7 Als u het toestel op een bouwframe plaatst,
in st a lle er da n e en wate rbe s te nd ig e p laa t
(veldstroomtoevoer) (ongeveer 100 mm) aan
de onderzijde van het toestel om het druppelen
van het afgevoerde water te voorkomen. Zie de
afbeelding aan de rechterkant).
OPMERKING:
Toestel is topzwaar!
Probeer niet te installeren op het bouwframe.
6.1 Bepalen van locatie in koud klimaat
Raadpleeg "Hanteren" in de paragraaf "4 Voor de installatie"
OPMERKING:
Wanneer u het toestel gebruikt in een koud klimaat, volg dan
onderstaande instructies.
■
Installeer, om blootstelling aan wind te voorkomen, het toestel
met de suctiezijde naar de muur.
■
Installeer het toestel nooit op een plaats waar de suctiezijde
direct blootgesteld kan worden aan wind.
■
Installeer, om blootstelling aan wind te voorkomen, een plaat
voor de luchtuitlaatzijde van het toestel.
■
In gebieden met zware sneeuwval is het zeer belangrijk een
plaats voor de installatie te kiezen waar de sneeuw geen invloed
heeft op het toestel. Als er kans is op zijwaarste sneeuwval, zorg
er dan voor dat de warmtewisselaarsspiraal niet wordt getroffen
door de sneeuw (plaats indien nodig een overkapping).
1 Maak een overkapping.
2 Maak een voetstuk.
Installeer het toestel hoog genoeg dat het niet
wordt ondergesneeuwd.
6.2 Bepalen van locatie in warm klimaat
Omdat de buitentemperatuur wordt gemeten door een
buitenluchtthermistor, is het belangrijk dat het buitentoestel in de
schaduw wordt geplaatst, of er dient een overkapping te worden
gemaakt om direct zonlicht te voorkomen, zodat deze niet wordt
beïnvloed door de warmte van de zon. Andere bescherming kan
nodig zijn voor het toestel.
7 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR DE INSTALLATIE
■
Controleer na de installatie de sterkte en het waterpasniveau
van de ondergrond van de installatie, zodat het toestel niet
vibreert of geen geluid produceert.
■
Bevestig het toestel stevig met de funderingsbouten volgens
de funderingstekening in de afbeelding. (Leg vier sets van Φ10
expansiebouten, moeren en ringen klaar, die beschikbaar zijn op
de markt).
■
Het beste is de funderingsbouten in te schroeven totdat zij 20
mm boven het oppervlak van de fundering uitsteken.
Het afvoergat is bedekt met
een rubberen stop, als één
afvoergat niet voldoende is,
kan het grote afvoergat ter
plekke worden geopend.
afvoergat
404
502
1210
Φ10
Expansiebout
Basis van
cement h ≥
100 mm
Rubberen
schokbestendige
mat
≥100mm
≥80mm
Stevige
ondergrond of
dak
Φ10
Expansiebout
Rubberen
Basis van
schokbestendige
cement h ≥
mat
100 mm
≥100mm
Stevige
≥80mm
ondergrond
of dak
OPMERKING:
Als afvoergaten in het toestel zijn bedekt door een
montagebasis of de vloer, dient het toestel hoger te worden
geplaatst om een vrije ruimte van ten minste 100 mm onder
het toestel te creëren.
5
5/7 kW
(toestel: mm)
Het afvoergat is bedekt met een
rubberen stop, als één afvoergat
niet voldoende is, kan het grote
afvoergat ter plekke worden
geopend.
Afvoergat
361
760
1404
12/14/16 kW
(toestel: mm)