Aanhangers trekken en accessoires dragen
Alvorens een aanhanger te trekken
Alvorens een aanhanger te trekken, moet het volgende
doen:
• Vul de banden tot de koude bandenspanning die
wordt vermeld in
Onderhoud
• Houd u aan de wet- en regelgeving die betrekking
heeft op het trekken van een aanhanger. Niet naleven
van wet- en regelgeving kan ertoe leiden dat uw
veiligheid in gevaar komt.
• Stel de buitenspiegels zo in dat u een onbelemmerd
zicht naar achter hebt met een zo klein mogelijke
dode hoek.
• Schakel Aanhangermodus in (zie Aanhangermodus).
Controleer of:
• Model Y horizontaal op zijn wielen staat (niet
doorzakt) wanneer de aanhanger is aangekoppeld.
Als de auto doorzakt (en aan de voorkant dus
omhoog komt): controleer of het in
trekken van aanhangers
trekgewicht en de kogeldruk niet worden
overschreden.
• Alle onderdelen en toebehoren van de trekhaak,
veiligheidskettingen en elektrische aansluitingen
(inclusief achteruitrijlicht en mistlampen, indien
aanwezig) in goede staat verkeren en goed zijn
aangesloten. Ga niet met de aanhanger rijden als er
problemen waarneembaar zijn.
• De verlichting van de aanhanger goed werkt
(remlichten, richtingaanwijzers en
contourverlichting).
OPMERKING: Als de Model Y zich in
Aanhangermodus bevindt of een aansluiting voor
aanhangerverlichting heeft gedetecteerd en de Model
Y een elektrische storing detecteert in de
richtingaanwijzers van de aanhanger, knipperen de
richtingaanwijzers aan de desbetreffende kant(en)
sneller dan normaal (zie Aanhangermodus).
• De aanhanger goed is aangekoppeld, dat wil zeggen,
de koppeling goed is bevestigd op de trekhaakkogel.
• Veiligheidskettingen correct zijn aangesloten tussen
de aanhanger en het trekkende voertuig. Kruis de
veiligheidskettingen onder de kogel van de
aanhanger om te voorkomen dat de kogel de weg
raakt wanneer deze loskomt van de trekhaak.
Bevestig de ketting met genoeg ruimte om te
voorkomen dat hij in bochten strak komt te staan,
maar zorg er ook voor dat de ketting niet over de
grond sleept.
• Alle lading is gezekerd.
• Er zijn wielblokken beschikbaar.
90
banden.
Draagcapaciteit -
genoemde maximale
• De lading op de aanhanger gelijkmatig is verdeeld,
zodat de kogeldruk ca. 4-10% van het totale
aanhangergewicht bedraagt zonder dat de in
Draagcapaciteit - trekken van aanhangers
maximale kogeldruk wordt overschreden.
LET OP!: Als de aanhanger niet goed wordt
beladen (bijv. te veel lading aan de achterkant)
kan de aanhanger gaan slingeren, waardoor de
auto mogelijk onbeheersbaar wordt.
ATTENTIE: Zorg er altijd voor dat de lading in de
aanhanger is gezekerd en niet kan gaan schuiven.
Bewegende/schuivende lading kan ertoe leiden
dat de auto onbeheersbaar wordt, wat ongevallen
met ernstig letsel tot gevolg kan hebben.
Richtlijnen voor het trekken van
aanhangers
Model Y is in eerste instantie bedoeld en ontworpen als
auto voor het vervoer van personen. Het trekken van een
aanhanger zorgt voor extra belasting van de motor(en),
de aandrijving, de remmen, de banden en de vering en
leidt tot een veel kleiner bereik. Als u besluit een
aanhanger te gaan trekken, ga dan voorzichtig te werk
en neem de volgende algemene richtlijnen in acht:
• Breng uw rijsnelheid omlaag en voorkom abrupte
manoeuvres. Onthoud dat het sturen, de stabiliteit,
de draaicirkel, de remweg en de remprestaties bij het
trekken van een aanhanger anders zijn dat tijdens
rijden zonder aanhanger.
• Houd ten minste een twee keer zo grote afstand aan
tot de auto voor u dan normaal. Zo kunt u situaties
voorkomen waarin hard moet worden geremd.
Abrupt hard remmen kan slippen of scharen van de
combinatie tot gevolg hebben, waardoor u de
beheersing over de combinatie verliest.
• Voorkom scherpe bochten. In te scherpe bochten
kunnen de auto en de aanhanger elkaar raken,
waardoor er schade ontstaat. Onthoud dat de wielen
van de aanhanger een kortere bocht maken dan de
wielen van de auto. Neem bochten bij het trekken van
een aanhanger dan ook wijder dan normaal om te
voorkomen dat de aanhanger de stoeprand,
verkeersborden, bomen of andere objecten raakt.
• Controleer regelmatig de verlichting en
richtingaanwijzers van de aanhanger op een goede
werking.
• Controleer regelmatig of de lading goed vastzit.
• Parkeer bij voorkeur niet op een helling (zie
met een
aanhanger).
• Controleer regelmatig of alle onderdelen die te
maken hebben met het trekken van de aanhanger,
nog goed vastzitten.
genoemde
Parkeren
MODEL Y Handleiding