e7: Auto bracketing (stand M)
Deze optie bepaalt welke instellingen worden beïnvloed wanneer AE
& flits of Alleen AE is geselecteerd voor Persoonlijke instelling e6 in
de handmatige belichtingsstand.
Optie
F
Flits/sluitertijd
Flits/sluitertijd/
G
diafragma
H
Flits/diafragma
I
Alleen flits
Flitsbracketing wordt alleen toegepast bij i-DDL- of AA-flitserregeling.
Als een andere instelling dan Alleen flits is geselecteerd en de flitser
niet wordt gebruikt, blijft ISO-gevoeligheid ingesteld op de waarde
voor de eerste opname, ongeacht de instelling die is geselecteerd
voor automatische instelling ISO-gevoeligheid (0 119).
e8: Bracketingvolgorde
Bij de standaardinstelling van MTR > onder > over (H), worden
belichting, flitser en witbalansbracketing uitgevoerd in de volgorde
zoals beschreven op pagina 143 en 147. Als Onder > MTR > over
(I) is geselecteerd, wordt de opname voortgezet in volgorde van
de laagste tot de hoogste waarde. Deze instelling heeft geen invloed
op ADL-bracketing.
U
334
G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen
De camera varieert sluitertijd (Persoonlijke instelling
e6 ingesteld op Alleen AE) of sluitertijd en flitssterkte
(Persoonlijke instelling e6 ingesteld op AE & flits).
De camera varieert sluitertijd en diafragma
(Persoonlijke instelling e6 ingesteld op Alleen AE) of
sluitertijd, diafragma en flitssterkte (Persoonlijke
instelling e6 ingesteld op AE & flits).
De camera varieert diafragma (Persoonlijke instelling
e6 ingesteld op Alleen AE) of diafragma en
flitssterkte (Persoonlijke instelling e6 ingesteld op AE
& flits).
De camera varieert alleen flitssterkte (Persoonlijke
instelling e6 ingesteld op AE & flits).
G-knop ➜ A menu Persoonlijke instellingen
Beschrijving