BELANGRIJK: Bij gebruik van een Mercury Marine motor met alcoholhoudende benzine moet langdurige
opslag van de benzine in de brandstoftank vermeden worden. Lange opslagperioden (gebruikelijk voor boten)
veroorzaken specifieke problemen. In auto's wordt alcoholhoudende benzine doorgaans opgebruikt voordat
deze zoveel vocht kan absorberen dat problemen worden veroorzaakt; boten daarentegen worden dikwijls zo
lang niet gebruikt dat er fasescheiding kan plaatsvinden. Ook kan er zich tijdens opslag inwendige corrosie
voordoen als de alcohol de beschermende olielaag van de interne onderdelen heeft verwijderd.
Aanbevelingen voor olie
Aanbevolen olie
Mercury OptiMax/DFI of Quicksilver DFI 2-takt motorolie wordt aanbevolen voor uw motor. Als er geen
Mercury OptiMax/DFI of Quicksilver 2-takt motorolie verkrijgbaar is, wordt gebruik van Mercury of Quicksilver
TC-W3 Premium Plus 2-takt olie aanbevolen. Gebruik van olie van slechte kwaliteit kan ernstige motorschade
veroorzaken.
Brandstoftoevoegingen
Om koolafzetting in de motor tot een minimum te beperken raden wij aan om steeds wanneer u tijdens het
vaarseizoen tankt, Mercury of Quicksilver Quickleen Engine Treatment (motorbehandeling) aan de brandstof
van de motor toe te voegen. Gebruik de toevoeging volgens de aanwijzingen op de verpakking.
Brandstofvereisten
Gebruik geen voorgemengde benzine en olie in deze motor. De motor krijgt automatisch extra olie tijdens het
inlopen. Gebruik verse, aanbevolen benzine tijdens en na de inloopperiode van de motor.
Voorkom brandstofstroomrestrictie
BELANGRIJK: Het toevoegen van componenten aan het brandstoftoevoersysteem (filters, kleppen, fittingen,
enz.), kan de brandstofstroom belemmeren. Hierdoor kan de motor bij lage snelheid afslaan en/of kan het
brandstofmengsel bij een hoge tpm te arm zijn, waardoor motorschade veroorzaakt kan worden.
Vereiste beperkt doorlatende brandstofslang
Vereist voor buitenboordmotoren die in de Verenigde Staten te koop of verkocht zijn of ter verkoop worden
aangeboden.
•
De Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) vereist voor alle buitenboordmotoren die na
1 januari 2009 zijn vervaardigd een beperkt doorlatende slang als primaire brandstofslang tussen de
brandstoftank en de buitenboordmotor.
•
Een beperkt doorlatende brandstofslang heeft de classificatie USCG Type B1-15 of Type A1-15. Deze
is gedefinieerd als niet meer dan 15/gm²/24 h van CE 10 brandstof doorlatend bij een temperatuur van
23 °C conform de specificatie in SAE J 1527 - Marine Fuel Hose (brandstofslangen scheepsvaart).
EPA-eisen voor onder druk staande losse brandstoftanks
De Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA) vereist dat draagbare brandstofsystemen die na 1
januari 2011 worden geproduceerd voor gebruik met buitenboordmotoren, geheel afgedicht (onder druk)
blijven tot 34,4 kPa (5,0 psi). Deze tanks kunnen het volgende bevatten:
•
Een luchtinlaatopening waardoor lucht kan binnenstromen wanneer de brandstof uit de tank wordt
opgezogen.
•
Een luchtafvoeropening die naar de atmosfeer afblaast als de druk meer bedraagt dan 34,4 kPa
(5,0 psi).
BRANDSTOF EN OLIE
MercuryOptiMax/DFI of Quicksilver DFI 2-takt motorolie
30
nld