Veiligheid
3.4.13
Veiligheidsaanduidingen aan de machine
Veiligheidsstickers aan de machine waarschuwen voor gevaren op gevaarlijke plaatsen en zijn
een belangrijk onderdeel van de veiligheidsuitrusting van de machine. Ontbrekende
veiligheidsstickers verhogen het risico van ernstig en dodelijk letsel van personen.
•
Vervuilde veiligheidsstickers reinigen.
•
Veiligheidsstickers na elke reiniging controleren op volledigheid en leesbaarheid.
•
Ontbrekende, beschadigde en onherkenbaar geworden veiligheidsstickers onmiddellijk
vervangen.
•
Reserveonderdelen voorzien van de voorgeschreven veiligheidsstickers.
Voor beschrijving, verklaring en bestelnummers van de veiligheidsstickers zie hoofdstuk
Veiligheid, "Veiligheidsstickers aan de machine".
3.4.14
Verkeersveiligheid
Gevaren bij rijden op de weg
Wanneer de machine de door het nationale recht voorgeschreven maximale afmetingen en
gewichten overschrijdt en niet volgens de voorschriften is verlicht, kunnen tijdens het rijden op
de weg andere verkeersdeelnemers in gevaar worden gebracht.
•
Zorg er vóór het rijden op de weg voor dat de maximaal toegelaten afmetingen, gewichten,
as-, steun- en aanhanglasten niet worden overschreden die volgens de nationale wetgeving
gelden voor het rijden op de openbare weg.
•
Schakel vóór het rijden op de weg de verlichting in en zorg dat de functie aan de
voorschriften voldoet.
Gevaren bij het rijden op de weg en in het veld
Aangehangen of aangebouwde machines veranderen de rijeigenschappen van de trekker. De
rijeigenschappen zijn bijvoorbeeld ook afhankelijk van de bedrijfstoestand en van de
ondergrond. Wanneer de bestuurder geen rekening houdt met veranderde rijeigenschappen,
kan hij ongevallen veroorzaken.
•
Maatregelen voor het rijden op het weg en in het veld in acht nemen, zie hoofdstuk "Rijden
en transport".
Gevaren bij niet correct voorbereide machine voor het rijden op de weg
Wanneer de machine niet correct voor het rijden op de weg wordt voorbereid, kunnen ernstige
ongevallen in het wegverkeer hiervan het gevolg zijn.
•
De machine elke keer dat hij de weg opgaat hiervoor voorbereiden, zie hoofdstuk Rijden en
transport, "Voorbereidingen voor het rijden op de weg".
Gevaren bij het maken van bochten met aangehangen machine
In bochten zwenkt de aangehangen machine sterker uit dan de trekker.
Daardoor kunnen er ongevallen ontstaan.
•
Rekening houden met het grotere zwenkbereik.
•
Bij het afbuigen bedacht zijn op personen, tegenliggend verkeer en hindernissen.
Gevaar bij de werking van de machine op een helling.
De machine kan bij de werking op een helling kantelen. Daardoor kunnen ongevallen worden
veroorzaakt en kunnen personen ernstig letsel oplopen of worden gedood.
•
Alleen op een helling werken en rijden als de bodem van de helling vlak is en wanneer
gegarandeerd is dat de banden grip hebben op de bodem.
•
De machine met geringe snelheid omkeren. Een grote bocht rijden bij het omkeren.
•
Dwars op de helling rijden vermijden omdat vooral door de extra lading en het uitvoeren van
machinefuncties het zwaartepunt van de machine wordt veranderd.
•
Vermijd rukachtige bewegingen op de helling.
24