Instellingen
Afb. 211
Afhankelijk van het verbruik olievoorraad in de tank controleren en indien nodig bijvullen.
Als de voorraadtank is leeggelopen, moet de centrale kettingsmering worden ontlucht:
•
De voorraadtank met olie vullen.
•
De tankslang (4) van de pomp lostrekken en wachten tot er olie naar buiten komt.
•
Slang weer op de pomp monteren.
•
De ontluchtingsschroef (3) openen en de pomp met de hand bedienen tot er olie uit het
ventielblok stroomt.
Aanwijzing
Vervang het filter (2) eenmaal per jaar. Verwijder eerst de tank (1), maak deze leeg en reinig
deze grondig.
Vervang daarna pas het filter (2). Verwijder het filter (2) niet als er nog olie aanwezig is.
Aanwijzing
Er moet beslist voor worden gezorgd dat er geen water of stof in de tank (1) kan komen.
Aanwijzing
Gebruik alleen geadviseerde oliesoorten!
•
Er kunnen verschillende oliesoorten worden gebruikt.
•
De viscositeit moet vergelijkbaar met 15W40 zijn (koude omgeving SAE 30,
warme omgeving SAE 90).
•
Er mogen alleen biologisch afbreekbare en toxicologisch onbezwaarlijke oliesoorten
worden gebruikt (zoals Fuchs minerale olie Plantogear 100 - N en Castrol Optimol Optileb
GT 100).
•
Kettinghechtoliesoorten mogen niet worden gebruikt, omdat deze in de installatie kunnen
vastkleven!
288
RP100007_2