Voorwoord Algemeen Algemeen Onze industriële heftrucks voldoen aan de van toepassing zijnde Europese regelgeving. Alle overige geldende nationale voorschriften en toepassingsspecifieke regels voor het gebruik van heftrucks dienen eveneens te worden opgevolgd. Deze handleiding laat u zien hoe u uw heftruck veilig gebruikt en hoe u ervoor zorgt dat de heftruck inzetbaar blijft.
Voorwoord EG-verklaring van overeenstemming volgens de Machinerichtlijn EG-verklaring van overeenstemming volgens de Machinerichtlijn Verklaring STILL GmbH Berzeliusstraße 10 D-22113 Hamburg Duitsland Wij verklaren dat de volgens deze bedieningsinstructies Machine volgens deze bedieningsinstructies Model in overeenstemming is met de meest recente versie van de Machinerichtlijn 2006/42/EG.
Voorwoord Veiligheidsinstructies Veiligheidsinstructies Verklaring van de in deze handleiding ge- bruikte begrippen: GEVAAR Er bestaat levensgevaar voor de bestuurder. De beschreven procedures moeten nauwgezet worden gevolgd om dit gevaar te voorkomen. WAARSCHUWING Er bestaat gevaar van ernstige schade aan ei- gendom en/of gevaar voor de gezondheid van de bestuurder.
Voorwoord Identificatie, Fabrieksplaatje Identificatie, Fabrieksplaatje Het fabrieksplaatje is in de buurt van de bestuurdersplaats aangebracht en bevat de volgende gegevens: Fabrieksplaatje CE markering. De CE-markering bevestigt Nominaal draagvermogen de naleving van de EU-machinerichtlijnen Leeggewicht en de naleving van alle relevante richtlijnen Batterijspanning die voor dit product gelden.
Voorwoord Productondersteunende documentatie Productondersteunende documentatie Hiertoe behoren: • Lijst van reserveonderdelen • Bedienings- en onderhoudshandleiding • Informatieboekje van de VDMA over verantwoord gebruik (VDMA = Duitse brancheorganisatie voor de machine- en installatiebouw) • Eventuele aanvullende documentatie met betrekking tot de bestuurdersstoel •...
Voorwoord Auteurs- en eigendomsrechten op elk gewenst moment door de bestuurder kan worden ingezien. • Extra exemplaren van de documentatie kunnen worden bijbesteld. ID-nummer c.q. ordernummer vermelden. • Als de truck wordt doorverkocht, moet de complete documentatie worden bijgele- verd. Auteurs- en eigendomsrech- Deze handleiding - of eventuele uittreksels daarvan - mag niet worden gereproduceerd,...
Pagina 14
Voorwoord Bestuurder, aanspreekvorm • De ergonomische omstandigheden kun- nen minder gunstig zijn. Het kan bijvoor- beeld zijn dat de bestuurder niet bij de pe- dalen (o.a. rij- en rempedalen) kan, het beschermdak kan te laag zijn of het ver- stelbereik van het stuur en de stoel kan onvoldoende zijn.
Veiligheid Algemene veiligheidsinformatie Algemene veiligheidsinforma- • Personen moeten buiten het werkgebied (de gevarenzone) van de heftruck blijven. Als iemand de gevarenzone betreedt, moeten alle bewegingen van de heftruck onmiddellijk worden gestopt en dient de desbetreffende persoon de zone te verlaten. •...
Veiligheid Algemene veiligheidsinformatie Algemene veiligheidsinforma- • Alle veiligheidsinformatie op de heftruck moet worden opgevolgd. • Ontbrekende of onleesbare veiligheidsin- formatie moet worden vervangen. • Tijdens het rijden in bochten en langs delen van gebouwen die het zicht belemmeren, moet de claxon worden gebruikt om ande- ren te waarschuwen dat de machine nadert.
Veiligheid Niet-ioniserende straling het bestuurderscompartiment zou kunnen binnendringen. De bedrijfsveiligheid is belangrijker dan de werksnelheid! Niet-ioniserende straling WAARSCHUWING Verwondingsgevaar Personen met actieve of niet-actieve medische implantaten moeten zelf controleren of zij niet aan gevaarlijke elektromagnetische straling worden blootgesteld. De onderstaande tabel geeft de grenswaarden aan voor de maximale elektrische veldsterkte van de elektromagnetische straling van deze machine.
Pagina 19
Veiligheid Trillingen Studies hebben aangetoond dat de amplitude van de trillingen op hand en arm aan het stuur of aan de bedieningselementen van heftrucks kleiner is dan 2,5 m/s . Daarom bestaat er voor deze metingen geen meetvoorschrift. De trillingen waaraan de bestuurder gedu- rende een werkdag blootstaat, moeten vol- gens de richtlijn 2002/44/EG door het bedrijf dat de heftruck gebruikt, worden vastgesteld...
Veiligheid Speciale veiligheidsinformatie over het oppakken van lasten Speciale veiligheidsinformatie over het oppakken van lasten Pleeg hierover overleg met de veiligheids- functionaris binnen uw bedrijf. VEILIGHEID GAAT VOOR ALLES! • Lasten bestaande uit losse stukken mogen niet hoger opgestapeld zijn dan de boven- kant van de balustrade van de cabine.
Veiligheid Veilige omgang met bedrijfsstoffen Veilige omgang met bedrijfs- stoffen In het voertuig wordt gebruik gemaakt van de volgende bedrijfsstoffen • Transmissie-olie • Hydraulische olie • Accuzuur Voor de omgang met deze stoffen zijn uitge- breide veiligheidsvoorschriften van toepas For gear and hydraulic oil GEVAAR Levensgevaar of gevaar voor verwondingen door onder druk uittredende hydraulische olie.
Veiligheid Risicobeoordeling ting gedragen te worden, b.v. veiligheids- handschoenen, -bril, etc. Voor accuzuur GEVAAR Explosiegevaar – Bij het opladen van accu’s kan een explosief gasmengsel ontstaan, dat ook nog lange tijd na het opladen aanwezig kan blijven. Daarom het vertrek goed ventileren tijdens het opladen. –...
Veiligheid Andere gevaren Wij adviseren om deze in uw bezit zijnde speciale bedieningsinstructies op te nemen in de volledige bedieningsinstructies van de machine. Andere gevaren Ondanks alle van toepassing zijnde veilig- heidsvoorschriften voor het ontwerp en de fabricage van onze voertuigen en ondanks toepassing in overeenstemming met de voor- schriften, kunnen zich tijdens het gebruik be- paalde gevaren voordoen.
Veiligheid Inspecties door vaste gebouw- en stellingdelen ernstig gewond raakt. Het gevaar bestaat bij de volgende machine- uitvoeringen: • Zonder veiligheidssteunen en cabineleu- ning • Zonder railgeleiding • Met invoerrollen aan één of aan beide zijden • Met eenzijdige geleiding Bij de genoemde uitvoeringen kunnen de bo- venstaande gevaren optreden omdat voor dit type machine en de betreffende bedrijfsmodi...
Veiligheid Originele onderdelen gewicht van de heftruck te kunnen dragen. Uw verantwoordelijke verkoopvertegenwoordiger informeert u over de wielbelasting en de belasting van de ondergrond die specifiek voor uw heftruck gelden. De gesteldheid van de ondergrond is van invloed op de remweg van de heftruck.
Veiligheid Richtlijnen en voorschriften eigenschappen van uw voertuig negatief ben- vloeden en daardoor de actieve en passieve rij eigenschappen benadelen. Voor geen enkele schade die door toepassing van niet originele onderdelen en accessoires ontstaat, kan de fabrikant de fabrikant aansprakelijk worden gesteld.
Pagina 27
Veiligheid Persoonlijke beschermingsmiddelen heden of op grond van lokale of bedrijfsinterne voorschriften wèl persoonlijke beschermings- middelen moeten worden gebruikt. De voor de gebruikslocatie geldende natio- nale voorschriften moeten worden opgevolgd. 5213 804 2512 [NL]...
Pagina 28
Veiligheid Persoonlijke beschermingsmiddelen 5213 804 2512 [NL]...
Overzicht Veiligheidsuitrusting Veiligheidsuitrusting Noodschakelaar In geval van nood kan de voeding worden onderbroken door op de noodstopschakelaar te drukken, waardoor de machine wordt afgeremd totdat deze stilstaat. OPMERKING Activeer deze schakelaar alleen in geval van nood! Veiligheidssteun WAARSCHUWING Beknellingsgevaar Bij het openen en sluiten van de veiligheidssteun mag u alleen de gemarkeerde oppervlakken aanra- ken.
Overzicht Beschrijving van de machine Tweehandenbediening Binnen een gangpad is tweehandenbediening noodzakelijk voor elke functie. Beschermdak WAARSCHUWING Verwondingsgevaar Het beschermdak van de machine dat hier wordt beschreven, is niet geschikt voor bescherming tegen zeer kleine voorwerpen, rollen papier of verpakt hout. Wanneer dit soort voorwerpen moet worden getransporteerd, moet het beschermdak dienovereenkomstig worden aangepast.
Pagina 32
Overzicht Beschrijving van de machine Alle bewegingen (rijden, heffen/dalen van de cabinehefinrichting, heffen/dalen van de extra heffunctie) zijn traploos regelbaar. Bedieningsfouten kunnen grotendeels wor- den voorkomen door middel van beveiligings- schakelingen. Bij hefhoogtes waarbij de vloer van de bestuurderscabine zich op maximaal 1,2 m hoogte bevindt (vrij rijdend of geleid), mogen de veiligheidssteunen van de cabine open blijven wanneer met de machine wordt...
Overzicht Beoogd gebruik Beoogd gebruik Deze machines zijn bedoeld voor orderverza- melen, d.w.z. het verzamelen van onderdelen die bijvoorbeeld in stellingen zijn opgeslagen. Deze machine wordt daarom als verticale orderverzameltruck aangeduid. De vorken moeten zijn voorzien van geschikte lastdra- gers die de verzamelde onderdelen kunnen opnemen.
Pagina 34
Overzicht Beoogd gebruik systeem of de software dienen eveneens door ons te worden gekeurd en vrijgegeven. Neem dus voordat u dergelijke werkzaam- heden uitvoert altijd eerst contact op met de dichtstbijzijnde vestiging of specialistische vertegenwoordiger van de fabrikant. 5213 804 2512 [NL]...
Overzicht Bedieningsconsole Bedieningsconsole Noodstopschakelaar om de tussentijdse hefonderbreking te Claxonknop overbruggen* Handgreep en sensoroppervlak voor twee- Voorkeuzetoets voor extra heffunctie handenbediening Displayveld voor bedrijfstoestand van de Bedieningshendel − rijrichting vooruit/ach- machine teruit Stuur* en sensoroppervlak voor tweehan- Contactschakelaar denbediening Stuurknop en sensoroppervlak voor twee- Tuimelschakelaar voor bediening van handenbediening de cabinehefinrichting of de extra hef-...
Overzicht Displayeenheid Displayeenheid Invoer van nummer 0 of overschakeling naar Invoer van nummer 8 of overschakeling naar de gewichtsindicator in kg* de hefhoogte-indicator in mm Invoer van nummer 1 of overschakeling naar Invoer van nummer 9 of overschakeling naar rijprogramma 1* functie 3* Invoer van nummer 2 of overschakeling naar LCD-display, zie het hoofdstuk LCD-dis-...
Pagina 38
Overzicht Displayeenheid Indicators Bevestigingstoets vereist Automatisch mechanisme voor inductiege- Veiligheidssteunen geopend leiding Onderhoudsinterval verstreken Bediening van de voetschakelaar vereist Noodstopfunctie actief Bedrijfstoestand van de inductiegeleiding Kruipfunctie actief Indicators voor draaiuren, snelheid*, hef- Stuurhoekindicatie hoogte* en lastgewicht*. Omschakeling via Batterij-indicator het toetsenblok. Bediening met twee handen aan het stuur Invoer van pincode via toetsenblok vereist vereist...
Overzicht Indicators en informatie Indicators en informatie Bedieningsfouten en storingen worden door storingsnummers in het veld van het draaiuren-display aangegeven. Oplossing Indicator Oorzaak Gebruik een nieuw opgeladen Batterij leeg. Info1 batterij. Noodstopschakelaar inge- Ontgrendel de noodstopscha- Info2 drukt. kelaar. Geprogrammeerde uitschake- Kan worden ontgrendeld of Info3 ling van de rijaandrijving.
Overzicht Overzicht van het besturingscompartiment Overzicht van het besturingscompartiment Stuurstroomzekeringen Tandwielen van de stuurinrichting en tand- Programmeerinterface wielkast Hoofdstroomzekering voor stuurinrichting Botsbeveiliging Hoofdstroomzekering voor rijaandrijving en Hydrauliekolietank pomp Hydrauliekoliefilter Machineregeleenheid Vulopening voor hydrauliekolie Claxon Nooddaalklep Elektromagnetische rem Pompmotor Stuurmotor Batterijstekker Rijmotor Richtingaanwijzer 5213 804 2512 [NL]...
Gebruik Algemene ingebruikname Algemene ingebruikname Voor de eerste keer in gebruik nemen Indien het voertuig niet geheel gemonteerd geleverd is, dient voor de eerste ingebruik- name gecontroleerd te worden of het appa- raat volledig vakbekwaam geassembleerd is. Alle elektrische en hydraulische aansluitingen dienen gecontroleerd te worden.
Gebruik Algemene ingebruikname Transporteren en opladen MILIEUVOORSCHRIFT Er kan hydrauliekolie ontsnappen uit losge- koppelde hydraulische aansluitingen. Afhankelijk van de totale hoogte van de ma- chine kan de machine worden aangeleverd als complete unit of in onderdelen. In elk geval moeten de gewichten van de diverse com- ponenten of van de complete unit worden bepaald (leveringsdocumenten) en moeten er geschikte hijsinrichtingen en aanslagmidde-...
Pagina 44
Gebruik Algemene ingebruikname Laden Om de machine voor transport op een laad- oppervlak vast te zetten, moeten er in totaal acht houten keggen en geschikte spanbanden worden gebruikt. Plaats twee houten blokken aan de voorzijde van de machine en twee aan de achterzijde, en plaats de overige blokken paarsgewijs aan de linker- en rechterzijde van de machine.
Gebruik Algemene ingebruikname Aandrijfbatterij WAARSCHUWING Verwondingsgevaar vanwege met elektrolyt ge- vulde batterijen Elektrolyt (batterijzuur) is giftig en bijtend. Neem bij de omgang met batterijzuur altijd de voorgeschre- ven veiligheidsmaatregelen. Let met name bij net opgeladen batterijen op explosiegevaar in het ven- tilatiegedeelte.
Gebruik Algemene ingebruikname moeten altijd zonder enige uitzondering de juiste laders worden gebruikt. Deze orderverzameltrucks zijn uitgerust met een geïntegreerde batterij-indicator die standaard is ingesteld op natte loodbatterijen (PzS). Als er een ander batterijtype wordt gebruikt, moet de batterij-indicator worden gereset.
Gebruik Algemene ingebruikname Batterij vervangen Deksel van het batterijcompartiment openen Het deksel van het batterijcompartiment kan worden geopend door het deksel zijwaarts tegen de hefmast omhoog te klappen. Een speciaal scharniersysteem geleidt het deksel. Voor onderhoud kan het deksel helemaal worden verwijderd.
Gebruik Algemene ingebruikname Batterij vervangen met behulp van een batterijwisselframe De batterij kan optioneel ook op rollenbanen* rusten en kan dan met behulp van een batte- rijwisselframe* zijwaarts worden aangebracht en verwijderd. Voorgemonteerde platen met spanbouten voorkomen dat de batterij zij- waarts naar buiten rolt.
Gebruik Dagelijkse ingebruikname Dagelijkse ingebruikname Lijst met controles voor aanvang van het werk WAARSCHUWING Als er na de controles voor aanvang van het werk gebreken met betrekking tot de werking of de ver- keersveiligheid van de machine zijn vastgesteld, moeten er onmiddellijk stappen worden onderno- men om deze gebreken afdoende en professioneel te verhelpen.
Pagina 50
Gebruik Dagelijkse ingebruikname Werking van de bedieningselementen contro- leren • Controleer de werking van handgrepen, sleutels en hendels. • De bedieningshendels en sleutels moeten automatisch naar de neutrale stand terug- keren. • Alle bedieningselementen moeten worden gecontroleerd op een goede werking en toestand.
Pagina 51
Gebruik Dagelijkse ingebruikname open is (hoger dan 1,2 m) of als de nood- stopschakelaar is geactiveerd, mag het niet mogelijk zijn om een functie van de rij- aandrijving of het hydraulisch systeem te activeren. • Het openen van de veiligheidssteun (hoger dan 1,2 m) of het bedienen van de nood- stopschakelaar moet er onmiddellijk toe leiden dat de machine wordt afgeremd.
Gebruik Bedieningselementen Bedieningselementen Remsysteem Voetschakelaar De voetschakelaar is in de cabinevloer ge- monteerd. Deze component moet worden bediend om de elektromagnetische veerrem uit te schakelen, en zorgt er tegelijkertijd voor dat de bestuurder in het midden van de cabine blijft. De voetschakelaar is zodanig gemon- teerd dat deze verborgen is onder de rubber- mat op de cabinevloer.
Gebruik Bedieningselementen OPMERKING In het algemeen dient voor normale taken de bedrijfsrem of de omkeerrem te worden gebruikt. Dit voorkomt slijtage van de rem- voeringen. De voetschakelaar moet worden gebruikt voor noodstops en als parkeerrem. Omkeerrem Bij directe omkering van de rijrichting (2) wordt de omkeerrem geactiveerd.
Gebruik Bedieningselementen * Speciale uitrusting Stuurknop De stuurknop heeft een rechter en een linker aanslag. Het draaibereik van de stuurknop is circa 130° in elke richting. De stuurinrichting draait dan maximaal circa 95° naar elke kant. Stuur Bij machines met stuur draait de stuurinrich- ting eveneens maximaal circa 95°...
Gebruik Bedieningselementen Regelsysteem inschakelen – Open het deksel van het batterijcomparti- ment en sluit de batterijstekker aan (1) – Neem plaats in de cabine en sluit de veiligheidssteunen; zorg daarbij dat u de veiligheidssteunen alleen vastpakt op de daarvoor bedoelde grijppunten (2). OPMERKING Bij hefhoogtes waarbij de vloer van de be- stuurderscabine zich op maximaal 1,2 m...
Gebruik Rijden Rijden Rijden zonder geleiding WAARSCHUWING Gevaar van ongevallen Houd u aan de informatie op de lijst met controles voor aanvang van het werk en aan alle veiligheid- sinformatie. Eerste rijoefeningen Om vertrouwd te raken met de rij- en remka- rakteristieken van deze machine, moet er altijd eerst op een obstakelvrij, vlak oppervlak in het magazijn met de machine worden geoefend.
Pagina 57
Gebruik Rijden Rijschakelaar De rijrichting en de snelheid worden gekozen door middel van duidelijke bewegingen van de bedieningshendel (2). Er kan van de ene rijrichting naar de andere worden geschakeld door de hendel in de andere richting te bewe- gen. Het elektronisch geregeld remmen en het vervolgens accelereren wordt van rijrich- ting veranderen genoemd.
Pagina 58
Gebruik Rijden Stuurinrichting Om te kunnen sturen, moet de voetschakelaar (1) worden bediend. De linkerhand bedient de stuurknop (3) of het stuur (4) en bepaalt zo de koers van de machine. De maximale draaihoek van het gestuurde wiel is ca. 95° naar elke kant.
Pagina 59
Gebruik Rijden Noodstopschakelaar Door op de noodstopschakelaar (5) te druk- ken, wordt er mechanisch geremd en komt de machine zo snel mogelijk tot stilstand. 5213 804 2512 [NL]...
Gebruik Rijden Rijden met automatische geleiding Er zijn twee types geleidingssystemen: • Mechanische geleiding • Inductiegeleiding Mechanische geleiding De mechanische geleiding bestaat uit een of twee rails waarlangs of waartussen de machine wordt geleid, met een toegestane afwijking van 5 mm. Het gangpad inrijden Om de railgeleiding binnen te rijden, moet de machine zo centraal mogelijk en bovendien...
Pagina 61
Gebruik Rijden Deze bedrijfsmodus (rijden en heffen/dalen tegelijk) wordt diagonaal rijden genoemd. Cabinehefinrichting: heffen - dalen • Druk op de tweehandenknop • Kies met de tuimelschakelaar de bewe- gingsrichting en snelheid (of zie ’Diagonaal rijden’). Extra heffunctie: heffen - dalen, bediening via de bedieningsconsole •...
Pagina 62
Gebruik Rijden Van gangpad wisselen Als de machine van gangpad moet wisselen, dat wil zeggen moet worden verplaatst, dient het volgende advies te worden opgevolgd: • Zorg dat de stuurknop in de rechtuitstand staat, voordat u het gangpad verlaat. • De machine moet over zijn totale lengte uit de stelling worden gereden.
Gebruik Last oppakken Last oppakken Lasten oppakken en neerzetten Een last oppakken OPMERKING Bij deze machine wordt met een last een lastdrager bedoeld die met de vork wordt opgepakt om orders te verzamelen, zoals beschreven in de paragraaf Beoogd gebruik. Lasten mogen alleen worden opgepakt en neergezet als het betreffende oppervlak vlak en horizontaal is...
Gebruik Last oppakken Schema met toegestane lasten In de cabine is een schema met toegestane lasten aangebracht. Het schema met toe- gestane lasten (1) en de vastgelegde beper- kingen van het hefvermogen voor bepaalde bedrijfsomstandigheden moeten strikt worden aangehouden. Als de vastgelegde limieten worden overschreden, kan dit de stabiliteit van de machine bij stilstand verminderen.
Gebruik Last oppakken Steunbouten LET OP Ongevalrisico door kantelen van de heftruck! Steunbouten mogen alleen worden afgesteld door geautoriseerd servicepersoneel. De basispositie van de steunbouten moet overeenkomen met de informatie op het lastindicatieschema. De steunbouten in het chassis van de ma- chine worden gebruikt ter vergroting van de stabiliteit.
Gebruik Last oppakken Last oppakken zonder geleiding Orderverzameltrucks zijn voornamelijk be- doeld voor het verzamelen of distribueren van goederen in een container of op een pallet. Het is niet mogelijk om lasten in- of uit te slaan in smalle gangpaden. Voor het transporteren van lasten moet de extra heffunctie* altijd wor- den neergelaten.
Pagina 67
Gebruik Last oppakken Extra heffunctie Druk op de knop (3) en druk vervolgens bij (1) op de bedieningsschakelaar voor neerlaten of bij (2) voor heffen. Selectieknop voor extra heffunctie Extra heffunctie, bediening aan lastzijde Deze machines kunnen optioneel worden uitgerust met de bediening van de extra heffunctie aan lastzijde.
Gebruik Last oppakken Last oppakken bij automatische geleiding Orderverzameltrucks zijn voornamelijk ont- worpen voor het verzamelen of distribueren van goederen in containers of op pallets. Het verwijderen en neerzetten van lasten is niet mogelijk in smalle gangpaden. Gedurende het rijden moet de extra heffunctie* in principe gedaald zijn.
Pagina 69
Gebruik Last oppakken Extra heffunctie, aan lastzijde Deze machine kan optioneel worden uitgerust met de extra heffunctie aan lastzijde. Voorselectie extra heffunctie Heffen Dalen Niet toegewezen 5213 804 2512 [NL]...
Gebruik Noodbedrijf Noodbedrijf Noodbedrijf Wanneer de machineregeleenheid geheel of gedeeltelijk niet meer reageert, kan de machine door middel van het noodbedrijf uit de werkomgeving worden gesleept. Afdekking van het besturingscomparti- ment openen – Draai de twee schroeven van de afdekking linksom eruit.
Pagina 71
Gebruik Noodbedrijf Nooduitschakeling van de rem WAARSCHUWING Ongevalrisico Bij een mechanische uitschakeling van de rem, zoals hieronder beschreven is, moet voor het sle- pen een geschikte sleepstang worden gebruikt of een tweede voertuig moet aan de machine worden gekoppeld om het remmen over te nemen. Als de rem mechanisch is uitgeschakeld, moet voor het opnieuw in gebruik nemen van de machine worden gecontroleerd of de rem correct is gemonteerd en...
Pagina 72
Gebruik Noodbedrijf Slepen met niet-werkende stuurinrich- ting Als de stuurinrichting defect is, kan de ma- chine bijvoorbeeld met behulp van stuurbare zware rollen worden weggesleept. Afhankelijk van de uitvoering van de machine moeten de zware rollen onder het aangedreven wiel of onder het chassis worden geplaatst.
Gebruik Noodbedrijf Nooddaalklep OPMERKING Bij dit type machine is er vanaf een moge- lijke cabinehefhoogte van 3 meter een hand- bediende klep ingebouwd. Deze klep kan worden gebruikt om de geheven cabine te laten dalen. Draai hiertoe de vleugelschroef (1) linksom. Na het dalen moet de klep door rechtsom draaien worden gesloten.
Pagina 74
Gebruik Noodbedrijf WAARSCHUWING Verwondingsgevaar Het voorzetapparaat en de last moeten aan alle zijden voldoende ruimte ten opzichte van de stelling hebben. Anders kan veilig dalen van de cabine niet worden gegarandeerd. Mocht de bestuurder bewusteloos raken, moet er- voor worden gezorgd dat alle lichaamsdelen van de bestuurder zich helemaal binnen de bestuur- derscabine bevinden, en dat er tijdens het dalen van de cabine geen verwondingsgevaar voor de...
Pagina 75
Gebruik Noodbedrijf Opnieuw starten na de nooddaalproce- dure WAARSCHUWING Ongevalrisico Als de nooddaalprocedure op grond van een tech- nisch defect werd uitgevoerd, mag de machine pas weer in gebruik worden genomen als de storings- oorzaak door een specialist is verholpen. Als er zoals hiervoor beschreven een mechanische blokkering van de hefmast wordt vermoed, mag het afdaalsysteem niet worden gebruikt.
Gebruik Noodbedrijf Noodafdaalsysteem Verlaten van de geheven cabine in een noodgeval OPMERKING Een noodafdaalsysteem is alleen vereist als het bestuurderscompartiment hoger dan 3000 mm kan worden geheven. OPMERKING Volgens de desbetreffende voorschriften gel- den er beperkingen voor het maximale draag- vermogen van verschillende componenten (bijv.
Pagina 77
Gebruik Noodbedrijf GEVAAR Valgevaar – Voordat de bestuurder de smallegangentruck gebruikt, dient hij door een expert te worden getraind in het gebruik van het afdaalsysteem. – De gebruiksaanwijzingen in de rugzak moeten worden gelezen en opgevolgd. – Telkens vóór gebruik van het afdaalsysteem dient de gebruiker visueel te controleren of het afdaalsysteem in perfecte staat is en gereed is voor gebruik.
Pagina 78
Gebruik Noodbedrijf de kabel rafelt. Deze knoop is met een bundelbandje vastgezet. De kabel anders leiden Om de afdalende persoon in een gunstigere positie te brengen, kan bij de meeste uitvoe- ringen van het beschermdak de kabel door middel van een extra karabijnhaak anders worden geleid.
Gebruik Stallen, buiten bedrijf stellen Verschillende bestuurders Als een machine wordt gebruikt door ver- schillende bestuurders, bijvoorbeeld bij meer- ploegendiensten, kan er aangegeven zijn dat er ook meerdere vooraf afgestelde afdaal- systemen beschikbaar zijn. Dit is met name zinvol als de verschillende bestuurders ook qua grootte en/of gewicht sterk van elkaar verschillen, zodat het veiligheidsharnas aan- zienlijk zou moeten worden versteld.
Pagina 80
Gebruik Stallen, buiten bedrijf stellen 5213 804 2512 [NL]...
Onderhoud Lastdrager vastzetten Lastdrager vastzetten GEVAAR Ongevalrisico Voordat u enige werkzaamheden aan het hydrau- lisch systeem uitvoert, moet het systeem drukloos worden gemaakt door de lastdrager op de grond te laten zakken. Voordat er onder de geheven cabine mag worden gewerkt, moet er een mechanische veiligheids- voorziening worden aangebracht, zoals een vol- doende sterke band rond de dwarsbalken van de...
Onderhoud Zekeringen Zekeringen (1) Hoofdstroomzekeringen • 1F1 355 A • 3F1 35 A (2) Stuurstroomzekeringen • F2 7,5 A F3 7,5 A, batterijspanning • F4 10 A, batterijspanning • F5 10 A, 24 V • F6 10 A, 24 V •...
Pagina 84
Onderhoud Onderhoud - algemeen garantie. Onze voor u verantwoordelijke serv- iceafdeling adviseert u graag over service en onderhoud. Wij bieden u de mogelijkheid om garantie- en onderhoudscontracten met ons te sluiten en om regelmatig veiligheidsinspec- ties voor u te laten uitvoeren. Onderhoudsfrequenties en -tijden Voor het onderhoud gelden intervallen van zes maanden.
Onderhoud Onderhoudsschema Onderhoudsschema Dit smeerschema geldt voor normale belas- ting tijdens éénploegendiensten. Bij zwaar gebruik en/of meerploegendiensten dienen de intervallen dienovereenkomstig te worden verkort. Volg de informatie in de paragraaf Toepassingsgebied op. Onderhoud: om de zes maanden of 1000 uur Aandrijfeenheid –...
Pagina 86
Onderhoud Onderhoudsschema – Controleer de speling van de tandwielen van de stuurinrichting. – Controleer of de stuurinrichting soepel beweegt. – Controleer de loopgeluiden van de stuur- motorlagers; vervang de lagers indien no- dig. Remsysteem – Controleer of de voetschakelaar goed werkt.
Pagina 87
Onderhoud Onderhoudsschema LET OP Ongevalrisico De hoofdhefkettingen en de extra hefketting moe- ten na 5000 draaiuren worden vervangen, zelfs als de slijtagegrens van 2% nog niet is bereikt. Houd u aan de actueel geldende richtlijnen voor machines in koelhuisuitvoering. – Controleer de toestand van de bevesti- gings- en lagerpunten van de hefcilinders.
Pagina 88
Onderhoud Onderhoudsschema – Controleer het elektrolytniveau zover technisch mogelijk. – Controleer de functies voor rijden, accelere- ren, remmen en van rijrichting veranderen van de regeleenheid van de rijaandrijving en van de regeleenheid van de pomp. – Controleer of alle aansluitingen en stekkers goed vastzitten.
Onderhoud Onderhoud loodaccu – Controleer de loopgeluiden van het pomp- motorlager; vervang het lager indien nodig. – Hydrauliekoliefilter vervangen – Controleer visueel het ontluchtingsfilter van de hydrauliekolietank en vervang het filter indien nodig. Overige controles – Controleer de werking en toestand van alle bedieningsinrichtingen.
Pagina 90
Onderhoud Onderhoud loodaccu GEVAAR Het elektrolyt (accuzuur) is giftig en werkt etsend. Vooral bij pas geladen accu’s is er sprake van explosiegevaar door tijdens het opladen gevormd gas. Bij het omgaan met accuzuur dienen absoluut de voorschreven veiligheidsmaatregelen getroffen te worden.
Onderhoud Smeermiddelen Smeermiddelen LET OP Risico van materiële schade Voor machines in koelhuisuitvoering moeten an- dere smeermiddelen worden gebruikt. Raadpleeg de bedieningsinstructies voor machines in koelhui- suitvoering. De volgende smeermiddelen moeten worden gebruikt: Hydraulisch systeem • HLP DIN 51524/T2 • ID-nr. 8 036 912 De tanks zijn voorzien van een Min- en Max-markering.
Pagina 92
Onderhoud Smeermiddelen De tanks zijn voorzien van een Min- en Max-markering. Nadat de hydrauliekolie is bijgevuld of ververst, moet het oliepeil zich tussen de Min- en Max-markeringen bevinden. Transmissie • SAE 75W-90 API GL-5 • ID-nr. 732 600 0007 De transmissie bevat 2,9 l transmissieolie. Vetsmeerpunten •...
Onderhoud Smeerplan Smeerplan Elke 6 maanden of elke 1000 bedrijfsuren • Stuur tandwielen met all purpose-vet smeren. • Alle hefkettingen met kettingspray smeren. • Alle beweegbare onderdelen met olie smeren • Glijvlakken van de mastwielen met vetfilm roestvrij houden • Transmissie-olie vervangen. De olie van de reductiekast de eerste keer na 6 maanden en daarna om de 24 maanden of 4000 bedrijfsuren vervangen.
Pagina 94
Onderhoud Smeerplan 5213 804 2512 [NL]...
Pagina 96
Technische gegevens Technische gegevens Technische gegevens De technische gegevens van deze truck zijn afhankelijk van de bestelling. Bij aflevering van de truck ontvangt u daarom een speciaal voor uw truck samengesteld gegevensblad. U vindt alle technische gegevens in dit blad. Geluidsniveau 61dB(A) 5213 804 2512 [NL]...
Speciale uitrusting Inductiegeleiding (IZF) Inductiegeleiding (IZF) Systeembeschrijving Algemeen Als uw machine wordt geleid met inductie- geleiding, moet de shift-toets (1) worden in- gedrukt voordat de machine op het inductie- spoor wordt geleid en voordat de machine het inductiespoor verlaat. Deze schakelaar in het bedieningspaneel wordt gebruikt om van handmatig naar automatisch sturen te schakelen.
Pagina 99
Speciale uitrusting Inductiegeleiding (IZF) – Wanneer het regelsysteem het inductie- spoor via de eerste antenne heeft gedetec- teerd, schakelt het systeem over naar de automatische modus. – Er klinkt een signaal. – Beide symbolen (6) knipperen. – Ga verder. De machine wordt automatisch midden op de sleuf met de draad gereden.
Pagina 100
Speciale uitrusting Inductiegeleiding (IZF) steld tussen 2,5 en max. 9 km/h, afhankelijk van de situatie. In onveilige situaties, bijvoor- beeld een storing, wordt de rijsnelheid beperkt of wordt de rijfunctie helemaal uitgeschakeld. Het inductiespoor verlaten – Rijd de machine over zijn totale lengte uit het gangpad.
Speciale uitrusting Personenbeveiligingssysteem Personenbeveiligingssysteem Mobiele personenbeveiligingssystemen hel- pen bij het beschermen van personen die onverwacht binnen het rembereik van de ma- chine terechtkomen. Een veiligheidslasers- canner in elke rijrichting scant het rembereik af. Zodra de aanwezigheid van een persoon of een object in dit bereik (het beveiligingsveld) wordt herkend, wordt de rem in de machine ingeschakeld.
Speciale uitrusting Tweepersoons-cabine GEVAAR Ongevalrisico Als de overbruggingsstekker is aangesloten, zijn alle veiligheidsfuncties van het personenbevei- ligingssysteem buiten werking gezet en is de maximale rijsnelheid van de machine beperkt tot 2,5 km/h. Gebruik met de overbruggingsstekker is daarom alleen toegestaan voor het bergen van de machine.
Pagina 103
Speciale uitrusting Tweepersoons-cabine • Twee extra coördinatieschakelaars (3) die elk gecombineerd zijn met een handgreep (4). • Indien van toepassing de veiligheidssteun uitklappen om achterwaarts naar buiten leunen te voorkomen (afhankelijk van de cabineafmetingen) • Indien van toepassing extra afdekkingen aan mastzijde om zijwaarts naar buiten leunen te voorkomen (afhankelijk van de cabineafmetingen)
Speciale uitrusting Werkplatforms Controleren Voordat u wegrijdt, moeten de uitrustingsde- len en hun werking worden gecontroleerd. In de passagiermodus mag de machine totaal niet werken tenzij de coördinatieschakelaar is geactiveerd. Als tijdens de uitvoering van een machinefunctie een van de coördinatie- schakelaars wordt losgelaten, moeten alle machinefuncties onmiddellijk automatisch worden onderbroken.
Speciale uitrusting Voertuig voor gebruik in koelhuizen Voertuig voor gebruik in koelhuizen Voertuigen voor gebruik in koelhuizen zijn voorzien van veel speciale voorzieningen om bij zeer lage temperaturen (-30°C) nog volle- dig te kunnen functioneren. Voor de omgang met dergelijke voertuigen dienen afzonderlijke aanwijzingen opgevolgd te worden, welke niet opgenomen zijn in deze bedieningshandlei- ding.
Speciale uitrusting Bedieningspaneel aan lastzijde Bedieningspaneel aan lastzijde Tweede bedieningspaneel De heftruck kan met een tweede bedie- ningspaneel aan lastzijde (1) als speciale uitrusting zijn uitgevoerd. De functies van het tweede bedieningspaneel zijn identiek aan die van het standaard bedieningspaneel aan hefmastzijde, met uitzondering van de contactschakelaar en het display.
Pagina 107
Speciale uitrusting Bedieningspaneel aan lastzijde OPMERKING De noodstopschakelaars van beide bedie- ningspanelen blijven echter te allen tijde ac- tief. OPMERKING Wanneer de X-knop (3) is toegewezen aan een speciale functie, is deze speciale functie normaal beschikbaar in het geactiveerde bedieningspaneel. Bedien nu de voetschakelaar om door te gaan met uw werkzaamheden.
Pagina 108
Speciale uitrusting Bedieningspaneel aan lastzijde 5213 804 2512 [NL]...
Speciale uitrusting Bedieningspaneel aan lastzijde Batterij op rollenbanen Beschrijving De batterij rust op rollenbanen en kan met be- hulp van een batterijwisselframe* zijdelings worden in- en uitgebouwd. De batterij wordt aan beide zijden door middel van kleminrich- tingen geborgd en zo op zijn plaats gehouden. Bewaking De batterijvergrendelingen worden elektrisch bewaakt.
Pagina 110
Speciale uitrusting Batterij op rollenbanen Met het oog op de bedrijfsveiligheid van deze machine moet de tractiebatterij betrouwbaar in het batterijcompartiment zijn vastgeklemd. De machine dient tevens te beschikken over een afstelbare batterijvergrendeling. Het af- stelbereik van de batterijvergrendeling is ca. 30 mm aan weerszijden.
Speciale uitrusting Akoestisch waarschuwingssignaal – Als de batterij door het uitvoeren van deze stappen niet voldoende kan worden vastgeklemd, is er mogelijk een batterij met verkeerde afmetingen aangebracht. De machine mag niet worden gebruikt als de batterij niet betrouwbaar vergrendeld is. Anders bestaat er een ongevallenrisico en een kans op beschadiging.
Pagina 112
Speciale uitrusting Kantelende veiligheidssteun • De machine bevindt zich in een gang • De veiligheidssteunen zijn gesloten • De sensoren voor tweehandenbeveiliging zijn niet geactiveerd • De bedieningshendels van de rijaandrijving en het hydraulisch systeem staan in de neutrale stand •...
Pagina 113
Trefwoordenregister Bedrijfsveiligheid ....11 belasting van de ondergrond ..18 Aandrijfbatterij ....39 Beoogd gebruik .
Pagina 116
Trefwoordenregister Trillingen ......12 Verklaring van overeenstemming ..3 Trillingen op hand en arm ... . 12 Verlaten van de geheven cabine in een noodgeval .
Pagina 118
STILL GmbH Berzeliusstrasse 10 D-22113 Hamburg Kencijfer 5213 804 2512 NL...