van de functies ook de...
  • Pagina 181 Gebruik Voorzetapparatuur Neem indien nodig contact op met het service- centrum. – Let op de volgende pictogrammen en functies van voorzetapparatuur! Overzicht van pictogrammen en bedieningselementen Nr. Bedieningselement Functie van het voorzetapparaat Joystick + shift-toets Vorkverstelling: sluiten/openen ”F” Verticale Vorkverstelling: naar voren/achteren tuimelschakelaar + Shift-toets ”F”...
  • Pagina 182 Gebruik Voorzetapparatuur Nr. Bedieningselement Functie van het voorzetapparaat Joystick + shift-toets Vorkverstelling: sluiten/openen ”F” Verticale Draaiinrichting: naar links/rechts draaien tuimelschakelaar + Shift-toets ”F” Joystick + shift-toets Vorkverstelling: sluiten/openen ”F” Verticale Vorkverstelling: naar voren/achteren tuimelschakelaar + Shift-toets ”F” Bij de pictogrammen voor mogelijke voorzet- apparatuur geeft de omkaderde afbeelding in het midden van het pictogram aan welke combinatie van bedieningselementen wordt...
  • Pagina 183 Gebruik Voorzetapparatuur Beweeg de bedieningshendel naar achteren. • Het voorzetapparaat beweegt in de richting die door het rechter pictogram wordt weergegeven. – Bedien de schakelaar (2). De extra functie van het voorzetapparaat wordt geactiveerd/gedeactiveerd en kan als extra functie met de bedieningshendel worden aangestuurd.
  • Pagina 184 Gebruik Voorzetapparatuur Overzicht van de pictogrammen Fingertip-schakelaar met de weergegeven functie – Let op de volgende pictogrammen en functies van voorzetapparatuur! Functie van het voorzetapparaat Vorkverstelling: sluiten/openen Vorkverstelling: sluiten/openen Vorkverstelling: naar voren/achteren Draaiinrichting: naar links/rechts draaien Vorkverstelling: sluiten/openen Draaiinrichting: linksom/rechtsom draaien Vorkverstelling: naar voren/achteren Klem: sluiten/openen Lasthouder: sluiten/openen...
  • Pagina 185 Gebruik Voorzetapparatuur Klemvergrendeling (variant) bedie- nen met een joystick 4Plus Deze machine kan als variant over een klem- vergrendeling beschikken. Deze voorkomt dat de klem per ongeluk wordt geopend door onbedoelde activering van de bedienings- functie. GEVAAR Er bestaat levensgevaar door vallende lasten als een correcte werking van de klemvergrendeling niet gegarandeerd is! Als er naast de klem andere voorzetapparaten op...
  • Pagina 186 Gebruik Voorzetapparatuur – Blijf de shift-toets "F" ingedrukt houden en druk de horizontale tuimelschakelaar weer in de neutrale stand. De LED (4) die aangeeft dat de klemvergren- deling is ontgrendeld, licht op en de klem kan nu worden geopend. Als de klemvergrende- ling weer wordt vergrendeld, gaat de LED uit.
  • Pagina 187 Gebruik Voorzetapparatuur Klemvergrendeling (variant) bedie- nen met fingertip-schakelaar Deze machine kan als variant over een klem- vergrendeling beschikken. Deze voorkomt dat de klem per ongeluk wordt geopend door onbedoelde activering van de bedienings- functie. GEVAAR Er bestaat levensgevaar door vallende lasten als een correcte werking van de klemvergrendeling niet gegarandeerd is! Als er naast de klem andere voorzetapparaten op...
  • Pagina 188 Gebruik Voorzetapparatuur – Blijf de shift-toets "F" ingedrukt houden en zet de bedieningshendel weer in de neutrale stand. De LED (4) die aangeeft dat de klemvergren- deling is ontgrendeld, licht op en de klem kan nu worden geopend. Als de klemvergrende- ling weer wordt vergrendeld, gaat de LED uit.
  • Pagina 189 Gebruik Extra uitrusting • Hefvermogen Q (kg) (1) • Hefhoogte h (mm) (2) • Lastafstand C (mm) (3) Extra uitrusting FleetManager (variant) FleetManager is een uitrustingsvariant en kan in verschillende uitvoeringen op de heftruck aanwezig zijn. Een beschrijving en voor de bediening relevante informatie vindt u in de bedieningsinstructies van de desbetreffende FleetManager-uitvoeringen.
  • Pagina 190 Gebruik Extra uitrusting Actieve laststabilisatie ALS (variant) LET OP Ongevallenrisico door botsing van de hefmast of last met de stelling of met lage plafonds. De actieve trillingsdemping van de hefmast veran- dert de trillingskarakteristieken van de hefmast en last ten opzichte van de standaardmachine. –...
  • Pagina 191 Gebruik Extra uitrusting Optisch hoogtemeetsysteem (variant) Deze machine is uitgerust met een optisch hoogtemeetsysteem. Het systeem is direct beschikbaar nadat het contact van de machine is ingeschakeld. De componenten bevinden zich aan de zijkant van de hefmast. Het systeem bestaat uit een compacte LED/sensor-eenheid aan het hefmastframe en een reflector aan het vorkenbord.
  • Pagina 192 Gebruik Extra uitrusting Optisch hoogtemeetsysteem reinigen Als het lichtsignaal te zwak is, moeten het sensorglas en de reflector worden gereinigd. De tekst ”CLEAN HEIGHT SENSOR” (hoog- tesensor reinigen) verschijnt op het display, samen met het symbool (1). Om storingen te voorkomen, moeten het sensorglas en de reflector uiterlijk worden gereinigd wanneer de tekstmelding wordt weergegeven.
  • Pagina 193 Gebruik Extra uitrusting – Reinig het sensorglas van de LED-hoog- tesensor (1) en de reflector (2) met een zachte microvezeldoek en water. Er kan een beetje afwasmiddel aan het water wor- den toegevoegd. Storingen verhelpen door de bestuurder OPMERKING Een verkeerd uitgelijnde sensor of verbogen reflector mag alleen door het geautoriseerde servicecentrum opnieuw worden afgesteld.
  • Pagina 194 Gebruik Extra uitrusting Mogelijke oorzaak Reactie van de machine Storing verhelpen Storingsnummer A3140 Onjuiste metingen als gevolg Heffuncties kunnen alleen ● Controleer het pad van het van een reflecterend object in worden gebruikt in noodbedrijf. lichtsignaal tussen de sensor het pad van het lichtsignaal Zie de volgende paragraaf en de reflector.
  • Pagina 195 Gebruik Extra uitrusting Noodbedrijf bij storingen in het hoogte- meetsysteem In geval van een storing in het hoogtemeet- systeem schakelt de machine over op nood- bedrijf. In noodbedrijf zijn functies die afhankelijk zijn van de hefhoogte niet beschikbaar: • Hefhoogtedisplay •...
  • Pagina 196 Gebruik Extra uitrusting Hoogte-afhankelijk snelheidsbegrenzing in noodbedrijf • De snelheidsbegrenzing begint bij een kleinere hefhoogte dan tijdens normaal bedrijf. Lastmeting (variant) OPMERKING Na het verwisselen van het lashefsysteem (vorken, vorkverlenging, voorzetapparatuur) moet het lastmeetsysteem worden gekali- breerd. Alleen dan is een correcte lastmeting gewaarborgd.
  • Pagina 197 Gebruik Extra uitrusting Daarom is de lastmeting gedurende de vol- gende activiteiten van de machine geblok- keerd: • Rijden • Heffen • Dalen Zodra de vork twee seconden lang in rust is geweest, wordt de lastmeting vrijgegeven. De lastmeting is nu mogelijk. Het gemeten gewicht van de last wordt op de display- en bedieningseenheid weergegeven.
  • Pagina 198 Gebruik Extra uitrusting Lastmeting uitvoeren – Laat de vork met de last eenmaal kort iets dalen. Hierdoor wordt de nauwkeurigheid van de meting vergroot. – Druk op de toets (1) om de lastmeting te starten. De meting wordt uitgevoerd zodra de last in rust is.
  • Pagina 199 Gebruik Extra uitrusting het geautoriseerde servicecentrum. De fa- brieksinstelling voor de maximumsnelheid is 5 km/h. Wanneer de maximumsnelheid begrensd is, wordt het ”schildpad”-symbool (1) op de display- en bedieningseenheid weergegeven. Knop voor snelheidsbegrenzing, kruipgang (variant) De maximumsnelheid van de machine wordt tijdelijk beperkt door op de knop voor de ”snelheidsbegrenzing”...
  • Pagina 200 Gebruik Extra uitrusting Het camera-/monitorsysteem ondersteunt de bestuurder bij het in- en uitslaan van lasten op grote hefhoogtes. Dankzij het beeld van de camera kunnen lasten op grote hoogte worden opgepakt en neergezet zonder dat de bestuurder naar boven hoeft te kijken. Hierdoor wordt belasting van de nek en schouders voorkomen.
  • Pagina 201 Gebruik Extra uitrusting Het elektrische verstelmechanisme van het bestuurderscompartiment vormt samen met de verstelmechanismen van de stoel en de stuurkolom een systeem waarmee het bestuurderscompartiment zo effectief mogelijk kan worden aangepast. De positie van de bestuurdersstoel en de positie van de pedaalplaat kunnen elektrisch ten opzichte van elkaar worden versteld.
  • Pagina 202 Gebruik Batterijwisselframe (variant) Dakruitreparaties: WAARSCHUWING Hiervoor zijn speciaal gereedschap en specialisti- sche kennis nodig. Neem voor dakruitreparaties contact op met het geautoriseerde servicecentrum. – Controleer de dakruit dagelijks voorafgaand aan het werk op beschadiging. Klembord (variant) Optioneel kunt u gebruik maken van een klembord (1) om uw werkdocumenten aan te bevestigen.
  • Pagina 203 Gebruik Batterijwisselframe (variant) Veilig hanteren WAARSCHUWING Verwondingsgevaar Batterijframes worden gebruikt voor het verplaat- sen van zware gewichten. Met name bij uitvoe- ringen met handmatige aandrijving bestaat altijd beknellingsgevaar voor vingers en handen. Daa- rom moet er altijd goed voor worden gezorgd dat de batterij tegen de aanslag rust, en dat wanneer de batterij langs de geleidingen schuift uw vingers of handen niet in de weg zitten.
  • Pagina 204 Gebruik Batterijwisselframe (variant) gebruik wordt het lege batterijframe naar de betreffende machine gebracht. Als er een dubbel batterijframe beschikbaar is, kan er op de tweede rollenbaan reeds een nieuw opge- laden batterij worden meegenomen. Overdrachthoogte afstellen – Controleer met een externe waterpas of met een richtliniaal de hoogte van het batterij- frame en controleer of het batterijframe ho- rizontaal is.
  • Pagina 205 Gebruik Batterijwisselframe (variant) te kunnen ontgrendelen, kunt u de batterij op de rollenbaan iets naar achteren duwen. Plek voor vervangen van de batterij Eisen aan de plek voor het vervangen van de batterij Er moet voldoende ruimte zijn zodat de wisselframes kunnen worden opgesteld en dat de machine vrij door de beschikbare ruimte kan bewegen.
  • Pagina 206 Gebruik Batterijwisselframe (variant) LET OP Risico van materiële schade Het hangt af van de plaatselijke omstandigheden of er bij het vervangen van de batterij een verlengka- bel voor aansluiting van de batterij op de machine moet worden gebruikt. Als er een verlengkabel no- dig is, gebruik dan alleen een kabel met geschikte doorsnede en goedgekeurde stekkers.
  • Pagina 207 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Algemeen De voorkeuze van de hefhoogte ondersteunt de gebruiker bij het in- en uitslaan van lasten. Er zijn 160 programmeerbare niveaus, die zijn onderverdeeld in acht zones (A-H), elk met 20 niveaus.
  • Pagina 208 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Definitie van termen Niveau Aan elk niveau kan één doelhoogte worden toegewezen. Geldige niveaus kunnen halfau- tomatisch worden bereikt. Zone Een magazijn kan worden onderverdeeld in Niveau 1-20 acht zones, waarvan elk zone 20 niveaus kan Zone A-H bevatten.
  • Pagina 209 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) noemd. Hierdoor wordt de referentiewaarde voor de hoogtepositie bepaald. Als de lastdrager zich niet in de vrije heffing bevindt, moet er een referentiebeweging wor- den uitgevoerd. Hierbij wordt de lastdrager neergelaten tot hij zich onder de referentie- schakelaar bevindt, en vervolgens weer gehe- ven.
  • Pagina 210 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Na invoer van de zone en het niveau, moet de functie inslaan of uitslaan worden gekozen om de voorkeuze van de hoogte te activeren. • Als het schuifframe niet in basispositie is, stelt de assistent ”schuifframe inschuiven” in tot de basispositie is bereikt.
  • Pagina 211 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) hefhoogte voor de pallet resp. de hoogte voor dalen in de vrije heffing. • Zodra dit proces is voltooid, schakelt de machine weer over op handmatig bedrijf. AUTO MODE voorkeuze van de hoogte ”Zonder vorkcyclus”...
  • Pagina 212 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Voorkeuzesysteem voor de hef- hoogte bedienen Algemeen WAARSCHUWING Als de lastdrager geneigd is, is er kans dat de machine tegen de pallet of de stelling botst! De lastdrager moet zich tijdens het in- en uitslaan van de last altijd in de ”0°-positie”...
  • Pagina 213 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) (doelverschil)" (6) het verschil tussen de re- ferentiehoogte en de doelhoogte weergege- ven. Pas wanneer de referentieschakelaar is gepasseerd, wordt het verschil tussen de huidige hefhoogte en de doelhoogte weerge- geven. De selectie (niveau en zone) kan met de ”DEL”-toets worden geannuleerd.
  • Pagina 214 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) – Activeer de heffunctie (weergegeven door de assistent). De gekozen hoogte plus de vrije hefhoogte worden bereikt en er wordt automatisch gestopt (6). Het display (5) toont een afstand tot het doel van ≤ 6 mm. –...
  • Pagina 215 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) (5) wisselt van doelhoogte naar afstand tot het doel (doelverschil). LET OP Als er niet op de toets voor uitslaan (1) wordt gedrukt, zijn alle hydraulische functies beschikbaar zonder beperkingen (= handmatig bedrijf)! Let op de pictogrammen op het display! –...
  • Pagina 216 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) OPMERKING Voordat er via het display een nieuwe hoogte kan worden ingesteld, moet er een referen- tiebeweging worden uitgevoerd. Hoogtes die onder de referentiehoogte liggen, kunnen door handmatige invoer worden opgeslagen. Als er echter een dergelijk niveau wordt gese- lecteerd, is automatisch bedrijf niet mogelijk.
  • Pagina 217 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Het menu voor de voorkeuze van de hefhoogte openen – Voor informatie over de algemene bedie- ning van de machineconfiguratie alsmede het invoeren van een wachtwoord met een bepaald autorisatieniveau, zie het hoofd- stuk ”Onboard-machineconfiguratie/Alge- meen”.
  • Pagina 218 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Hefhoogtes voor de voorkeuze van de hoogte invoeren en opslaan De programmeerbare hefhoogtes worden ingevoerd met de invoertoetsen op het bedie- ningspaneel. Het resultaat van elke invoer wordt in het displayveld (1) weergegeven. Om ervoor te zorgen dat opgeslagen hefhoog- tes later kunnen worden gekozen, moeten voor elke hefhoogte drie soorten informatie...
  • Pagina 219 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Hefhoogte programmeren (voorbeeld: zone A, niveau 07, hefhoogte 5500 mm) Display Toets Actie A07 05 (X knippert) XX Druk op de toets, het knippe- --> de cursor gaat één positie rende cijfer wordt vervangen verder A07 055 (X knippert) X Druk op de toets, het knippe-...
  • Pagina 220 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) tijdens de gehele easy Target Plus hefbeweging van de vork, van de grond tot de maximale hefhoogte van de machine. Machines met easy Target easy zijn te herkennen aan de extra Target Plus informatiesticker op het bedieningselement.
  • Pagina 221 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) easy Target Plus (variant) In combinatie met maakt easy Target het gemakkelijker easy Target Plus om de functie ”automatisch neigen naar de middelste stand” uit te voeren. De functie brengt de vork tijdens het in- en uitslaan in de horizontale positie.
  • Pagina 222 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Om de functie easy Target Plus kunnen gebruiken, moet ook de optie voor ”automatisch neigen naar de middelste stand” van de hefmast zijn ingesteld en werken. Doelhoogtes naderen met ”easy Target” OPMERKING Als ”easy Target” tijdens het gebruik ervan een kort waarschuwingssignaal laat horen, moet de vork eerst eenmaal met de hoofdhefinrich- ting worden geheven zodat de meting van de...
  • Pagina 223 Gebruik Voorkeuzesysteem voor de hefhoogte/easy Target (variant) Handeling Display Resultaat Voorkeuzesysteem voor De assistent voor voorkeuze de hefhoogte inschakelen Het voorkeuzesysteem voor de van de hefhoogte (2) wordt (drukknop in het hefhoogte is ingeschakeld. A..H weergegeven. invoerveld) Het display (1) toont de huidige Hef de vork of laat de vork ingestelde doelhoogte in het zakken met behulp van de...
  • Pagina 224 Gebruik Cabine (variant) Handeling Display Resultaat uitvoeren (alvorens de vork in de stelling te rijden): easy Target Plus Zet de joystick of de fingertip- Een van de twee pijlen van word easy Target Plus console in de inactieve stand. de assistent (6) is zichtbaar geactiveerd.
  • Pagina 225 Gebruik Cabine (variant) • Verwarming • Verwarmingsventilator • Intercomsysteem • Werklamp • Interieurverlichting Cabinedeur openen GEVAAR Levensgevaar bij rijden met geopende cabinedeur! De bestuurder kan gewond raken als hij niet met zijn hele lichaam binnen de beschermende cabine blijft of als hij uit de machine valt. –...
  • Pagina 226 Gebruik Cabine (variant) Cabinedeur van binnenuit openen – Pak de handgreep vast, druk op de vergren- delingsknop (3) en duw de cabinedeur naar buiten. Cabinedeur sluiten GEVAAR Levensgevaar bij rijden met geopende cabinedeur! De bestuurder kan gewond raken als hij niet met zijn hele lichaam binnen de beschermende cabine blijft of als hij uit de machine valt.
  • Pagina 227 Gebruik Cabine (variant) Bedieningselementen in de cabine WAARSCHUWING Ongevallenrisico door het bedienen van de bedie- ningselementen in de cabine terwijl de machine rijdt. Als de bestuurder kort uit de bestuurdersstoel opstaat om bedieningselementen te bedienen, kan de bestuurder vanwege onvoldoende steun of houvast gewond raken of de controle over de machine verliezen.
  • Pagina 228 Gebruik Cabine (variant) Bedieningselement Functie Volumeregelaar Regelt het volume van het intercomsysteem intercomsysteem Intercomtoets De bestuurder moet tijdens het spreken de intercomtoets ingedrukt houden De bestuurder schakelt de functie in door op de bovenste helft van de desbetreffende tui- melschakelaar te drukken. Door op de onder- ste helft van de schakelaar te drukken, wordt de desbetreffende functie uitgeschakeld.
  • Pagina 229 Gebruik Cabine (variant) Verwarming in de cabine (variant) Ventilator en verwarming inschakelen Tuimelschakelaar voor verwarming (deur), 2-traps Tuimelschakelaar voor ventilator, 2-traps Tuimelschakelaar voor verwarming (voet- ruimte), 2-traps Tuimelschakelaar voor verwarming (bij het hoofd van de bestuurder), 2-traps GEVAAR Er bestaat vergiftigingsgevaar wan- neer sterk verontreinigde omgevings- lucht in de gesloten cabine wordt ge- zogen!
  • Pagina 230 Gebruik Cabine (variant) GEVAAR De verwarming raakt oververhit als de hete lucht niet kan ontsnappen. Er bestaat brandgevaar! De verwarming mag alleen worden ingeschakeld als de ventilator loopt en de verwarming niet door voorwerpen (zoals een jas of deken) is afgedekt. –...
  • Pagina 231 Gebruik Cabine (variant) Verwarming en ventilator uitschakelen GEVAAR De verwarming raakt oververhit als de hete lucht niet kan ontsnappen. Er bestaat brandgevaar! De ventilator mag alleen worden uitgeschakeld als de verwarming uitgeschakeld is. – Schakel altijd eerst de verwarming uit. –...
  • Pagina 232 Gebruik Gebruik in koelhuizen meer kan worden geopend. Hij is voorzien van het opschrift EMERGENCY EXIT ONLY. – Schakel de machine uit. – Klap de rugleuning van de bestuurdersstoel om, om de machine gemakkelijker te kunnen verlaten. – Trek beide vergrendelingsknoppen (1) omhoog tot de ruit (2) naar buiten toe kan worden geopend.
  • Pagina 233 Gebruik Gebruik in koelhuizen Toepassingsgebieden Er wordt onderscheid gemaakt tussen 4 verschillende toepassingsgebieden en tussen verschillende bedrijfsmodi binnen deze gebieden: Toepassingsge- Temperatuurbe- Koelhuisuitrusting Bedrijfstijd Opmerking bied reik tot Niet vereist -10 °C Kort Standaardtoepas- sing voor machi- nes die de lading uit de koelwagen in het koelhuis transporteren,...
  • Pagina 234 Gebruik Gebruik in koelhuizen Toepassingsge- Temperatuurbe- Koelhuisuitrusting Bedrijfstijd Opmerking bied reik tot Vereist De machine mag -30 °C Continu het koelhuis uitsluitend voor onderhoud of reparatie verlaten en niet langer dan 10 minuten. Vereist Kort Koelhuisuitrusting -45 °C voor continu gebruik is uitsluitend ontworpen voor...
  • Pagina 235 Gebruik Gebruik in koelhuizen • Er zijn voorzorgsmaatregelen genomen om verzameld condenswater te laten weglopen zonder dat het bij de elektrische installatie kan komen. • De hefcilinders en andere hydraulische componenten zijn waar nodig voorzien van speciale afdichtingen. Batterij in het koelhuis De tractiebatterijen van de machines mogen in geen geval de temperatuur van het koel- huis (-30 °C) of de snelkoelruimte (-45 °C)
  • Pagina 236 Gebruik Gebruik in koelhuizen worden gebruikt in toepassingsgebieden ”1” tot ”3”. De lithium-ionbatterij is niet goedge- keurd voor gebruik in toepassingsgebied ”4” (snelkoelruimtes, tot -45 °C). Alvorens het koelhuis binnen te rijden Machine opwarmen Voordat de machine in het koelhuis wordt gebruikt, moet de heftruck gedurende ca.
  • Pagina 237 Gebruik Procedure in noodsituaties Procedure in noodsituaties Nooduitschakeling LET OP Als de batterijstekker (1) wordt losgekoppeld of de noodstopschakelaar (2) wordt bediend, worden de elektrische functies van de machine uitgeschakeld. Dit veiligheidssysteem mag alleen in een noodsi- tuatie worden gebruikt of om de machine veilig te parkeren.
  • Pagina 238 Gebruik Procedure in noodsituaties Rijdende machine in een noodgeval uitschakelen In een noodgeval kunnen alle functies van de machine worden uitgeschakeld. – Zorg ervoor dat u een goede grip hebt op de machine; houd met uw linkerhand het stuur vast. –...
  • Pagina 239 Gebruik Procedure in noodsituaties Nooddaalinrichting GEVAAR Levensgevaar als de last te snel daalt! – Loop of sta niet onder de geheven last! GEVAAR Als de machine met geblokkeerde regeleenheid van het hydraulisch systeem wordt gebruikt, be- staat er een groter ongevallenrisico! –...
  • Pagina 240 Gebruik Procedure in noodsituaties Slepen GEVAAR Het remsysteem van het sleepvoertuig kan weige- ren. Er bestaat een ongevallenrisico! Als het remsysteem van het sleepvoertuig niet krachtig genoeg is, kunnen het voertuig en de ma- chine niet veilig worden afgeremd of kunnen de remmen van het voertuig weigeren.
  • Pagina 241 Gebruik Procedure in noodsituaties Slepen met werkende stuurinrichting GEVAAR Tijdens het manoeuvreren kunnen er mensen tussen de machine en het sleepvoertuig bekneld raken. Er bestaat levensgevaar! Manoeuvreren met het sleepvoertuig en aanbren- gen van de sleepkabels is alleen toegestaan met een tweede persoon als begeleider.
  • Pagina 242 Gebruik Batterijstekker aansluiten en loskoppelen Slepen met niet-werkende stuurinrich- ting Als de stuurinrichting defect is, kan de ma- chine bijvoorbeeld met behulp van stuurbare zware rollen worden weggesleept. Afhanke- lijk van de uitvoering van de machine moeten de zware rollen onder het aangedreven wiel of onder de zijbalken van de machine wor- den geplaatst.
  • Pagina 243 Gebruik Batterijstekker aansluiten en loskoppelen LET OP Als de kabels beschadigd raken, bestaat er kortsluitingsgevaar. – Zorg dat de batterijkabel niet be- kneld raakt wanneer de batterijbak in de machine wordt geschoven. OPMERKING De batterijstekker van een lithium-ionbatterij heeft extra contacten voor de communicatie met de regeleenheid van de machine.
  • Pagina 244 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij Omgang met de loodzuurbatterij Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met de batterij – Bij het opstellen en bedienen van laadsta- tions voor batterijen moeten de nationale wettelijke voorschriften van het land van gebruik worden opgevolgd. LET OP Risico van beschadiging van compo- nenten! Onjuiste aansluiting of onjuiste bedie-...
  • Pagina 245 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij WAARSCHUWING Gevaar van beknelling/afschuiven! De batterij is erg zwaar. Er bestaat gevaar van ernstig letsel wanneer lichaamsdelen onder de batterij bekneld raken. Er bestaat gevaar van ernstig letsel als ledematen bekneld raken tussen de batterij en het heftruckframe. –...
  • Pagina 246 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij – Koppel de batterijstekker los vóór het laden en alleen wanneer de machine en batterijlader zijn uitgeschakeld. – Maak de oppervlakken van de batterijcellen vrij. – Leg geen metalen voorwerpen op de batterij. – Houd brandblusapparatuur gereed. Lastdragers De batterij mag alleen worden verwijderd met geschikte lastdragers;...
  • Pagina 247 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij Klemmen en kabelschoenen moeten schoon, licht met batterijvet ingevet en stevig bevestigd zijn. – Neutraliseer alle gemorste batterijzuur onmiddellijk. – Volg de veiligheidsvoorschriften voor de omgang met batterijzuur op; zie het hoofdstuk ”Batterijzuur”. Beschadiging van kabels en batterijstek- kers LET OP Als de kabels beschadigd raken,...
  • Pagina 248 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij WAARSCHUWING Batterijzuur is giftig en bijtend! – Volg de veiligheidsvoorschriften in het hoofdstuk ”Batterijzuur” op. OPMERKING Het onderhoud van de batterij vindt plaats vol- gens de instructies van de batterijfabrikant! De bedieningsinstructies van de batterijla- der moeten eveneens worden opgevolgd.
  • Pagina 249 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij – Schuif de batterij samen met het schuif- frame helemaal naar de lastzijde voor on- derhoud. – Blijf uit de buurt van open vuur en rook niet. – Zorg dat de werkomgevingen voldoende worden geventileerd. –...
  • Pagina 250 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij – Sluit de vuldop (1) weer. Ladingstoestand van de batterij controleren LET OP Diepe ontlading verkort de levensduur van de batterij. Voorkom een ontlading onder 25% van de nomi- nale capaciteit (0% op het display). Dit kan een mogelijke diepe ontlading van de batterij veroorza- ken.
  • Pagina 251 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij autoriseerde servicecentrum geactiveerd worden. Batterij opladen – Parkeer de machine beveiligd (zie het hoofdstuk ”Machine beveiligd parkeren”). GEVAAR Levens- en letselgevaar! – Houd u aan de instructies in het hoofdstuk ”Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met de batterij”.
  • Pagina 252 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij types een andere constructie hebben, is het belangrijk om de respectieve juiste batterijla- ders te gebruiken. Voor gelbatterijen gelden speciale instructies voor laden en onderhoud. De richtlijnen van de betreffende fabrikant die- nen te worden opgevolgd. –...
  • Pagina 253 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij – Koppel de batterijstekker los van de stekker op de batterijlader. – Verbind de batterijstekker weer met de stekker op de machine; zie het hoofdstuk ”Ingebruikname/Batterijstekker aanslui- ten”. – Schuif de batterij samen met het schuif- frame helemaal naar de aandrijfzijde.
  • Pagina 254 Gebruik Omgang met de loodzuurbatterij ningslading tussen de 6 en 24 uur na afloop van het normale oplaadproces. De vereffe- ningslading duurt maximaal 2 uur. – Raadpleeg de bedieningsinstructies van de fabrikant van de batterijlader. De vereffeningslading beëindigen De vereffeningslading wordt automatisch beëindigd.
  • Pagina 255 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) Veiligheidsvoorschriften voor de omgang met de lithium-ionbatterij Maatregelen voor eerste hulp WAARSCHUWING Verwondingsgevaar! Ontsnappende gassen kunnen leiden tot ademha- lingsproblemen. Noodzakelijke maatregelen als er gassen of vloeistoffen ontsnappen – Ventileer de ruimte onmiddellijk of ga naar buiten in de frisse lucht;...
  • Pagina 256 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) WAARSCHUWING Gevaar van beknelling/afschuiven! De batterij is erg zwaar. Er bestaat gevaar van ernstig letsel wanneer lichaamsdelen onder de batterij bekneld raken. Als er tijdens het sluiten van de batterijdeur lichaamsdelen tussen de batterijdeur en de rand van het chassis ingeklemd raken, kan dit letsel veroorzaken.
  • Pagina 257 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) – Informeer de brandweer dat lithium-ionbat- terijen beschadigd kunnen raken bij brand. – Houd de informatie van de batterijfabrikant over de procedure in het geval van een brand in acht. Afmetingen en gewicht van de batterij GEVAAR Kantelgevaar door veranderd batterijgewicht! De afmetingen en het gewicht van de batterij beï-...
  • Pagina 258 De machine mag alleen worden gebruikt met een batterij die is goedgekeurd voor het batterijframe. Gebruik alleen lithium-ionbatterijen die door STILL zijn goedgekeurd voor gebruik op deze machine. De afmetingen en het gewicht van de vervangende batterij moeten exact overeenkomen met de afmetingen en het gewicht van de originele batterij.
  • Pagina 259 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) Lithium-ionbatterijen ”GGS Li-ion 48 V (BG4)” 9,8 kWh en 39,2 kWh Batterijgroep 4.1 (9,8 kWh) Batterijgroep 4.2, 4.3 (39,2 kWh) Hijsogen Batterijstekker Technisch compartiment Display Veiligheidsklep WAARSCHUWING Ongevallenrisico als gevolg van verzwakte hijso- gen. Als verbogen hijsogen weer in de oorspronkelijke vorm worden teruggebogen, verliezen zij hun starheid.
  • Pagina 260 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) Voorschriften voor de opslag van lithium-ionbatterijen OPMERKING Lithium-ionbatterijen zijn geclassificeerd als gevaarlijke goederen volgens klasse 9. De volgende aanbevelingen zijn van toepas- sing: • Sla batterijen op op een hoogte tussen 60 en 120 cm, zodat ze niet beschadigd raken wanneer ze vallen •...
  • Pagina 261 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) – Alleen personen die op de hoogte zijn van de risico's en de veiligheidsvoorschriften, mogen toegang hebben tot dit gebied – Bescherm ze tegen direct zonlicht – Bescherm ze tegen afzettingen – Sla batterijen zo op dat ze beschermd zijn tegen kortsluiting –...
  • Pagina 262 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) van de rijaandrijving kan geactiveerd zijn of door uw geautoriseerde servicecentrum ge- activeerd worden. Display van de lithium-ionbatterij aflezen De batterij-indicator van de batterij bevindt zich aan de zijkant van de batterijbak. Naast het display- en bedieningspaneel wordt ook de laadstatus van de lithium-ionbatterij weergegeven.
  • Pagina 263 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) gereduceerd of de batterij wordt uitgescha- keld. De LED blijft actief voor de duur van de nalooptijd of tot de temperatuur afneemt tot binnen het normale bereik. Temperatuur Gevolg Geel knipperend Iets verhoogd (>60°C) Vermogensreductie Continu geel Verhoogd (>65 °C)
  • Pagina 264 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) Lithium-ionbatterij opladen Lithium-ionbatterij opladen LET OP Risico van beschadiging van componenten! Onjuiste aansluiting of onjuiste bediening van het laadstation of de batterijlader kan leiden tot beschadiging van componenten! – Volg de bedieningsinstructies voor het laadsta- tion of de batterijlader en voor de batterij op.
  • Pagina 265 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) – Controleer de batterijkabel op beschadiging en laat hem indien nodig vervangen door het geautoriseerde servicecentrum. GEVAAR Gevaar van beschadiging, kortsluiting en explosie! – Leg geen metalen voorwerpen of gereedschap- pen op de batterij. –...
  • Pagina 266 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) LET OP Als de kabels beschadigd raken, bestaat er kortsluitingsgevaar. Zorg dat de batterijkabel niet bekneld raakt bij het inschuiven van het schuifframe samen met de batterij. – Controleer de batterijkabel op beschadiging. – Schuif de batterij en het schuifframe hele- maal naar de aandrijfzijde.
  • Pagina 267 Gebruik Omgang met de lithium-ionbatterij (variant) De diepe ontlading vindt in drie fasen plaats: Aan het begin van de diepe ontlading kan de klant de batterij tijdelijk nog steeds zelfs opladen Als de batterij verder ontladen raakt, kan alleen het geautoriseerde servicecen- trum de batterij weer in gebruik nemen Als de batterij dieper dan de eerste twee fasen ontladen raakt, wordt de batterij...
  • Pagina 268 • Vereist minimumgewicht • Gemonteerde batterijstekker • Karakteristiek voor batterij-ontlaadindicator (loodzuurbatterijen) • Goedkeuring van de batterij voor deze machine door STILL Overschakelen van een loodzuur- batterij op een lithium-ionbatterij Voordat u van een loodzuurbatterij op een lithium-ionbatterij overschakelt, moet het ge- autoriseerde servicecentrum een eenmalige aanpassing van de machine uitvoeren.
  • Pagina 269 Loodzuur Loodzuur (*) Vereist ook een vervanging van de batterijbak Gebruik alleen lithium-ionbatterijen die door STILL zijn goedgekeurd voor gebruik op deze machine. Zie ook het hoofdstuk ”Goedge- keurde lithium-ionbatterijen”. – Mocht u vragen hebben omtrent de bat- terijen die zijn goedgekeurd voor dit type machine, neem dan contact op met uw ge- autoriseerde servicecentrum.
  • Pagina 270 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Algemene informatie over vervan- ging van de batterij LET OP Risico dat componenten beschadigd raken wan- neer de lastdrager en de batterij wegrollen! De lastdrager en de batterij kunnen ongecontro- leerd wegrollen als de batterij niet wordt verwijderd op een gelijkmatige, vlakke ondergrond met vol- doende draagvermogen.
  • Pagina 271 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Niet bij elkaar passende batterijstekkers van verschillende fabrikanten LET OP Brandgevaar door gebruik van batterijstekkers van verschillende fabrikanten! De batterijstekkers van de machine en van de bat- terij moeten van dezelfde fabrikant zijn. Een slecht contact tussen batterijstekkers van verschillende fabrikanten kan leiden tot oververhitting.
  • Pagina 272 Aan de kant van de batterijstekker op de machine Aan de kant van het bestuurderscompar- timent De lengte van de batterijkabel moet voldoen aan de specificaties van STILL: Maximale lengte van 1500 mm Aansluitpunten van de batterijkabels de batterijkabel Aan de kant van de batterijstekker op de...
  • Pagina 273 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Batterijvergrendeling bedienen Voordat de ontgrendelingshendel van de bat- terijvergrendeling mag worden bediend, moet de batterijvergrendeling worden vrijgegeven. De batterijvergrendeling wordt ontgrendeld via de bedieningsfunctie voor het ”inschuiven van het schuifframe” van de joystick 4Plus of via de desbetreffende fingertip-schakelaar.
  • Pagina 274 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Batterij vergrendelen – Houd de voetschakelaar ingetrapt – Schuif met behulp van de bedieningshendel (joystick of fingertip-schakelaar) het schuif- frame samen met de batterij in de richting van de aandrijving in tot in de eindpositie De batterijvergrendeling klikt hoorbaar vast.
  • Pagina 275 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Batterijvergrendeling afstellen Afstelinstructies Batterijbakken voor tractiebatterijen worden geproduceerd met relatief grote toleranties. Om ervoor te zorgen dat de vergrendeling van het batterijframe waarin de batterij rust goed werkt, moeten de aanslagbuffers worden afgesteld. Dit gebeurt in de fabriek tijdens de ingebruikname.
  • Pagina 276 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij – Controleer of de vergrendeling goed werkt en of de ontgrendelingshendel met de hand kan worden bediend (zie het hoofdstuk ”Batterijvergrendeling bedienen”. Als de vergrendeling niet vergrendelt of als de ontgrendelingshendel slechts met moeite kan worden bediend, moet de dikte van de onderlegringen worden verkleind of de hoogte van de rubber buffers worden verminderd.
  • Pagina 277 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Speciale informatie voor het aan- brengen van de lithium-ionbatterij Met uitzondering van de volgende bijzon- derheden worden lithium-ionbatterijen op dezelfde manier vervangen als loodzuurbatte- rijen. – Verzink de hijsogen voordat u de batterij met het schuifframe aanbrengt.
  • Pagina 278 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij WAARSCHUWING Beknellingsgevaar als de batterij naar buiten valt. De batterijvergrendeling mag uitsluitend worden uitgeschakeld op een horizontale, vlakke onder- grond en met gebruikmaking van geschikte hulp- middelen. Geschikte hulpmiddelen zijn bijvoorbeeld: – Geschikte hef-/hijsinrichting (bijv. vorkheftruck, kraan) met voldoende hef-/hijsvermogen voor het heffen/ophijsen van de batterij –...
  • Pagina 279 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij – Schuif het schuifframe samen met de batterij (2) helemaal uit. – Schakel de machine uit. – Druk op de noodstopschakelaar. LET OP Risico van beschadiging van componenten! Als u de batterijstekker loskoppelt als de machine is ingeschakeld (onder last), vindt er een boogontla- ding plaats.
  • Pagina 280 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Batterij aanbrengen WAARSCHUWING Risico van corrosie De elektrolyt (batterijzuur) is giftig en bijtend bij aanraking. – Volg de veiligheidsvoorschriften voor de om- gang met batterijzuur op. – Let met name bij net opgeladen batterijen op explosiegevaar in de buurt van de batterij waar gas kan ontsnappen.
  • Pagina 281 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Handelingen na afloop van het aanbren- gen van de batterij GEVAAR Als de batterij niet goed is vergrendeld, kan hij uit de machine schuiven. – Voordat de machine in gebruik wordt genomen, moet de batterijvergrendeling worden gecontro- leerd om er zeker van te zijn dat hij in goede staat is en stevig is vergrendeld.
  • Pagina 282 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij – Sluit de batterijstekker aan. Zorg dat de batterijkabel niet bekneld kan raken bij het inschuiven van de schuifframe. – Ontgrendel de noodstopschakelaar. – Schakel de machine in. – Trap op de voetschakelaar. –...
  • Pagina 283 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij WAARSCHUWING Er bestaat beknellingsgevaar als de batterij naar buiten valt. De batterijvergrendeling mag uitsluitend worden ontgrendeld op een horizontale, vlakke ondergrond en met gebruikmaking van een geschikt batterijwis- selframe. De batterijvergrendelingshendel mag alleen wor- den bediend als de machine stilstaat en het schuif- frame helemaal is ingeschoven.
  • Pagina 284 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij die van de machine, zie het hoofdstuk ”Batterijwisselframe/Overdrachthoogte afstellen”. – Positioneer de machine en het batterijframe parallel naast elkaar. – Positioneer de machine en het batterijframe zodanig dat de rollenbanen van de machine en het batterijframe exact met elkaar zijn uitgelijnd.
  • Pagina 285 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij – Koppel de batterijstekker (3) los. LET OP Als de kabels beschadigd raken, bestaat er kortsluitingsgevaar! Leg de batterijkabel zodanig op de batterij dat hij niet bekneld kan raken bij het verwijderen of aanbrengen van de batterij.
  • Pagina 286 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij – Zwenk de scharnierpen (2) omhoog tegen de aanslag (3). GEVAAR De batterij kan nu vrij bewegen en kan onbedoeld wegrollen, waardoor beknellingsgevaar ontstaat! Personen mogen niet in de bewegingsrichting van de batterij staan. Er mogen zich geen voorwerpen of lichaamsdelen tussen de batterij en het machinechassis bevinden.
  • Pagina 287 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij – Als uw machine een Euro-batterijstekker heeft, moet erop worden gelet dat de indexeerbout voor de spanning zich in de juiste positie bevindt. Het ingestelde spanningsniveau kan via een kijkvenster (1) worden afgelezen. Deze machines werken op een batterij met een nominale spanning van 48 volt.
  • Pagina 288 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij toestand kan ook het gevolg zijn van een andere dan standaardbatterij of van een technische storing. Als de batterij niet bij de leveringsomvang is inbegrepen, moet de batterijvergrendeling worden afgesteld door het geautoriseerde servicecentrum.
  • Pagina 289 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij OPMERKING De optie voor voorkeuze van de hoogte biedt ook het menu-item Teach in (inleren). – Selecteer het menu Parameter. – Druk op de toets ”OK” op het toetsenblok (2) om de selectie te bevestigen. Het juiste batterijtype (batt_type) en de juiste batterijcapaciteit (batt_cap) voor de geïnstal- leerde batterij kunnen nu worden geselec-...
  • Pagina 290 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Batterij transporteren met een hef- /hijsinrichting (loodzuurbatterijen) GEVAAR Levensgevaar door vallende last – Loop of sta nooit onder hangende lasten. – Stel het gewicht van de batterij vast (batterij-identificatieplaatje). Houd rekening met het draagvermogen van de hef-/hijsinrichting.
  • Pagina 291 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij Om te voorkomen dat de batterijbak wordt samengedrukt, moet de hijsinrichting verticaal naar beneden wijzen. – Hijs de batterij langzaam en verticaal uit het batterijframe of laat de batterij langzaam en verticaal in het batterijframe zakken. Zorg voor voldoende afstand tot de hefmast en het chassis van de machine.
  • Pagina 292 Gebruik Vervangen en transporteren van de batterij WAARSCHUWING Gevaar van beknelling/afschuiven! De batterij moet uiterst voorzichtig worden getrans- porteerd, dat wil zeggen met lage snelheid, lang- zame stuurbewegingen en voorzichtig remmen. – Stel vóór het transporteren van de batterij het gewicht van de batterij vast (batterij- identificatieplaatje).
  • Pagina 293 Gebruik Machine reinigen – Transporteer de batterij naar de gewenste opslaglocatie. LET OP Risico van beschadiging! De batterij moet worden opgeslagen op een ge- schikte drager of in een geschikte stelling. De batterij mag niet worden opgeslagen op een houten balk of iets dergelijks. –...
  • Pagina 294 Gebruik Machine reinigen – Gebruik alleen de daarvoor bedoelde treden om op de machine te klimmen. – Gebruik bijvoorbeeld trapladders of plat- forms om bij ontoegankelijke plaatsen te komen LET OP Als er water in de elektrische installatie binnen- dringt, bestaat er kortsluitingsgevaar! –...
  • Pagina 295 Gebruik Machine reinigen GEVAAR Ontvlambare vloeistoffen kunnen door hete delen van de machine ontbranden, waardoor brandgevaar ontstaat! – Voer de volgende stappen strikt uit – Gebruik tijdens het reinigen geen ontvlam- bare vloeistoffen. – Volg de voorschriften van de fabrikant voor de omgang met reinigingsmiddelen op.
  • Pagina 296 Gebruik Machine reinigen Elektrische installatie reinigen WAARSCHUWING Gevaar van elektrische schokken door restcapaci- teit! – Kom nooit met uw blote handen in de elektrische installatie. LET OP Door componenten van de elektrische installatie met water te reinigen, kan de elektrische installatie beschadigd raken.
  • Pagina 297 Gebruik Machine reinigen Hefkettingen reinigen WAARSCHUWING Ongevallenrisico! Hefkettingen zijn veiligheidskritische onderdelen. Het gebruik van koudreinigers, chemische reini- gingsmiddelen of vloeistoffen die bijten of die zuur of chloor bevatten, kan de kettingen beschadigen; het gebruik van deze middelen is verboden! – Volg de voorschriften van de fabrikant voor de omgang met reinigingsmiddelen op –...
  • Pagina 298 Gebruik Machine reinigen LET OP Pas op dat u de achterruitverwarming (binnenzijde) niet beschadigt. – De achterruit (1) moet bijzonder voorzichtig worden gereinigd en er mogen geen voorwerpen met scherpe randen worden gebruikt. – Reinig de ruiten en spiegels. OPMERKING De ruiten kunnen met een gewoon in de handel verkrijgbare glasreiniger worden gereinigd.
  • Pagina 299 Gebruik Machine transporteren Machine transporteren Transport LET OP Risico van materiële schade door overbelasting! Het draag-/laadvermogen van het transportmid- del, de oprijplaten en de laadbruggen moet groter zijn dan het werkelijke totaalgewicht van de ma- chine. Componenten kunnen door overbelasting vervormd of beschadigd raken.
  • Pagina 300 Gebruik Machine transporteren GEVAAR Ongevallenrisico door naar beneden vallen van de machine! Bij stuurbewegingen kan de achterzijde van de ma- chine van de laadbrug af naar de rand uitzwenken. Hierdoor kan de machine vallen. – Voordat er op een laadbrug wordt gereden, moet u er zich van vergewissen dat de brug goed aangebracht en bevestigd is.
  • Pagina 301 Gebruik Machine transporteren LET OP Schurende sjorbanden kunnen het oppervlak van de machine beschadigen. – Plaats antislipbeschermingen onder de hijspun- ten (bijvoorbeeld rubber matten of schuimpla- stic). GEVAAR Als de sjorbanden wegglijden, kan de last verschui- ven! De machine moet zodanig worden vastgesjord dat hij tijdens het transport beslist niet kan bewegen.
  • Pagina 302 Gebruik Machine transporteren Machines met cabine vastsjorren LET OP Schurende sjorbanden kunnen het oppervlak van de machine beschadigen. – Plaats antislipbeschermingen onder de sjorban- den (bijvoorbeeld rubber matten of schuimpla- stic). GEVAAR Als de sjorbanden wegglijden, kan de last verschui- ven! De machine moet zodanig worden vastgesjord dat hij tijdens het transport beslist niet kan bewegen.
  • Pagina 303 Gebruik Machine transporteren Transportgewicht bepalen – Parkeer de machine beveiligd; zie het hoofdstuk ”Machine beveiligd parkeren”. – Bepaal de afzonderlijke gewichten door het typeplaatje van de machine te lezen en, Type-Modèle-Typ / Serial no.-No. de série-Serien-Nr. / year-année-Baujahr indien van toepassing, het typeplaatje van Rated capacity Unladen mass Capacité...
  • Pagina 304 Gebruik Machine transporteren Hijsbanden bevestigen GEVAAR Er bestaat levensgevaar als de hijsinrichtingen en aanslagmiddelen niet goed functioneren en de machine daardoor naar beneden valt! – Gebruik alleen hijsinrichtingen en aanslagmid- delen met voldoende draagvermogen voor het werkelijke totaalgewicht van de machine. –...
  • Pagina 305 Gebruik Machine transporteren Hijsbanden bevestigen aan een machine zonder hefmast • Bevestig twee geschikte harpsluitingen (4) in de bovenste mastlagers van de machine • Leid de hijsband door de twee harpsluitin- gen en door de steunen van het bescherm- dak heen naar boven. Zorg ervoor dat de hijsband geen druk kan uitoefenen op het beschermdak •...
  • Pagina 306 Gebruik Machine transporteren Machine ophijsen GEVAAR Als de opgehesen machine ongecon- troleerd slingert, kunnen personen bekneld raken. Er bestaat levensge- vaar! – Loop of sta nooit onder hangende lasten. – Laat de machine nergens tegenaan stoten wanneer deze wordt opge- hesen en voorkom ongecontrole- erde bewegingen van de machine.
  • Pagina 307 Gebruik Machine transporteren Transportgewicht bepalen – Parkeer de machine beveiligd (zie het hoofdstuk ”Machine beveiligd parkeren”). – Bepaal de afzonderlijke gewichten door het typeplaatje van de machine te lezen en, Type-Modèle-Typ / Serial no.-No. de série-Serien-Nr. / year-année-Baujahr indien van toepassing, het typeplaatje van Rated capacity Unladen mass Capacité...
  • Pagina 308 Gebruik Machine transporteren LET OP Aanslagmiddelen kunnen het lakwerk van de machine beschadigen! Aanslagmiddelen kunnen het lakwerk beschadigen wanneer zij langs het oppervlak van de machine schuren of ertegenaan drukken. Met name harde aanslagmiddelen of aanslagmiddelen met scherpe randen, zoals kabels of kettingen, kunnen het oppervlak snel beschadigen.
  • Pagina 309 Gebruik Machine transporteren Hijsbanden bevestigen – Alvorens aan hijsbanden aan te slaan, moet de machine beveiligd worden geparkeerd (zie het hoofdstuk ”Machine beveiligd par- keren”). Controleer of de batterijstekker is losgekoppeld. Controleer of de noodstop- schakelaar is bediend. – Gebruik altijd geschikte randbeschermers (1) tussen de hijsinrichting en scherpe ran- den van de machine.
  • Pagina 310 Gebruik Machine transporteren Hijsbanden bevestigen (aandrijfzijde, rechts) – Verwijder indien nodig de motorkap onder de bestuurdersstoel, om de band gemak- kelijker om de steun aan de bodem van het machinechassis te bevestigen. – Draai indien nodig het aangedreven wiel in de 45°-stand, om de band gemakkelijker om de steun aan de bodem van het machine- chassis te bevestigen.
  • Pagina 311 Gebruik Machine transporteren Hijsbanden bevestigen (aandrijfzijde, links) – Verwijder indien nodig bodemplaat van het bestuurderscompartiment, om de band gemakkelijker om de steun aan de bodem van het machinechassis te bevestigen. – Draai indien nodig het aangedreven wiel in de 45°-stand, om de band gemakkelijker om de steun aan de bodem van het machine- chassis te bevestigen.
  • Pagina 312 Gebruik Machine transporteren Machine ophijsen GEVAAR Als de opgehesen machine ongecon- troleerd slingert, kunnen personen bekneld raken. Er bestaat levensge- vaar! – Loop of sta nooit onder hangende lasten. – Laat de machine nergens tegenaan stoten wanneer deze wordt opge- hesen en voorkom ongecontrole- erde bewegingen van de machine.
  • Pagina 313 Gebruik Buiten bedrijf stellen Buiten bedrijf stellen Machine uit gebruik nemen en stallen LET OP Beschadiging van componenten door verkeerd opslaan! Bij verkeerd stallen of uit gebruik nemen gedurende langer dan 2 maanden bestaat er kans op cor- rosieschade. Wanneer de omgevingstemperatuur gedurende een langere periode lager is dan - 10 °C, koelen de batterijen af.
  • Pagina 314 Gebruik Buiten bedrijf stellen – Smeer de batterijvergrendeling. – Laad de loodzuurbatterij volledig op. Controleer de toestand en zuurdichtheid van de batterij. Onderhoud de batterij (houd u aan de richtlijnen van de batterijfabrikant). Koppel de batterijstekker los. – Koppel de batterijstekker los. –...
  • Pagina 315 Gebruik Buiten bedrijf stellen veiligheidsinspectie moet ook deze controle alle veiligheidsgerelateerde aspecten van de machine omvatten. – Reinig de machine grondig. – Smeer de machine. – Smeer de gewrichten en bedieningsmecha- nismen. – Controleer de toestand van de batterij en de dichtheid van het zuur en laad de batterij indien nodig op.
  • Pagina 316 Gebruik Buiten bedrijf stellen 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 317 Onderhoud...
  • Pagina 318 Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Algemene informatie Ter voorkoming van ongevallen tijdens het uitvoeren van onderhoud en reparaties moe- ten alle noodzakelijke veiligheidsmaatregelen worden genomen, bijv.: – Schakel de parkeerrem in. – Schakel het contact uit en verwijder de sleutel.
  • Pagina 319 Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Werkzaamheden aan de elektrische uitrusting Aan de elektrische uitrusting van de machine mag uitsluitend worden gewerkt indien de uitrusting spanningsloos is. Functietests, con- troles en afstelwerkzaamheden aan onder spanning staande delen mogen uitsluitend worden uitgevoerd door getrainde en geauto- riseerde personen en met inachtneming van de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen.
  • Pagina 320 Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Ophijsen en opkrikken GEVAAR Er bestaat levensgevaar als de heftruck kantelt! Als de heftruck niet goed wordt opgehesen en opgekrikt, kan de heftruck kantelen en vallen. Alleen de in de werkplaatshandleiding voor deze heftruck voorgeschreven hef- en hijsinrichtingen zijn toegestaan en zijn getest op de veiligheid en het draagvermogen die voor deze machine vereist zijn.
  • Pagina 321 Onderhoud Veiligheidsvoorschriften voor onderhoud Hefmast demonteren GEVAAR Ongevallenrisico! – Bevestig de hijsinrichting aan de bovenzijde van de hefmast aan de dwarsbalk (1) van de buitenmast. Deze werkzaamheden mogen uitsluitend door een servicemonteur worden uitgevoerd. Telescopische hefmast vastzetten – Schuif de hefmast uit. –...
  • Pagina 322 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Triplexmast vastzetten – Schuif de hefmast uit. – Leid de ketting (1) over de dwarsbalk van de buitenmast (2) en onder de dwarsbalk van de middenmast. – Laat de hefmast zakken tot aan de aanslag van de ketting. –...
  • Pagina 323 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Onderhoud zonder speciale kwalificaties Eenvoudig onderhoud zoals het controleren van het vloeistofniveau in de batterij mag wor- den uitgevoerd door ongeschoold personeel. Een bepaalde kwalificatie, zoals van een spe- cialist, is niet nodig om deze werkzaamheden uit te voeren. De vereiste handelingen zijn ge- detailleerd beschreven in de desbetreffende paragrafen in deze bedieningsinstructies.
  • Pagina 324 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie • Meerploegendiensten met een lange inschakelduur • Bepaalde nationale voorschriften voor de machine of afzonderlijke componenten 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 325 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Onderhoud - om de 1000 draaiuren/jaarlijks Na draaiuren 1000 2000 4000 5000 7000 Uitgevoerd 8000 10000 11000 13000 14000   Chassis, plaatwerk en bevestigingen Chassis, deksels/afdekkingen, steunelementen en mastbevestiging op scheuren of beschadiging controleren (visuele controle) Beschermdak/cabine en ruiten op beschadiging controleren;...
  • Pagina 326 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Na draaiuren 1000 2000 4000 5000 7000 Uitgevoerd 8000 10000 11000 13000 14000   Rijmotor, stuurmotor, pompmotor Visueel op een goede bevestiging en op uitwendige beschadiging controleren. Op loopgeluiden controleren. Externe ventilatoren reinigen. Functietest Stuurinrichting Stuur op goede bevestiging controleren en draaihendel op beschadiging controleren Stuurkolom op speling controleren Werking van het verstelmechanisme van de stuurinrichting controleren Werking van de stuurinrichting controleren...
  • Pagina 327 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Na draaiuren 1000 2000 4000 5000 7000 Uitgevoerd 8000 10000 11000 13000 14000   Verlichting, indicatielampjes, instrumenten en stoelcontactschakelaar controleren Omvormers Met perslucht het stof van de oppervlakken blazen Vuil en stof van de koellichamen verwijderen Ventilatoren op een goede werking en op beschadiging controleren en reinigen Loodzuurbatterij en accessoires Batterij op beschadiging en zuurdichtheid controleren;...
  • Pagina 328 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Na draaiuren 1000 2000 4000 5000 7000 Uitgevoerd 8000 10000 11000 13000 14000   Hefkettingen op beschadiging en slijtage controleren. Hefkettingen afstellen en smeren. Hoofdhefkettingen na 5000 draaiuren vervangen (aanbeveling) Controleer de hefcilinders en aansluitingen op beschadiging en lekdichtheid. Geleiderollen op beschadiging en slijtage controleren Mastrollen en kettingrollen op beschadiging en slijtage controleren Controleer de neigcilinders en aansluitingen op beschadiging en lekdichtheid.
  • Pagina 329 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Na draaiuren 1000 2000 4000 5000 7000 Uitgevoerd 8000 10000 11000 13000 14000   Storingsnummers uitlezen en controleren en de lijst wissen Onderhoudsinterval resetten 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 330 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 331 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Onderhoud - om de 3000 draaiuren/om de twee jaar Na draaiuren Uitgevoerd 3000 6000 9000 12000 15000   Opmerking Alle werkzaamheden van het onderhoud om de 1000 uur uitvoeren Transmissie Olie verversen (transmissie) Vertanding van de steekas tussen de transmissie en de rijmotor smeren Hydraulisch remsysteem Remvloeistof verversen Hydraulisch systeem...
  • Pagina 332 Onderhoud Algemene onderhoudsinformatie Na draaiuren 1000 1500 2000 2500 Uitgevoerd 3000 3500 4000 4500   Smeren Met goedgekeurde smeermiddelen volgens het smeerschema smeren Vorkneiger/sideshift smeren Bovendien om de zes weken de deurscharnieren via de smeernippel en het sluitme- chanisme van de deur smeren Reserveonderdelen en slijtdelen bestellen Reserveonderdelen worden geleverd door...
  • Pagina 333 Risico van materiële schade Voor machines in koelhuisuitvoering moeten an- dere smeermiddelen worden gebruikt; zie het hoofdstuk ”Gebruik in koelhuizen”. Additief/te gebruiken Specificaties Eenheid Meeteenheid middel Algemene STILL-hogedruksmeervet Indien nodig smeerpunten ID-nr. 0170761 Batterij Gedestilleerd water Indien nodig Isolatieweerstand DIN 43539 Raadpleeg voor...
  • Pagina 334 Onderhoud Inzetbaarheid waarborgen Additief/te gebruiken Specificaties Eenheid Meeteenheid middel - Wielaandrijving Transmissieolie Castrol Alphasyn EP 150 Ca. 2,9 l ID-nr. 7326000022 (20 l) Hefmast Hechtend Indien nodig Hefmast SKD 3400 smeermiddel voor ID-nr. 0147873 maximale drukken Hefkettingen Kettingsmering Volledig synthetisch Indien nodig Temperatuurbereik: -35 °C tot +250 °C...
  • Pagina 335 Onderhoud Inzetbaarheid waarborgen Wielen en banden onderhouden WAARSCHUWING Ongevallenrisico! Onregelmatige slijtage vermindert de stabiliteit van de machine en verlengt de remweg. – Vervang versleten of beschadigde banden on- middellijk aan de linker- en aan de rechterzijde. WAARSCHUWING Kantelgevaar! De kwaliteit van de banden beïnvloedt de stabiliteit van de machine.
  • Pagina 336 Onderhoud Inzetbaarheid waarborgen Een slijtage-indicator (1) in de zijflank van het bandmateriaal dient als visuele indicatie van de slijtagegrens. Wielbevestigingen controleren – Controleer de bevestiging van de wielbou- ten (aangedreven wiel) en de lastwielmoe- ren (lastwiel) en haal ze indien nodig aan. –...
  • Pagina 337 Onderhoud Inzetbaarheid waarborgen Leidingen moeten in de volgende gevallen worden vervangen: • Schuurplekken met verwijdering van materiaal • Onnatuurlijke vervormingen en zichtbare buigplekken • Lekkage – Neem in geval van olieverlies contact op met het geautoriseerde servicecentrum Hefmast en rolgeleidingen smeren –...
  • Pagina 338 Onderhoud Inzetbaarheid waarborgen Filter van verwarming voor cabine (variant) vervangen Het filter van de verwarming bevindt zich in de deurbeplating onder de ruit. – Schroef de bouten los (1) en verwijder de afdekking van de verwarming. – Verwijder de filtermat (2) helemaal van het filterhuis.
  • Pagina 339 Onderhoud Inzetbaarheid waarborgen Inzetbaarheid voor gebruik in koelhuizen behouden – Bij heftrucks die in koelhuizen worden gebruikt (variant), dient wekelijks te worden gecontroleerd of alle rollen en kettingen in de hefmast soepel lopen. 6210_900-002 Onderhoudstaken voor lithium- ionbatterijen OPMERKING De lithium-ionbatterij is onderhoudsvrij. Er moeten echter enkele werkzaamheden worden uitgevoerd die belangrijk zijn voor het in goede staat houden van de batterij en...
  • Pagina 340 Onderhoud Inzetbaarheid waarborgen 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 341 Technische gegevens...
  • Pagina 342 Technische gegevens Maten Maten De maten h en b zijn klantspecifiek en staan vermeld op de orderbevestiging. 50988078005 NL - 10/2018...
  • Pagina 343 90 mm groter op het model FM-X N Kenmerken FM-X 10 / FM-X 12 / FM-X 10 N FM-X 12 N Li-ion Li-ion 1.1 Fabrikant STILL STILL STILL STILL Typeaanduiding van FM-X 10 / FM-X 12 / FM-X 10 N FM-X 12 N...
  • Pagina 344 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 10 / Li-ion (N), FM-X 12 / Li-ion (N)* FM-X 10 / FM-X 12 / FM-X 10 N FM-X 12 N Li-ion Li-ion 1.5 Hefvermogen/last 1000 1000 1200 1200 1.6 Lastzwaartepunt 1.8 Lastafstand 1.9 Wielbasis 1275 1275 1275...
  • Pagina 345 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 10 / Li-ion (N), FM-X 12 / Li-ion (N)* FM-X 10 / FM-X 12 / FM-X 10 N FM-X 12 N Li-ion Li-ion 4.3 Vrije heffing 1890 1890 1890 1890 4.4 Hefhoogte 5750 5750 5750 5750 Hoogte met hefmast...
  • Pagina 346 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 10 / Li-ion (N), FM-X 12 / Li-ion (N)* Prestaties FM-X 10 / FM-X 12 / FM-X 10 N FM-X 12 N Li-ion Li-ion Rijsnelheid met/zonder km/h 14/14 14/14 14/14 14/14 last Rijsnelheid achteruit 5.1.1 km/h 14/14...
  • Pagina 347 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 10 / Li-ion (N), FM-X 12 / Li-ion (N)* Overig FM-X 10 / FM-X 12 / FM-X 10 N FM-X 12 N Li-ion Li-ion Werkdruk voor 10.1 voorzetapparaat Oliestroom voor 10.2 l/min voorzetapparatuur Geluidsdrukniveau in het 10.7 bestuurderscomparti- ment...
  • Pagina 348 Kenmerken FM-X FM-X FM-X 14 / FM-X 14 N 14 W / 14 EW / Li-ion Li-ion Li-ion 1.1 Fabrikant STILL STILL STILL STILL Typeaanduiding van FM-X 14 / FM-X 14 W FM-X 14 FM-X 14 N fabrikant Li-ion / Li-ion EW / Li-ion 1.3 Aandrijving...
  • Pagina 349 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 14 / Li-ion (N, W, EW)* Gewichten FM-X FM-X FM-X 14 / 14 W / 14 EW / FM-X 14 N Li-ion Li-ion Li-ion Nettogewicht (met 3470 3430 3700 3750 batterij) Asbelasting voor/achter 2250/1220 2120/1310 2290/1410 2330/1420 zonder last Asbelasting voor/achter,...
  • Pagina 350 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 14 / Li-ion (N, W, EW)* FM-X FM-X FM-X 14 / FM-X 14 N 14 W / 14 EW / Li-ion Li-ion Li-ion 4.8 Zithoogte 1140 1140 1140 1140 4.10 Hoogte van de wielarmen h 4.19 Totale lengte 2402 2488...
  • Pagina 351 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 14 / Li-ion (N, W, EW)* FM-X FM-X FM-X 14 / FM-X 14 N 14 W / 14 EW / Li-ion Li-ion Li-ion Schuifsnelheid 0,18 0,18 0,18 0,18 met/zonder last Klimvermogen 10/15 10/15 10/15 10/15 met/zonder last Max.
  • Pagina 352 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 14 / Li-ion (N, W, EW)* Overig FM-X FM-X FM-X 14 / 14 W / 14 EW / FM-X 14 N Li-ion Li-ion Li-ion Werkdruk voor voorzetapparaat Oliestroom voor l/min voorzetapparatuur Geluidsdrukniveau in het dB(A) bestuurderscomparti- ment...
  • Pagina 353 Kenmerken FM-X FM-X FM-X 17 / FM-X 17 N 17 W / 17 EW / Li-ion Li-ion Li-ion 1.1 Fabrikant STILL STILL STILL STILL Typeaanduiding van FM-X 17 / FM-X 17 W FM-X 17 FM-X 17 N fabrikant Li-ion / Li-ion EW / Li-ion 1.3 Aandrijving...
  • Pagina 354 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 17 / Li-ion (N, W, EW)* Gewichten FM-X FM-X FM-X 17 / 17 W / 17 EW / FM-X 17 N Li-ion Li-ion Li-ion Nettogewicht (met 3470 3500 3740 3790 batterij) Asbelasting voor/achter 2290/1180 2220/1280 2390/1350 2440/1350 zonder last Asbelasting voor/achter,...
  • Pagina 355 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 17 / Li-ion (N, W, EW)* FM-X FM-X FM-X 17 / FM-X 17 N 17 W / 17 EW / Li-ion Li-ion Li-ion 4.8 Zithoogte 1140 1140 1140 1140 4.10 Hoogte van de wielarmen h 4.19 Totale lengte 2412 2499...
  • Pagina 356 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 17 / Li-ion (N, W, EW)* FM-X FM-X FM-X 17 / FM-X 17 N 17 W / 17 EW / Li-ion Li-ion Li-ion Schuifsnelheid 0,18 0,18 0,18 0,18 met/zonder last Klimvermogen 10/15 10/15 10/15 10/15 met/zonder last Max.
  • Pagina 357 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 17 / Li-ion (N, W, EW)* Overig FM-X FM-X FM-X 14 / 14 W / 14 EW / FM-X 14 N Li-ion Li-ion Li-ion Werkdruk voor voorzetapparaat Oliestroom voor l/min voorzetapparatuur Geluidsdrukniveau in het dB(A) bestuurderscomparti- ment...
  • Pagina 358 90 mm groter op het model FM-X N Kenmerken FM-X FM-X 20 / FM-X 20 FM-X 20 N 20 W / Li-ion EW / Li-ion Li-ion 1.1 Fabrikant STILL STILL STILL STILL FM-X Typeaanduiding van FM-X 20 / FM-X 20 FM-X 20 N 20 W / fabrikant...
  • Pagina 359 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 20 / Li-ion (N, W, EW)* Gewichten FM-X FM-X 20 / FM-X 20 20 W / FM-X 20 N Li-ion EW / Li-ion Li-ion Nettogewicht (met 3820 3830 3870 3920 batterij) Asbelasting zonder last 2470/1350 2450/1380 2490/1380 2510/1410 voor/achter...
  • Pagina 360 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 20 / Li-ion (N, W, EW)* FM-X FM-X 20 / FM-X 20 FM-X 20 N 20 W / Li-ion EW / Li-ion Li-ion 4.8 Zithoogte 1140 1140 1140 1140 4.10 Hoogte van de wielarmen h 4.19 Totale lengte 2, 5, 6 2484 2589...
  • Pagina 361 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 20 / Li-ion (N, W, EW)* FM-X FM-X 20 / FM-X 20 FM-X 20 N 20 W / Li-ion EW / Li-ion Li-ion Daalsnelheid met/zonder 0,53/0,50 0,53/0,50 0,53/0,50 0,53/0,50 last Schuifsnelheid 0,18 0,18 0,18 0,18 met/zonder last Klimvermogen...
  • Pagina 362 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 20 / Li-ion (N, W, EW)* Overig FM-X FM-X 20 / FM-X 20 20 W / FM-X 20 N Li-ion EW / Li-ion Li-ion Werkdruk voor voorzetapparaat Oliestroom voor l/min voorzetapparatuur Geluidsdrukniveau in het dB(A) bestuurderscomparti- ment...
  • Pagina 363 FM-X, FM-X W, FM-X EW. Bij grotere batterijen afhankelijk van de batterijmaat respectie- velijk 90 mm groter op het model FM-X N Kenmerken FM-X 20 HD / Li-ion Fabrikant STILL Typeaanduiding van fabrikant FM-X 20 HD / Li-ion Aandrijving Elektrisch...
  • Pagina 364 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 20 HD / Li-ion* Gewichten FM-X 20 HD / Li-ion Nettogewicht (met batterij) 5110 Asbelasting voor/achter zonder last 3030/2080 Asbelasting voor/achter met vork naar 900/6410 voren en met last Asbelasting voor/achter, vork naar achte- 2810/4500 ren, met last Wielen, chassis...
  • Pagina 365 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 20 HD / Li-ion* FM-X 20 HD / Li-ion 4.24 Breedte vorkenbord Breedte over de vorken, min./max. 4.25 336/640 4.26 Breedte tussen de wielarmen 4.28 Schuifafstand Bodemvrijheid onder hefmast, met last 4.31 Bodemvrijheid midden wielbasis 4.32 Gangpadbreedte bij pallet 1000 x 1200 4.34.1...
  • Pagina 366 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 20 HD / Li-ion* FM-X 20 HD / Li-ion 48/775, Li-ion: Batterijspanning/nominale capaciteit K V/Ah 48/817 Batterijgewicht (±5% afhankelijk van de 1120 fabrikant) Energieverbruik volgens VDI-cyclus 3,59 kWh/h Overig FM-X 20 HD / Li-ion Werkdruk voor voorzetapparaat 10.1 Oliestroom voor voorzetapparatuur...
  • Pagina 367 90 mm groter op het model FM-X N Kenmerken FM-X 25 / FM-X 25 W / FM-X 25 EW / Li-ion Li-ion Li-ion 1.1 Fabrikant STILL STILL STILL Typeaanduiding van FM-X 25 / FM-X 25 W FM-X 25 EW fabrikant Li-ion...
  • Pagina 368 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 25 / Li-ion (W, EW)* Gewichten FM-X 25 / FM-X 25 W / FM-X 25 EW / Li-ion Li-ion Li-ion 2.1 Nettogewicht (met batterij) 4110 4140 4170 Asbelasting zonder last 2640/1470 2620/1520 2600/1570 voor/achter Asbelasting vork naar voren 810/5790 790/5840...
  • Pagina 369 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 25 / Li-ion (W, EW)* FM-X 25 / FM-X 25 W / FM-X 25 EW / Li-ion Li-ion Li-ion 4.21 Totale breedte 1270 1470 1670 Vorkafmetingen, DIN ISO 4.22 s/e/l 50/ 120/ 1150 50/ 120/ 1150 50/ 120/ 1150 2331 Vorkenbord volgens 4.23...
  • Pagina 370 Technische gegevens VDI-specificatieblad voor de FM-X 25 / Li-ion (W, EW)* FM-X 25 / FM-X 25 W / FM-X 25 EW / Li-ion Li-ion Li-ion Acceleratietijd (over 10 m) 4,5/4,0 4,5/4,0 4,5/4,0 met/zonder last Met energie- Met energie- Met energie- terugwinning, terugwinning, terugwinning,...
  • Pagina 371 Technische gegevens Wielen en banden Wielen en banden Goedgekeurde banden GEVAAR Het gebruik van niet-goedgekeurde banden heeft een negatief effect op de stabiliteit van de machine. Ongevallenrisico! – Gebruik alleen de hieronder gespecificeerde bandtypes. – Houd u aan de basisprincipes voor een veilig gebruik;...
  • Pagina 372 Technische gegevens Batterijspecificaties voor lithium-ionbatterijen Batterijspecificaties voor lithium-ionbatterijen – Zie voor meer informatie het typeplaatje en de bedieningsinstructies voor de lithium- ionbatterij. Prestatiekarakteristieken Batterijgroep Groep 4.1 Groep 4.2 Groep 4.3 Celverbindingen 3 x 13s1p 12 x 13s1p 12 x 13s1p Nominale energie 9800 Wh 39.200 Wh...
  • Pagina 373 Trefwoordenregister Batterij vervangen Algemene informatie ... . 258 Actieve laststabilisatie ALS ..178 Batterijwisselframe ... . . 270 Actualiteit van de bedieningsinstructies .
  • Pagina 374 Trefwoordenregister Bestuurders ..... . 23 Display- en bedieningspaneel ..61 Bestuurderscompartiment, elektrisch Autorisatieniveaus voor toegang tot verstelbaar .
  • Pagina 375 Trefwoordenregister Hydrauliekolie ....48 Hydraulisch systeem Filter van verwarming vervangen ..326 Op lekkage controleren ..324 Fingertip .
  • Pagina 376 Trefwoordenregister Lastrek ......143 Machine stallen ....301 Lijst van afkortingen .
  • Pagina 377 Trefwoordenregister OPTISPEED ....100 Rijden Optrekken Op op- en aflopende hellingen ..160 Eenpedaalsysteem ... . . 112 Rijprogramma Tweepedalensysteem .
  • Pagina 378 Trefwoordenregister Stuurinrichting met omkeerfunctie ..121 Stuurkolom Varianten Verstellen ..... 88 FleetManager ....177 Hefinrichtingen .
  • Pagina 379 ..32 STILL SafetyLight ....97 Waarschuwingstermen ... . . 14 Verpakking .
  • Pagina 382 STILL GmbH 50988078005 NL – 10/2018...