– Nieuwe apparaten configureren
Partities instellen:
Opmerking: Het menu "PARTITIES" verschijnt alleen als Partities ingeschakeld is op het bedieningspaneel
(zie sectie 5.13).
[7]
Bij het openen van het menu toont het scherm de standaard partitieselectie (gemarkeerd met ).
[8]
•
Gebruik de keypadtoetsen
Apparaat Configuratie:
[9]
Om de configuratie van het apparaat (instellingen) te bekijken of te wijzigen, drukt u op de toets
scrol anders naar de volgende optie – zie [11].
[10]
Om het apparaat te configureren, raadpleegt u het gegevensblad in de installatie-instructies van het apparaat.
De standaard parameters kunnen eveneens worden geconfigureerd, zoals uitgelegd in sectie 5.4.7.
[11]
Na de voltooiing van de configuratie van het apparaat brengt de wizard u naar het menu "Volgende Stap", met
de volgende 3 opties:
"VOLGENDE APP." om het volgende apparaat in te leren.
"WIJZIG DEZE APP." keert terug naar Stap 1 (nl. "LOCATIE"), zodat u indien nodig bijkomende wijzigingen
aan het apparaat kunt aanbrengen.
"VERLAAT INLEREN" verlaat de inleerprocedure en keert terug naar stap 1, naar het menu "APP. INLEREN".
Locatielijst
Nr.
Locatienaam
01
Zolder
02
Achterdeur
03
Kelder
04
Badkamer
05
Slaapkamer
06
Kinderkamer
07
Kast
08
Den
Alle locatienamen kunnen worden aangepast op het menu "06:VRIJE TEKST" (zie paragraaf 5.8)
Lijst van de zonetypes
Nr.
Zonetype
1.
Vertraagd 1
2.
Vertraagd 2
3.
Thuis Vertraagd
4.
Inter-volg
5.
Binnenshuis
6.
Vertraging binnen
D-306908 PowerMaster-10/30 G2 Installatiehandleiding
,
,
Nr.
Locatienaam
09
Beneden
10
Noodsituatie
11
Brand
12
Voordeur
13
Garage
14
Hal
15
Keuken
16
Bijkeuken
Beschrijving
Deze zone start de uitlooptijd wanneer de gebruiker het systeem inschakelt, of de
inlooptijd als het systeem ingeschakeld is. Om de tijd voor Vertraagd 1 in te stellen,
raadpleegt u paragrafen 5.5.1 & 5.5.2 – Installatiemode "03:CENTRALE", opties 01 en
(∗)
03.
Hetzelfde als Vertraagd 1 maar met een andere vertragingstijd. Wordt soms gebruikt
voor ingangen dichter bij de centrale. Om de tijd voor Vertraagd 2 in te stellen,
∗
raadpleegt u paragrafen 5.5.1 & 5.5.2 – Installatiemode "03:CENTRALE", opties 02 en
03. (
)
Wordt gebruikt voor magneetcontacten aan deuren en ramen en voor bewegingmelders
die ingangen binnen de woning bewaken, waar u vrij wenst te bewegen terwijl het
systeem DEEL is ingeschakeld. Werkt als een "vertraagde" zone wanneer het systeem
DEEL is ingeschakeld en als een "Omtrek volg" zone wanneer het systeem
INGESCHAKELD is.
Vergelijkbaar met "binnenshuis" maar wordt tijdens de inloop/uitloopvertraging tijdelijk
door het alarmsysteem genegeerd. Wordt doorgaans gebruikt voor sensoren die de
route tussen de toegangsdeur en de centrale beschermen.
Opmerking: CP-01-functies mogen niet worden ingeschakeld in UL-geregistreerd
product.
Dit zone type geeft alleen een alarm als het systeem INGESCHAKELD is, niet als het
DEEL ingeschakeld is. Wordt gebruikt voor sensors die zijn geïnstalleerd in delen van
het pand die beveiligd moeten worden wanneer er niemand in het pand aanwezig is.
Werkt als een "vertraagde" zone wanneer het systeem "Deel" is ingeschakeld en als
een "Vertraagde" zone wanneer het systeem "Ingeschakeld" is.
om partities toe te wijzen aan het apparaat.
Nr.
Locatienaam
17
Woonkamer
18
Kantoor
19
Boven
20
Bijkeuken
21
Tuin
5. PROGRAMMEREN
;
37