Als u Fiets 1 (=b1) of 2 (=b2) en hoogte-instellingen heeft gekozen, veranderen de
volgende displays wanneer u de Measure-functie start.
Naam van
training
Tijd
Huidige
hartslag
Gebruikte trainingsset (E1-E5)/
BasicUse (E0)
4. Als u de fietsgegevens wilt opslaan wacht u met fietsen totdat uw hartslag in het
display wordt weergegeven. Druk op OK om uw training op te slaan.
Of
Als u de fietsgegevens wilt opslaan zonder de hartslag te meten: nadat de
hartslagregistratie 00 wordt weergegeven drukt u op OK en u begint met fietsen.
Autostart voor fietstraining
Begin met de tijdweergave op het display. Druk kort op OK om de Measure-functie te
activeren. De registratie van de training start/stopt automatisch wanneer u start of stopt
met fietsen. U kunt de training ook handmatig starten en onderbreken.
Als u alleen de fietsgegevens wilt meten, begin dan met fietsen zodra 00 wordt
weergegeven op het display. Als u de fietsgegevens en hartslaggegevens wilt meten
wacht u met fietsen totdat uw hartslag in het display wordt weergegeven. Indien u
Resterend
Fietsnaam en
geheugen
fietsfuncties
Registratie-interval
S snelheid
C trapfrequentie
De onderstreepte functie
is ingeschakeld
Hoogte
Fietsfunctie aan (Fiets 1)
A autostart
P vermogen
C 48