Inhoudsopgave
Advertenties
Het lampje van de laadpoort knippert oranje als deze waarschuwingsmelding verschijnt tijdens AC-laden en brandt
continu oranje als deze waarschuwingsmelding verschijnt wanneer een poging wordt ondernomen tot DC-snelladen/
superchargen.
Probeer de oplaadkabel opnieuw helemaal in de laadpoort te steken.
Als uw auto wordt opgeladen en het lampje van de laadpoort groen knippert, is het mogelijk dat de oplaadkabel
eerder niet helemaal was ingestoken. Het is mogelijk dat de vergrendeling bij eerdere pogingen niet is vergrendeld
omdat de kabel niet volledig was ingestoken. AC-laden zou niet langer beperkt moeten zijn en DC-snelladen /
superchargen zou nu beschikbaar moeten zijn.
Als het opladen nog steeds beperkt is of als de auto helemaal niet wordt opgeladen, controleer dan de laadpoort en
de stekker van de oplaadkabel op obstructies (gebruik zo nodig een zaklamp). Vuil en/of vreemde voorwerpen in de
laadcontactingang of de stekker van de laadkabel kunnen ervoor zorgen dat de laadkabel niet volledig kan worden
ingestoken. Als de kabel niet volledig is ingestoken, zal de laadcontactvergrendeling loszitten.
Het wordt aanbevolen om vuil / vreemde voorwerpen te verwijderen. Probeer daarna de oplaadkabel opnieuw in de
laadcontactingang te steken. AC-laden zou niet langer beperkt moeten zijn en DC-snelladen / superchargen zou nu
beschikbaar moeten zijn.
Als het opladen nog steeds is beperkt of opladen van de auto niet mogelijk is, controleer dan of aan de kabel voor
handmatige ontgrendeling van de laadpoortvergrendeling (links in de achterbak) is getrokken. Zorg ervoor dat de
handgreep (doorgaans ringvormig of een lus) voor de kabel voor handmatige ontgrendeling vrij is van
belemmeringen en dat er niets aan is bevestigd (zoals een bagagenet of paraplu). Als iets aan de handgreep voor
handmatige ontgrendeling is bevestigd, wordt de laadpoort mogelijk niet vergrendeld. Zie
ontgrendelen
voor meer informatie over handmatige ontgrendeling van de laadpoortvergrendeling.
Aangezien deze waarschuwing meestal specifiek is voor externe laadapparatuur en stroombronnen en meestal niet
wijst op een probleem met uw auto dat kan worden opgelost door een serviceafspraak te maken, wordt aanbevolen
dat u:
• Zorg ervoor dat de kabel tijdens het opladen volledig in de oplaadpoort is gestoken.
• Zorg ervoor dat de laadpoort niet wordt belemmerd.
• Zorg ervoor dat de handmatige ontgrendeling van de laadpoortvergrendeling (links in de achterbak) vrij is van
belemmeringen.
U kunt ook proberen uw auto op te laden met een Tesla Supercharger of Destination Charging-oplaadpunt, dat u
kunt vinden via de kaart op het touchscreen van uw auto. Zie
zijn er meer laadstations van derden beschikbaar in uw regio waarmee u de oorzaak van het probleem kunt
vaststellen.
Raadpleeg het hoofdstuk
informatie over het oplossen van problemen met de mobile connector of de controlelampjes van de Wall Connector.
Als u andere externe laadapparatuur gebruikt, raadpleeg dan de door de fabrikant verstrekte documentatie voor
advies voor het oplossen van problemen.
Zie
Instructies voor het laden
(CP_a055)
Geen communicatie met laadapparatuur
Controleer stroombron en laadapparatuur
Het opladen is gestopt omdat communicatie tussen de auto en de externe laadapparatuur is onderbroken.
Controleer of de externe laadapparatuur van voeding wordt voorzien. Controleer controlelampjes, displays en andere
indicatoren op de apparatuur.
Als de apparatuur niet van voeding wordt voorzien, probeer dan de voedingsbron van de externe laadapparatuur te
herstellen.
Consumenteninformatie
Probleemoplossing bij waarschuwingen
Handleidingen oplaad- en adapterproducten
voor meer informatie over opladen.
Kaarten en navigatie
voor meer informatie. Mogelijk
in de handleiding van het product voor meer
Laadkabel handmatig
261
Advertenties
Inhoudsopgave
