Advertenties
Aanduiding
Bedie-
ningspa-
neel
Zoeker
Camera kan niet
2 4
—
scherpstellen met
autofocus.
Onderwerp te helder;
foto wordt overbelicht.
(Belichtingsaan-
duidingen en slui-
tertijd- of
diafragmaweer-
gave knipperen)
Onderwerp te donker;
foto wordt onderbelicht.
A
A geselecteerd in
belichtingsstand f.
%
% geselecteerd in
belichtingsstand f.
1
k
Verwerking is bezig.
Als de aanduiding na de
c
flits 3 sec. knippert, is de
—
foto mogelijk
onderbelicht.
Probleem
Verander de compositie of
stel handmatig scherp.
• Gebruik een lagere ISO-
• Gebruik optioneel ND-
• Gebruik een hogere ISO-
• Gebruik optionele
Wijzig sluitertijd of
selecteer stand voor
handmatige belichting.
Wijzig sluitertijd of
selecteer stand voor
handmatige belichting.
Wacht totdat het
verwerken is voltooid.
Controleer de foto in de
monitor; pas de
instellingen aan als de
foto onderbelicht is en
probeer opnieuw.
Oplossing
gevoeligheid.
filter. In
belichtingsstand:
f Kies kortere
sluitertijd
g Kies een kleiner
diafragma (hogere f-
waarde)
gevoeligheid.
flitser. In
belichtingsstand:
f Kies een langere
sluitertijd
g Kies een groter
diafragma (lagere f-
waarde)
0
43, 108
117
408
128
129
117
195
128
129
128, 130
128, 130
—
199
n
445
Advertenties
